Indonesisch hotel van Nederlandse EU-bons roept vragen op
Een Nederlandse topambtenaar bij de Europese Commissie kan er daarnaast zonder problemen een Indonesisch hotel op na houden, vindt de Europese Commissie. Toch klinken er kritische vragen. Bijvoorbeeld vanuit het door een corruptieschandaal geteisterde en daarom op integer gedrag gespitste Europees Parlement.
Gert Jan Koopman is de hoogste commissieambtenaar die over de uitbreiding van de Europese Unie gaat. Dat is, sinds de EU Oekraïne en andere door Rusland bedreigde landen aan de borst wil drukken, een belangrijke post. Eerder had de Nederlander al jarenlang de EU-begroting onder zijn hoede. Maar ondertussen bezaten hij en zijn familie ook een luxe hotel op het tropische Bali, bracht nieuwssite Politico aan het licht.
De commissie ziet daar geen kwaad in. Het bezit van een hotel is geen „activiteit” waarvoor een ambtenaar toestemming nodig heeft. Ambtenaren moeten zelf bepalen of hun bezittingen of andere belangen hen kwetsbaar maken en daarom gemeld moeten worden.
Maar daardoor kan de commissie niet zelf nagaan of er misschien sprake is van belangenverstrengeling, zeggen Europarlementariërs. Koopman had zijn Balinese bezit wel degelijk moeten melden, vindt de onafhankelijke Europarlementariër Dorien Rookmaker (ex-FVD). „De commissie neemt diverse regeringsleiders met enige regelmaat de maat. Belangrijk dus dat ze zelf het juiste voorbeeld geven. Alle kromme redeneringen ten spijt is hier in dit geval geen sprake van.”
Volgens Rookmakers collega Daniel Freund van de Duitse Groenen toont de kwestie precies aan wat er mis is met de integriteitsregels van de commissie. „Deze ‘we zullen er wel mee wegkomen’-houding past een instelling die democratische verantwoording moet afleggen niet.”
De commissie wuift de kritiek weg. Zij wijst erop dat Koopman officieel niet langer eigenaar is van het hotel en „natuurlijk geen managementrol heeft”. Koopman geniet „uiteraard het vertrouwen van de commissie”.