EU moet vooral mensensmokkelaars aanpakken
Premier Rutte noemt het „een grote tragedie”. Aan zijn Italiaanse collega Giorgia Meloni heeft hij zijn medeleven betuigd met de nabestaanden van de migranten die zondag voor de zuidkust van Italië om het leven kwamen bij een schipbreuk.
Minstens 59 mensen zijn bij het bootdrama verdronken. Onder hen twaalf kinderen, onder wie een baby van nog maar enkele maanden oud en twee kinderen van drie en zeven jaar oud. Voor hen is het eeuwigheid geworden. Ongeveer tachtig mensen zijn gered. Of er nog meer slachtoffers vallen te betreuren, is niet te zeggen. Onduidelijk is hoeveel mensen de gammele vissersboot aan boord had.
Roberto Occhiuto, de voorzitter van de regio Calabrië, zei zondag dat de bewoners van zijn gebied in rouw zijn. Hij vroeg zich hardop af wat Europa met dit drama gaat doen.
Die vraag is relevant. Het immigratieprobleem houdt regeringsleiders in Europa al jaren bezig. Dat het niet tot een oplossing komt, heeft deels te maken met het feit dat de regeringen van de verschillende lidstaten vooral naar elkaar wijzen. De meeste landen willen er geen vluchtelingen meer bij hebben. Daar is ook reden toe. Regeringen weten de huidige stroom al niet te managen.
EU-voorzitter Ursula von der Leyen zei zondag dat het drama in Zuid-Italië een aansporing is voor de Europese Commissie om de inspanningen voor een nieuw Europees asielbeleid te verdubbelen. Dat klinkt stoer, maar biedt weinig hoop. Zoiets is vaker gezegd. Maar resultaten blijven uit.
Het is echter te kort door de bocht om Europa als enige schuldige aan te wijzen. Zelfs als er afspraken zijn met landen waarvandaan migranten de oversteek wagen, blijven groepen langs illegale wegen komen. De asielzoekers die zondag schipbreuk leden, zijn het bewijs. De vissersboot was vertrokken uit Izmir in Turkije, het land waarmee de EU al in 2016 afspraken maakte over de opvang van migranten. Deze groep stapte op de boot met behulp van mensensmokkelaars. Dat zijn de boeven, niet de asielzoekers.
Triest is bovendien dat de meeste schipbreukelingen uit Afghanistan, Iran en Pakistan kwamen. Velen van hen zouden in aanmerking komen voor een verblijfsvergunning in Europa. Daarvoor was een barre tocht met zo’n tragische afloop niet nodig geweest.
Duidelijk is dat het migratievraagstuk zeer complex is. Een afdoende oplossing is er zeker niet zolang mensensmokkelaars nagenoeg vrij spel hebben. Een van de belangrijkste speerpunten van een beter migratiebeleid zou de harde aanpak van deze boeven moeten zijn. Maar daarvoor dient Europa intensiever samen te werken met de landen aan de Middellandse Zee waar de vluchtelingen vandaan komen. Dat biedt meer resultaat dan alleen maar tegen arme, berooide vluchtelingen zeggen dat ze niet welkom zijn. Want alleen dat laatste vanachter de vergadertafel roepen en vervolgens spreken van verslagenheid als dode lichamen aanspoelen, is niet overtuigend.