Dat zei de VEMW, de belangenvereniging van zakelijke energie– en watergebruikers, woensdag in een reactie op het AER–rapport. De AER pleit er voor dat de Nederlandse staat een flinke vinger in de pap houdt bij het beheer van de nationale gasvoorraden. Verder moeten de structuren van de gasmarkt zoveel mogelijk intact blijven, concludeert de VEMW uit het rapport.

De constatering dat Nederland een belangrijk knooppunt in de Europese gasmarkt moet blijven, is een wijsheid uit de oude doos. Concrete aanbevelingen over wat gedaan moet worden om deze rol op te eisen, blijven in de ogen van de belangenvereniging uit.

„Gas voor Morgen is vooral een herhaling van bekende gezichtspunten van de gevestigde belangen op de gasmarkt en bevat weinig nieuws." Het rapport bevat tal van open deuren en tegenstrijdigheden, is soms onduidelijk en laat tal van indringende vragen onbeantwoord, aldus de VEMW.

Het rapport zou ook voorbijgaan aan de liberalisering van de Europese gasmarkt. De AER roept de regering op zich hard te maken voor een krachtige positie als inkoper op de wereldmarkt, zonder zich af te vragen in hoeverre dit botst met de vrijrmaking van de Europese markt.

Volgens het VEMW dreigt Nederland zelfs de boot te missen als het om een grote rol gaat op de EU–gasmarkt. In tegenstelling tot wat de Algemene Energieraad stelt, heeft het conservatieve beleid ertoe geleid dat belangrijke internationale gasstromen om Nederland heen zijn geleid en dat nieuwe investeringen in opslagcapaciteit op losse schroeven zijn komen te staan.