Reinier van Klinken hertaalt ”Het geestelijk huwelijk” van Aegidius Francken
Opeens zat Reinier van Klinken met een klein oud boekje in z’n handen. Iemand had wat oude boeken weg willen doen, en hij had die toch maar even opgehaald. Wat in die dozen zat, was onder meer ”Het geestelijk huwelijk” van Aegidius Francken. Inmiddels ligt er een hertaling op de plank.
Van Klinken, docent aan het Van Lodenstein College, was geraakt door wat Francken schreef over de ”Huwelijks-vereeniging van de Kerk-bruyd met den grooten Immanuel Christus”. Tot zijn verbazing bleek er van dit boekje nog geen hertaling te zijn uitgekomen, schrijft hij in het voorwoord. Inmiddels heeft hij het boek aan de hand van de vierde druk uit 1757 zelf hertaald. Hij is daarbij „zo dicht mogelijk” bij het origineel gebleven, maar hoopt even goed dat het boek nu ook te lezen is door jongeren.
Van Klinken is gewetensvol te werk gegaan. Niemand kan hem ervan beschuldigen dat hij te vrij heeft hertaald. Dat betekent wel dat het nog steeds wat inspanning vraagt om kennis te nemen van wat Francken schrijft over het geestelijk huwelijk van Christus en Zijn bruid.
Papieren kind
Aegidius Francken (1676-1743) was een tijdgenoot van Comrie, Van der Groe, Hellenbroek en Smijtegelt. Hij heeft twee gemeenten gediend, Rijsoord en Maassluis, en is vooral bekend geworden door zijn dogmatisch handboek ”Stellige God-geleertheyd”. Hij noemde dat zelf zijn „eersten papieren kind”.
”Het geestelijke huwelijk” is dus ook zo’n ‘papieren kind’ van hem. Hij omschrijft erin de geestelijke omgang van „de Kerkbruid met haar Bruidegom Christus”. In de ”Aanspraak aan de godvruchtige lezer” noemt Francken twee zuilen waarop de kerk en het land steunen. Het zijn de waarheid van het Evangelie en de godsdienst die naar de godzaligheid is. De waarheid is voor het verstand wat de zon is voor de ogen. En in de ware godsdienst bekroont de Heere Zijn volk met overvloedige zegeningen. Maar ach, klaagt Francken dan: „Wat een groot verval is er onder ons niet gekomen? (…) Hoe is het wezen van het ware christendom niet vervallen?” En dus heeft het volk ook geen kennis meer van de heilrijke huwelijkssluiting van de bruid met de grote Hemelkoning Jezus. Vandaar dit boek. „Tegelijk zocht ik ook de ondertrouwde bruid van Jezus in haar gelukzalige staat te bevestigen, en aan te sporen tot gedrag dat zulk een volzalig huwelijk waardig is – zonder hierbij de sukkelende en bekommerde zielen te vergeten, die ik uit hun ongezonde angstvallige gedachten heb zoeken te ontwarren.”
Geen vrees
Wanneer de bruid zich waardig gedraagt, schrijft Francken, zal de grote Immanuël haar tot ogen zijn. Haar Bruidegom weet in de allerduisterste zaken raad te geven en is bereid de bruid op de rechte weg te leiden, zoals het hoofd het lichaam bestuurt. Wordt de bruid aangevallen door geestelijke vijanden? „O, de Heere Jezus, uw ondertrouwde Man, zal uw twistzaak twisten.”
De Bruidegom zal haar struikelingen bedekken, wil bescherming geven, alle gebreken vervullen, de zwakken sterken, de gevallenen weer oprichten en dragen, licht geven in de duisternis. Dan hoeft de bruid niet meer te schrikken van de dood: „Die zal u niet scheiden van Hem, maar zal u in de armen van uw Bruidegom overgeven tot de voltrekking van uw lang gewenste huwelijk.”
Dit kostelijke boek bevat een biografische schets van Aegidius Francken, van de hand van ds. M. van Kooten te Elspeet.
Boekgegevens
”Het geestelijk huwelijk”, Aegidius Francken; uitg. Gebr. Koster; 228 blz.; € 25,90