Reeks aanslagen op stemlokalen Irak
Opstandelingen in Irak hebben binnen een etmaal in meerdere steden zeker dertien stemlokalen aangevallen. De rebellen willen verhinderen dat de Irakezen zondag een parlement kunnen kiezen.
Volgens de Iraakse politie zijn de stembureau’s bestookt met mortieren en raketten of opgeblazen met dynamiet. De materiële schade is groot. Bij de gebouwen gaat het meestal om scholen die dienstdoen als stemlokaal.
De groep van terrorist Al-Zarqawi, een fanatiek tegenstander van de stembusgang, eiste de verantwoordelijkheid voor de acties op. Al-Zarqawi zelf had zondag de verkiezingen de oorlog verklaard. Door de aanslagen hoopt hij dat kiezers besluiten niet te gaan stemmen, zodat de verkiezingen mislukken.
Bij de volksraadpleging op 30 januari wordt een Nationale Assemblee gekozen, die een regering kiest en een nieuwe grondwet opstelt. De huidige regering is feitelijk aangesteld door de Amerikanen.
Volgens de Iraakse kiescommissie zullen de uitslagen van de parlementsverkiezingen binnen tien dagen bekend zijn. Minder dan een kwart van de Irakezen die in het buitenland wonen, liet zich als kiezer registeren. In totaal hebben tot dusver iets meer dan 255.000 Irakezen in veertien landen zich ingeschreven. De inschrijving, die met twee dagen werd verlengd, sloot dinsdagavond. Het uiteindelijke aantal geregistreerde kiezers in het buitenland zal de 275.000 niet overstijgen, is de verwachting.
De Internationale Organisatie voor Migratie, die is belast met de organisatie van de verkiezingen buiten Irak, dacht dat in totaal 1 miljoen Irakezen zich zouden inschrijven. Vorige week, halverwege de inschrijving, bleek echter al dat het niet echt storm liep bij de registratiekantoren.
Irak gaat niet alleen gebukt onder aanslagen om de verkiezingen te dwarsbomen. Ook het geweld tegen medestanders van de huidige machthebbers houdt aan. In en om de hoofdstad Bagdad vielen dinsdag zeker dertien slachtoffers.
In het oosten van Bagdad werden een rechter en diens zoon doodgeschoten. De aanslag op de rechter, tevens voorzitter van de nationale raad van magistraten, past in een reeks aanvallen op hoge Iraakse functionarissen in Bagdad. Eerder werden al de provinciaal gouverneur en de plaatsvervangend politiechef vermoord.
De functionarissen worden beschuldigd van verraad, omdat ze met de interim-regering samenwerken. Veel opstandige moslims zien die regering als een marionet van de „ongelovige” buitenlandse coalitietroepen.
Kort na de moord op de rechter kwam het tot rellen in de buitenwijk van Bagdad waar het slachtoffer woonde. Gewapende mannen raakten er slaags met Iraakse ordetroepen. Volgens Arabische media stierven zeker elf agenten. Ook zouden enkele opstandelingen zijn gedood.
Extremisten dreigden verder een ontvoerde Amerikaanse staatsburger te doden. Op een dinsdag verspreide videoband is een man te zien die zegt de Amerikaan Roy Hallums te zijn. „Mijn leven is in gevaar, omdat bewezen is dat ik voor de Amerikaanse troepen werkt”, aldus de man, die in beeld een wapen tegen zijn hoofd krijgt gedrukt.
De 56-jarige Roy Hallums werd op 1 november samen met de Filipijn Robert Tarongoy ontvoerd uit het huis in het stadsdistrict Mansour waar zij verbleven. Beiden waren op dat moment werkzaam voor een Saudisch bedrijf dat catering verzorgt voor het Amerikaanse leger. De video geldt als zijn eerste levensteken.
De Verenigde Staten en Groot-Brittannië werken aan een tijdschema voor de militaire overdracht in Irak na de verkiezingen eind deze maand. Dat zegt de Britse premier Blair in een interview met de Financial Times, dat vandaag is gepubliceerd.
Blair noemt geen data voor de terugtrekking van de buitenlandse troepen, maar zegt dat grote delen van Irak klaar zijn voor een overdracht aan de Iraakse veiligheidstroepen. „Zowel de Irakezen als wijzelf willen dat onze troepen zo snel mogelijk vertrekken”, aldus Blair. „Bedenk, veertien van de achttien provincies zijn relatief rustig en stabiel.”
Een Amerikaanse generaal meldde dinsdag nog dat de huidige troepensterkte van circa 120.000 Amerikaanse militairen in Irak waarschijnlijk tot eind 2006 blijft gehandhaafd.
De Parijse politie heeft maandag vijf mannen en twee vrouwen opgepakt die ervan worden verdacht deel uit te maken van een netwerk dat radicale moslims uit Frankrijk naar Irak stuurt om daar te vechten. De autoriteiten hebben dat dinsdag bekendgemaakt. Het onderzoek naar het netwerk begon in september, nadat in Irak de lichamen waren gevonden van een aantal Fransen.
De Duitse politie hield zondag twee vermoedelijke leden van al-Qaida aan, een Irakees en een Palestijn. Zij zouden van plan zijn geweest een zelfmoordaanslag te plegen in Irak.