Prentenboek ”Mensendieren” laat alle kanten van een dier zien
Elk voorjaar kun je er verwonderd naar kijken: nieuw leven in de dierenwereld. Het ganzengezinnetje dat langspeddelt in de sloot. Lammetjes die bokkensprongen maken. Ganzen en schapen en hun kleintjes kunnen ons op zulke momenten meevoeren in een lente-idylle. Maar ze doen nog veel meer met ons mensen. En wij met hen, dat vooral. Tussen mens en dier bestaat een wonderlijke relatie.
Illustrator Yoko Heiligers (1983) maakt die tastbaar in het prentenboek ”Mensendieren”. Ieder dier –ze tekende er in totaal 25– is opgedeeld in verticale banen. De gans of het varken of de orka is als het ware in mootjes gehakt, soms in twee, soms in wel vijf. Elk deel zegt iets over een rol van het dier. De gans is niet alleen een zorgzame ouder, maar bijvoorbeeld ook hoofdrolspeler van een eeuwenoud spel.
De platen zijn, in de woorden van de uitgever, geïnspireerd op oude, vintage schoolplaten. Ze ogen nostalgisch, maar hebben ook iets hedendaags. Heiligers schetst met potlood, trekt de lijnen op een lichtbak over met Oost-Indische inkt en voegt digitaal kleuren en schaduwen toe, vertelde ze eind vorige maand in Het Parool, de krant waarvoor ze ook regelmatig illustraties maakt. Daarnaast illustreert ze al langer prentenboeken, waaronder kortgeleden een boek voor jonge kinderen over klimaatverandering van Marc ter Horst, ”Scheten uit de schoorsteen”.
Wat de tekeningen in ”Mensendieren” willen zeggen is eigenlijk wel duidelijk. Toch zijn er onderaan de pagina’s woorden toegevoegd. Zo zal echt níémand het zwarte schaap over het hoofd zien. Voor die ene witte boom en de schapenwolkjes in de vorm van schapen moet de kijker gelukkig alsnog zelf aan de slag. De gekozen woorden zorgen voor een eigen ondertoon en af en toe geven ze summier een moreel oordeel. ”IJdelheid” staat er bijvoorbeeld onder schoenen, riemen en een tasje van krokodillenleer.
Yoko Heiligers studeerde aan kunstacademie ArtEZ in Zwolle en heeft haar atelier ook in die stad. Ondanks de Nederlandse wortels van Heiligers kwam haar boek eerst in Italië uit. Dat had te maken met een internationaal uitgeversplatform waar ze haar mensendierenproject al in 2021 naartoe stuurde. Inmiddels staan ook onder meer een Chinese en een Franse editie van het boek gepland.
”Mensendieren” begon met de koe. Dat dier stond model voor de eerste plaat die de illustrator uit Zwolle tekende. Het rechterdeel van de koe wordt aanbeden door een knielende vrouw, op het middendeel bestaat de koe uit een mals stukje vlees en helemaal links fungeert de uier als melktap.
Door de rollen die een dier speelt samen te voegen laat het boek haarfijn zien hoe absurd ver de functies soms uit elkaar liggen. De koe vormt geen uitzondering.
Neem de rat. Het venijn zit ’m dit keer niet in de staart: die verwijst in de tekening naar het volksverhaal over de rattenvanger van Hamelen. Het achterlichaam van het dier en de voorkant staan wél in schril contrast met elkaar: het ene deel is overduidelijk van een proefdier – maar om het nekje van het dier zit juist een gezellige groene strik. Hier zie je de rat als huisgenoot, op de schouder van een lachend baasje. Het ongedierte in het stukje rioolbuis maakt het plaatje nog completer. En surrealistischer.
Juist vorige week was in het nieuws dat er in Nederland een steeds gelijkwaardiger relatie tussen mens en dier ontstaat. Dat is voor het gros van de dieren goed nieuws, maar wereldwijd gezien is er een hele weg te gaan tot elk dier zo vrij is als de gelukkige adelaar –helemaal rechts– die op zijn vlucht alleen maar bewonderd wordt door goedwillende vogelaars met verrekijkers.
Mensendieren, Yoko Heiligers; uitg. Loopvis;
52 blz.; € 19,99