Harrewijn: Bewindsman voor godsdienst en ethiek
Het GroenLinks-kamerlid Harrewijn vindt dat er een staatssecretaris voor Godsdienst en Ethiek moet komen. De nieuwe bewindsman moet zich bezighouden met het partnerschap tussen de overheid en levensbeschouwelijke organisaties.
Dat bepleit de GroenLinkser in zijn boek ”Bijbel, Koran en Grondwet”, dat donderdag verschijnt bij uitgeverij Boom. Harrewijn, zelf predikant en opgegroeid in een gereformeerdebondsmilieu, vindt dat de overheid religie serieuzer moet nemen. De scheiding tussen kerk en staat betekent voor hem niet dat de overheid zich af moet keren van religie.
Harrewijn constateert een voorzichtige omslag in het denken. Godsdienst, en daarmee bedoelt hij vooral christendom en islam, krijgt „steeds meer erkenning als belangrijke maatschappelijke factor.” De overheid moet daarop inspelen.
Een van de belangrijkste dingen die een staatssecretaris voor Godsdienst en Ethiek moet bevorderen, is de confrontatie met andersdenkenden door middel van het onderwijs. Harrewijn vindt dat scholen een gedegen kennismaking met de samenleving moeten bieden. Daarom moet er een onderwijssysteem komen „waar voor alle vormen van godsdienstbeleving voldoende ruimte is.”
„Dus zeker geen door de overheid aangestelde godsdienstleraar die alle geloven netjes neutraal behandelt, maar een imam voor de moslimkinderen, een pastoor voor de katholieken, enzovoort. Maar ook de imam om christelijke kinderen te vertellen over de islam, een humanistisch onderwijzer om de positieve spanning tussen individualiteit en gemeenschapszin uit te leggen.”
De overheid moet dominees, pastoors, imams en humanisten in dienst nemen, net zoals nu het geval is bij de geestelijke verzorging in ziekenhuizen, gevangenissen en bij de krijgsmacht.
Harrewijn vindt dat alle scholen daaraan mee moeten werken. „Mochten reformatorische of islamitische scholen uiteindelijk weigeren mee te werken aan deze benadering van ontmoeting en confrontatie, dan wordt het tijd om artikel 23 (dat handelt over de vrijheid van onderwijs, red.) uit de Grondwet te schrappen, want dan verwordt vrijheid van onderwijs tot vrijheid van isolement. Dan wordt de vrees (…) bewaarheid dat bijzonder onderwijs averechts werkt, en ontwrichtend kan werken op de samenleving”, zo meent de GroenLinkser.
De staatssecretaris zal ook zijn schouders moeten zetten onder de totstandkoming van een universitaire imamopleiding in ons land.
Harrewijn wil niet dat de overheid directe verantwoordelijkheid gaat dragen voor de overdracht van waarden en normen door kerken, moskeeën en levensbeschouwingen door middel van de verkondiging.
Wel moet de overheid godsdienstige gemeenschappen steunen wanneer ze vanuit hun overtuiging maatschappelijke vraagstukken oppakken, zoals armoede, de opvang van uitgeprocedeerde asielzoekers en zorg voor drugsverslaafden. De uitwerking van een en ander zal lokaal gestalte moeten krijgen.
Tot slot doet Harrewijn in zijn boek de suggestie jongeren tijdens schooltijd actief kennis te laten maken met vrijwilligerswerk.