Gasbesparing: schimmels en mijten beleven gouden tijden
Alle kieren en gaten dichtstoppen om de warmte in huis te houden is goed voor de portemonnee, maar slecht voor de gezondheid. Zo tieren schimmels welig op vuil en vocht en smullen huisstofmijten van huidschilfers, met alle gevolgen van dien. Zorg daarom voor voldoende ventilatie in huis, adviseren experts.
De grootste vervuiler in huis? Dat is de mens zelf, stelt prof. dr. Annelies van Bronswijk (76), emeritus hoogleraar gezondheidstechniek voor het gebouw. Een mens verliest elke dag circa 10 miljoen huidschilfers en 2,5 liter vocht. Daarnaast ademt hij of zij 1 kilo aan koolstofdioxide uit. Deze natuurlijke stoffen lijken onschuldig, maar zijn het niet. Huidschilfers zijn fastfood voor huisstofmijten, die er goed op gedijen en daarbij stofjes produceren waarvoor mensen allergisch kunnen worden.
Vocht uit adem of zweet stuurt een waar ecosysteem aan, van bacteriën, schimmels en mijten tot insecten zoals zilvervisjes. Al deze organismen, die meestal houden van vocht, dragen bij aan fijnstof en luchtvervuiling in huis.
Koolstofdioxide (CO2) is nog de minst schadelijke stof die de mens produceert. Dit gas is vooral een goede graadmeter voor hoe het is gesteld met het binnenklimaat, zegt Van Bronswijk. Een vuistregel: hoe meer CO2, hoe meer fijnstof in de lucht.
Vol schimmel
Mensen kunnen allerlei klachten krijgen van een ongezond binnenklimaat: van hoofdpijn, lusteloosheid en concentratieverlies tot branderige ogen, jeuk en eczeem. Er is zelfs een heuse term voor: het sick building-syndroom. Prof. dr. Helianthe Kort, hoogleraar gezond binnenmilieu aan de Eindhoven University of Technology (TU/e) en lector technologie voor zorginnovaties aan de Hogeschool Utrecht: „Bij studenten zien we soms een enorme opleving van eczeem zodra ze op kamers gaan. Ze verhuizen naar een ingerichte studentenkamer, niet wetend dat het meubilair vol schimmel zit. In extreme gevallen wordt iemand zo benauwd dat hij naar het ziekenhuis moet.”
Veel van deze klachten worden getriggerd door zogenaamde endotoxines, giftige stoffen die door schimmels worden geproduceerd en via sporen of draden in de lucht terechtkomen. Vooral mensen met een zwakke weerstand of met onderliggende aandoeningen zoals astma, eczeem en rinitis (ontsteking van het neusslijmvlies) zijn hiervoor gevoelig. Maar ook kerngezonde mensen kunnen er goed ziek van worden.
Soms gaat het flink mis. Zo raakten in 2007 honderden bewoners van de Amersfoortse wijk Vathorst ziek van hun huis. Ze kregen last van long- en oogontstekingen en van astma. Veel kinderen en baby’s hadden het benauwd en waren kortademig.
De boosdoener bleek het ventilatiesysteem te zijn, een energiezuinige balansventilatie. Hierbij wordt warme lucht deels terug de woning in geblazen. Doordat de aan- en afvoer van het systeem niet goed waren gescheiden, ademden mensen vervuilde lucht in. Landelijk gaat het bij 60 procent van de huizen met balansventilatie mis, bleek in 2011 uit onderzoek van BBA Binnenmilieu. Dit bureau ontdekte verder dat de luchtverversing bij slechts 7 van de 299 onderzochte woningen in alle vertrekken op orde is. Van Bronswijk denkt dat de situatie op dit moment weinig beter is.
Gebrekkige ventilatie kan ook leiden tot een slechte slaapkwaliteit, toonde TU/e-hoogleraar Kort onlangs aan in onderzoek bij jongeren en ouderen. Dat is niet best, want een slechte nachtrust hangt volgens haar samen met allerlei gezondheidsklachten, zoals hart- en vaatziekten, cognitieve problemen en een depressie.
Dat de lucht in de slaapkamer de slaapkwaliteit beïnvloedt, verklaart emeritus hoogleraar Van Bronswijk als volgt. „Vervuilingen als geurstoffen en fijnstof in de lucht belemmeren de gasuitwisseling in de longen. Je lichaam krijgt daardoor minder zuurstof binnen. Het gevolg is dat organen en spieren ’s nachts niet goed herstellen en je moe wakker wordt.”
Belabberd
De luchtkwaliteit in woningen, kantoren en op scholen is over het algemeen belabberd, stelt Van Bronswijk. „Hoe nieuwer de woning, hoe slechter het binnenklimaat. De isolatie is niet zozeer het probleem, wel als alle kieren en ramen dicht zijn en er niet genoeg wordt gelucht. Je bent dan volledig afhankelijk van de instelling van je ventilatiesysteem.”
Veel ventilatiesystemen in nieuwbouwwijken zijn ontoereikend, stelt de emeritus hoogleraar. „Als je zo’n systeem op de hoogste stand zet, haal je de wettelijke minimumnormen net. Het probleem is dat het apparaat dan veel herrie maakt. Dus zetten mensen hem maar op een lagere stand.” Haar advies? „Besteed geld aan fluisterventilatie.” Ze doelt op systemen die weinig geluid produceren maar wel effectief zijn.
Nieuwe huizen zijn meestal goed geïsoleerd. Hoewel goede isolatie vaak samengaat met slechte ventilatie, zit er ook een voordeel aan, verklaart binnenklimaatexpert dr. ir. Francesco Franchimon. „Doordat wanden en daken niet zo koud worden, treedt er minder schimmelvorming op. Er zijn dan minder vochtige hoekjes waar schimmels gedijen.” Het is overigens wel belangrijk om naar het type isolatie te kijken, zegt de ingenieur. „Een aantal isolatiematerialen zorgt voor gasvorming, soms geurloos, die slecht is voor de bewoners. Hiervoor is helaas nauwelijks aandacht bij bedrijven die woningen isoleren.”
Van Bronswijk memoreert de kierenjacht in de jaren zeventig, toen mensen massaal kieren in huis dichtten. „Het gevolg was dat de gemiddelde woning in Nederland in de jaren negentig zo vochtig was dat er weer voorraadmijten opdoken. Deze beestjes produceren evenveel stof als huisstofmijten. De voorraadmijten waren in de jaren zestig verdwenen, toen huishoudens overgingen op aardgas. Mensen stookten goed, waardoor huizen uitdroogden en deuren kromtrokken.” Ook Franchimon noemt de kierenjacht. „De overheid heeft toen de grote fout gemaakt dat ze de ventilatie-eisen niet heeft aangescherpt.”
Volgens hem staan tal van ziekten, zoals luchtwegaandoeningen, hart- en vaatziekten en kanker, in verband met vervuilde lucht. Hij vindt het daarom vreemd dat er wel strenge wetgeving is voor voedselkwaliteit, maar niet voor de „10.000 liter lucht die we per dag consumeren, waarvan 9000 binnenshuis”.
In het Bouwbesluit 2012, een verzameling voorschriften voor gebouwen, staan weliswaar normen voor ventilatie beschreven, maar die zijn volgens Franchimon niet streng genoeg. Bovendien zijn die gedateerd: ze zijn gebaseerd op een rapport van de Gezondheidsraad uit 1984. „We menen nog steeds dat die eisen adequaat zijn. De coronapandemie heeft laten zien dat dat niet zo is.” Hij bedoelt dat veel uitbraken te wijten zijn aan gebrekkige ventilatie.
Sociale-huurwoning
TU/e-hoogleraar Kort maakt zich zorgen over mensen die om hun portemonnee te ontzien minder stoken en minder ventileren. Zowel een lage temperatuur in huis als gebrekkige ventilatie kan immers tot vochtproblemen en schimmelvorming leiden. „Het verbaast me niet als de komende maanden steeds meer mensen schimmel in huis ontdekken. Maar als je schimmelgroei ziet, ben je al te laat. De schimmels hebben dan al sporen geproduceerd, waarvan je ziek kunt worden.”
Van Bronswijk is het met haar eens. „Schimmels en mijten hebben tijd nodig om zich goed te ontwikkelen. Je moet daarom voorkomen dat ze die kans krijgen. Dat doe je door in de winter goed te ventileren. In de zomer heb je daar profijt van.”
Vooral de situatie van mensen die in sociale-huurwoningen zitten en daardoor weinig te kiezen hebben, vindt Kort zorgelijk. „Zeker bij gezinnen waarin astma voorkomt bestaat het risico dat hun klachten verergeren zodra ze een slecht geventileerde woning betrekken. Belangrijk is dat verhuurders daar rekening mee houden, door zo’n gezin bijvoorbeeld een andere woning aan te bieden.”
Kort vermoedt dat de coronapandemie heeft geleid tot een beter binnenklimaat, omdat mensen zich bewuster zijn geworden van het belang van ventilatie. Van Bronswijk denkt daar anders over. „Mensen brengen sindsdien meer tijd binnenshuis door, als gevolg van onder meer het thuiswerkbeleid. Voorheen konden huizen luchten als mensen op kantoor zaten.”
Ventileren
Iedereen doet er volgens Van Bronswijk verstandig aan 24 uur per dag, zeven dagen per week te ventileren. Elke dag even alle ramen openzetten heeft volgens haar weinig zin. „Als je dan alles dichtdoet, is de lucht na een halfuur weer even vuil. Dat is vijftig jaar geleden al vastgesteld. Deeltjes die zijn vastgeplakt aan het plafond, de wanden en het meubilair laten los als ze uitdrogen door drogere lucht.”
Ventilatie zorgt ervoor dat fijnstof en andere vuiligheid uit de woning worden geloosd, voordat ze overal aan vastkleven. Daarnaast verlaagt ze de luchtvochtigheid in huis, zelfs als die buiten hoger is. Dat heeft ermee te maken dat koudere lucht minder water kan opnemen dan warme lucht. Zo bevat een kubieke meter lucht bij een luchtvochtigheid van 100 procent en een temperatuur van 0 graden Celsius 4,9 gram vocht. Bij 20 graden kan een kuub lucht wel 17,3 gram water opnemen.
Wat kunnen mensen behalve ventileren nog meer doen? Schaf CO2-meters aan, adviseert Van Bronswijk. „Hang die in je keuken en je woonkamer op. Het beste kun je die afstellen op 600 ppm (parts per million, deeltjes per miljoen, MC). Als de meter gaat piepen, is dat een teken dat de luchtkwaliteit niet goed is. Zet dan de afzuigkap aan, het raam open of de ventilatie een standje hoger. Op die manier kun je je eigen binnenmilieu regelen.” Veel apparaten staan op hogere waardes ingesteld, 800 of 1000 ppm, maar vanaf 600 ppm kunnen er volgens de emeritus hoogleraar al gezondheidsklachten ontstaan.
Het maakt overigens wel uit hoeveel mensen zich in een ruimte bevinden, nuanceert Franchimon. „Meet je 1000 ppm in een klaslokaal vol jongvolwassenen, dan kun je zeggen dat de ventilatie op orde is. Maar meet je de dezelfde CO2-concentratie in een kleuterklas die voor de helft bezet is, dan wijst dat erop dat de ruimte te weinig wordt geventileerd.”
Binnenklimaatlabel
Franchimon roept de overheid op de ventilatie-eisen aan te scherpen. „Dat is in het belang van de volksgezondheid. Niet alleen als het gaat om het bestrijden van een pandemie, maar ook met het oog op longaandoeningen en andere chronische ziekten.”
Ook bepleit hij subsidieregelingen voor goede ventilatiesystemen en luchtreinigingsapparaten. „Zorg ervoor dat die voor iedereen betaalbaar worden. Daar wringt de schoen. Terwijl deze apparaten gezondheidswinst opleveren, waarvan zowel de overheid als zorgverzekeraars profiteren.”
Daarnaast is Franchimon voorstander van een binnenklimaatlabel voor woningen, vergelijkbaar met een energielabel. Voor kantoorgebouwen bestaat zoiets al. „Mijn pleidooi is: zet voldoende sensoren in een woning en koppel die aan een label. Meet het binnenklimaat gedurende langere tijd. Dat geeft een beter beeld dan een momentopname.”