Uitscheiding stikstof veestapel blijft onder mestplafond
Koeien, varkens, kippen en ander vee in Nederland hebben vorig jaar via hun mest samen 467 miljoen kilo stikstof uitgescheiden. Dat bleek maandag uit definitieve cijfers van statistiekbureau CBS.
Daarmee bleef de uitscheiding ruim onder het door de EU opgelegde plafond van 489,4 miljoen kilo.
Het grootste deel van de uitgescheiden stikstof blijft in de mest achter. Deze stikstof is, nadat de mest is uitgereden, voedingsstof voor gewassen die op het land groeien. Een ander deel wordt via een chemische reactie omgezet in ammoniakgas. Dat kan uit de stal ontsnappen en op enig moment neerslaan op de grond, onder meer op kwetsbare natuur.
In 2017 scheidde de Nederlandse veestapel ruim 512 miljoen kilo stikstof uit via de mest. De uitscheiding is dus in vijf jaar tijd met bijna 9 procent is gedaald. Dat is volgens het CBS vooral het gevolg van krimp van de rundveestapel.
De uitscheiding van fosfaat nam na jaren van afname in 2022 weer licht toe, tot 150,4 miljoen kilo. Dat is nog net onder het plafond van 150,7 miljoen kilo. De toename in 2022 wijt het CBS aan het feit dat het gras dat koeien eten, in dit seizoen relatief veel fosfor bevatte.
Ook fosfaat is een voedingsstof voor planten. Niet door planten opgenomen fosfaat kan uitspoelen naar grond- en oppervlaktewater en daarmee het milieu bedreigen.
De grenzen gaan in de komende jaren omlaag. In 2025 mogen dieren in hun mest nog maximaal 440 miljoen kilo stikstof en 135 miljoen kilo fosfaat uitscheiden.