Nieuwe stap op weg naar vrede in Jemen
Heel voorzichtig gloort er voor Jemen een sprankje hoop. Met een gevangenenruil tussen de strijdende partijen is een nieuwe stap op weg naar vrede gezet. Dat is hard nodig in het zwaar geteisterde Arabische land.
De beelden spraken dit weekeinde voor zich. Voormalige krijgsgevangenen die familieleden na lange tijd weer in de armen kunnen sluiten. Op de door rebellen gecontroleerde luchthaven van de Jemenitische hoofdstad Sanaa en op het vliegveld van de havenstad Aden, die in handen van het regeringsleger is.
In totaal zijn bijna 900 gevangenen uitgewisseld, onder toeziend oog van het Internationale Rode Kruis. Het is de grootste ruil sinds 2020. De maatregel is vooral bedoeld om het wederzijds vertrouwen tussen de strijdende partijen te vergroten.
Een delegatie onder leiding van het soennitische Saudi-Arabië, dat het Jemenitische regeringsleger steunt, en een afvaardiging van de Houthi-rebellen, die opereren met hulp van het sjiitische Iran, voerden vorige week al overleg over het sluiten van een wapenstilstand. Dat moet de opmaat tot een permanente vredesregeling voor het slepende conflict vormen.
De onderhandelingen worden gefaciliteerd door Oman. Het sultanaat, dat zowel aan Saudi-Arabië als aan Jemen grenst, heeft een belangrijke rol gespeeld in het op gang brengen van het overleg tussen de kemphanen. Vorig jaar resulteerde dat al in directe gesprekken tussen Saudi-Arabië en de opstandelingen. De ontwikkelingen kwamen in een stroomversnelling toen Riyad en Teheran vorige maand besloten om de diplomatieke relaties tussen beide landen te herstellen, na een jarenlange periode van bittere rivaliteit.
Die versnelling in het Jemenitische vredesproces is ook dringend nodig. Want in het Arabische land heeft zich de afgelopen jaren een van de meest dramatische humanitaire crises ter wereld afgespeeld.
Door het conflict, hongersnood en ziektes kwamen volgens schattingen van de Verenigde Naties in totaal bijna 400.000 mensen om het leven, van wie zo’n 150.000 direct als gevolg van het oorlogsgeweld. Tegelijkertijd zorgde de oorlog ervoor dat inmiddels bijna 80 procent van de bevolking van voedselhulp afhankelijk is. Toegang tot de meest basale voorzieningen is beperkt; gezondheidszorg en onderwijs zijn ver beneden de maat.
De huidige toenadering wil overigens niet zeggen dat het conflict daarmee spoedig ten einde is. Eerdere bestanden, die onder leiding van de VN werden gesloten, bleken op termijn niet houdbaar. Een groot pluspunt is nu echter dat de belangrijkste sponsoren van de oorlog –Iran en Saudi-Arabië– hun betrekkingen hebben genormaliseerd.
Verder zullen de partijen in Jemen zelf tot overeenstemming moeten komen over zaken als gelijkberechtiging, toegang tot voorzieningen en verdeling van de politieke macht. Dat zijn typisch onderwerpen van de lange adem. Eerst en vooral is het echter nodig dat de wapens zwijgen. En daar lijkt nu eindelijk serieus zicht op.