De stichting gaat de banktegoeden uitkeren van Joden die ooit geld op een bankrekening hadden maar dat nooit hebben opgeëist. Hoogstwaarschijnlijk zijn de oorspronkelijke rekeninghouders omgekomen. Sinds medio 1999 wordt daar onderzoek naar gedaan, evenals naar aanspraken op individuele verzekeringen en effecten. Voor die onderdelen zijn twee soortgelijke stichtingen opgericht.

Het bureau PricewaterhouseCoopers heeft ruim 3000 rekeninghouders achterhaald van wie nog aantoonbaar tegoeden bij de Nederlandse banken waren. Zij of hun erfgenamen kunnen voor 31 december 2002 bij de stichting een aanvraag tot uitbetaling van het geld indienen. De tegoeden bij de roofbank Lippmann, Rosenthal(&(Co vallen niet onder deze regeling.

Het gaat vaak om kleine bedragen: meer dan de helft van de geïdentificeerde tegoeden bedraagt minder dan 50 euro. De namen zijn vanaf woensdag te vinden op de website van de stichting (www.sib-sjoa.nl). Ook verschijnt de namenlijst zaterdag in NRC-Handelsblad en een landelijk dagblad in Israël. Om betrokkenen te wijzen op de regeling begint woensdag in Nederland, Israël en de Verenigde Staten een publiciteitscampagne.

De drie stichtingen die de claims van individuele Joden afhandelen over banktegoeden, effecten en verzekeringen staan los van de Maror Stichting. Die ziet toe op uitbetaling van een vast bedrag aan iedere Jood die de Tweede Wereldoorlog in Nederland heeft meegemaakt of, na overlijden, aan hun partner of hun kinderen.