SCP doet noodzakelijke oproep tot luisteren
De overheid is er voor iedereen. Het is een waarheid als een koe, maar er zijn nogal wat mensen in de samenleving die het de afgelopen tijd zeker niet zo hebben ervaren. De Groningers. De slachtoffers van de toeslagenaffaire. De sceptici over de coronamaatregelen.
Over de laatste groep schreef het Sociaal en Cultureel Planbureau (SCP), ook een overheidsinstelling overigens, een rapport met als centrale uitkomst dat er beter naar hen geluisterd had moeten worden. De overheid moet „een nieuwsgierige houding aannemen” naar sceptische burgers, aldus het SCP.
Het is gemakkelijk over zo’n aanbeveling vervolgens weer sceptisch te zijn. Het voornemen om nu echt te luisteren naar „de burger” is onderdeel van het inkeringsproces dat politici standaard doorlopen wanneer ze merken dat ze een deel van de samenleving zijn kwijtgeraakt. Denk aan de reacties na verkiezingsoverwinningen van partijen als de PVV.
Toch is alleen al het feit dat het handelen van de overheid in een spanningsvolle periode kritisch tegen het licht wordt gehouden op zich al een goed signaal naar de samenleving. De oproep om langer echt te luisteren is bovendien niet alleen goed voor de overheid. Het SCP doet daarbij de belangrijke aanbeveling zorgvuldig om te gaan met labels. „Wanneer bepaalde zorgen, die breder leven, vooral in verband worden gebracht met labels als ”radicaal” en ”extremisme” kan dit het gevoel van uitsluiting versterken”, schrijven de onderzoekers.
Die lust tot labelen is breed waarneembaar, zeker op sociale media. Iemand die vraagtekens zet bij beleid rond transgenders krijgt al snel het stempel transfoob, terwijl iemand met zorgen over het klimaat gemakkelijk gepareerd kan worden als klimaatdrammer. Klassieke standpunten rond bijvoorbeeld huwelijk en gezin heten al snel ”fundamentalistisch” of ”extreem”, maar oprechte zorgen over het welzijn van lhbti’ers kunnen weer gemakkelijk worden afgedaan als exponenten van ‘de’ homolobby. De gemene deler is dat hierdoor een echt gesprek uit de weg wordt gegaan en er in feite dus sprake is van mentale luiheid.
Het SCP oordeelt dat er in de coronatijd ook in de dagbladen weinig nieuwsgierigheid was naar het achterliggende verhaal van sceptici. De „eigen ethiek” van journalisten sijpelde door in de teksten: dat ze zelf weinig geloof hechtten aan de scepsis klonk te sterk door in de berichtgeving, aldus het SCP. Het is goed om als krant daar alert op te zijn.
Tegelijk is dit wel een lastig punt: een krant is er niet primair om meningen naast elkaar te presenteren, maar moet aan waarheidsvinding doen. Met een klassiek voorbeeld in de journalistiek: als de een zegt dat het regent en een ander dat de zon schijnt, moet een journalist naar buiten gaan om te constateren wat juist is. De kritische vraag is dan wel of de drang tot waarheidsvinding naar beide kanten even sterk was. Dat is voer voor journalistieke introspectie.