Gebed voor de vrede van Jeruzalem
Titel:
”Een leger van Licht”
Auteur: Anne van der Bijl en Al Janssen
Uitgeverij: Ark Boeken, Amsterdam, 2004; 342 pagina’s
ISBN 90338 18205
Pagina’s: € 17,95. Christenen zijn geroepen hun vervolgde geloofsgenoten van welk volk of ras ook metterdaad te ondersteunen. Het boek ”Een leger van Licht”, geschreven door Anne van der Bijl en Al Janssen, onderstreept de dringende noodzaak om hartstochtelijk te bidden om de vrede van Jeruzalem. Een vrede waarin Joden en Palestijnen zullen delen.
Het werk van Open Doors, de organisatie die zich wereldwijd betrokken weet bij en inzet voor de lijdende kerk, is onder ons niet onbekend en verdient onze steun.
Aan dit werk is de naam verbonden van de oprichter, Anne van der Bijl, die zich al sinds een halve eeuw geroepen weet om onze broeders en zusters in de wereld, aan wie dit lijden om Jezus’ wil toegemeten is, te bemoedigen en daadwerkelijk bij te staan. Onder meer door de vervolgde christenen te voorzien van Bijbels, door hen in hun moeilijke en schijnbaar uitzichtloze situatie te versterken en toe te rusten. Zo hield hij zijn ”kruistochten” naar de voormalige Sovjet-Unie en de Oost-Europese landen, naar China, Zuid-Amerika en Afrika, waardoor hij velen tot zegen is geweest en tegelijk de vervolgde kerk meer onder de aandacht gebracht heeft.
Kortgeleden verscheen van zijn hand -met medewerking van Al Janssen- een boek onder de veelzeggende titel: ”Een leger van licht”, waarin hij verslag doet van zijn vele reizen naar en contacten met de christenen in de moslimwereld, met name in het Midden-Oosten. Daarbij stond hem één doel voor ogen: de boodschap van Christus als de Vredevorst aanreiken en onderstrepen. Alleen daardoor zal er ”hoop op vrede in het Midden-Oosten” zijn, zoals de ondertitel van dit boek aangeeft.
Van deze gedachte wil de schrijver met name de kerken doordringen. Zij hebben het ”leger van het licht” te zijn te midden van de strijdende partijen in het Midden-Oosten. Zo kunnen zij er hopelijk toe bijdragen om haat en onbegrip te overwinnen en tegenstellingen te overbruggen.
Maar Anne van der Bijl beperkt zijn oproep niet tot de christenen. Hij zoekt zijn weg niet alleen naar Messiasbelijdende Joden en Palestijnse christenen. Ook Arabieren en moslims treedt hij met zijn boodschap tegemoet. En als de mogelijkheid zich voordoet, mijdt hij zelfs het contact niet met terroristen.
Palestijnse volk
Wie dit boek leest, komt onder de indruk van de bewogenheid van de auteur, die zijn leven in dienst heeft gesteld van de lijdende kerk, waarin Jezus in doodsangst is tot aan het einde van de wereld (Pascal). En zoals het lijden in het leven van Jezus’ toenam naarmate het eind ervan naderde, zo neemt het lijden in de wereld toe naarmate het einde der eeuwen dichterbij komt.
Dat wordt ook zichtbaar in het Midden-Oosten. Daar speelt zich een strijd af die uiteindelijk geestelijk is, een strijd waarin ook de christenen betrokken worden en waardoor velen in ontoelaatbare omstandigheden leven. In onze liefde tot Israël mogen wij niet voorbijgaan aan het bijzonder zware lijden van het Palestijnse volk en van de Palestijnse christenen.
Dit boek heeft mij er temeer van overtuigd dat wij daarin door onwetendheid over de situatie of door eenzijdige liefde ernstig tekortschieten. Daarom is het nodig dat wij ons mede laten corrigeren of op zijn minst ons bewust zijn van de ontluisterende situatie van velen in de Palestijnse gebieden. De veelal gewelddadige Israëlische tegenacties op de aanslagen van Hamas en andere Palestijnse organisaties trekken in hun leven wel heel diepe sporen. Dat mag ons niet onbewogen laten.
Naïviteit
”Een leger van licht” laat echter ook iets anders zien. Bewogenheid met mensen in hun sociale en geestelijke nood en gedrevenheid vanuit een diep roepingsbesef om hen pastoraal en diaconaal bij te staan, kunnen ook de ogen sluiten voor de oorzaak van hun trieste situatie en zelfs leiden tot een zekere naïviteit, die de achtergrond dreigt te verdoezelen.
Ik kan mij bij het lezen van dit boek niet aan de indruk onttrekken dat dat gevaar reëel aanwezig is. Te lezen over amicale contacten met mensen als Yasser Arafat, sjeik Jassin en andere leiders van de terreurorganisatie Hamas, die geen ander doel voor ogen staat dan Israël van de kaart te vegen en die (zelfmoord)aanslagen als een legaal middel zien en daartoe opleiden, komt in het licht van hun daden vreemd over en draagt niet bij aan een evenwichtig oordeel over de moeilijke situatie in het Midden-Oosten. Die contacten mogen misschien nuttig zijn en zelfs een vriendelijke indruk achterlaten, de gelegenheid om een Arabische bijbel te overhandigen mag niet het onschuldige bloed doen vergeten dat aan de handen van deze mensen kleeft.
Intussen benadrukt dit boek terecht dat wij als christenen geroepen zijn onze vervolgde geloofsgenoten van welk volk of ras ook metterdaad te ondersteunen. Ook het feit dat er initiatieven zijn om christenen uit Israël en de Palestijnse gebieden bij elkaar te brengen, is alleen maar toe te juichen en hopelijk werpen deze ontmoetingen onder Gods zegen vrucht af.
Want als dit boek één ding duidelijk maakt, dan is het de dringende noodzaak om hartstochtelijk te bidden om de vrede van Jeruzalem, waarin Joden en Palestijnen zullen delen, als de Verlosser tot Sion zal komen. Met alle vragen die er overblijven, zal het lezen van dit boek daartoe dringen.