Reeks executies in Iran zet aan tot actie
Moed valt de demonstrerende Iraniërs niet te ontzeggen. Voor de beruchte gevangenis Rajai Shahr in Karaj, op zo’n 30 kilometer van Teheran, demonstreerden tientallen mensen maandag tegen de ophanden zijnde executie van twee jonge mannen: Mohammad Ghobadlou (22) en Mohammad Boroughani (19). „Dit is een laatste waarschuwing: als jullie executeren, komt er een opstand”, riepen de betogers onder meer. Wat de reden ook geweest mag zijn: maandag ging de terechtstelling niet door.
De aanklacht tegen de twee is „vijandschap tegen God” – een gangbare aanduiding in Iran voor ieder die het theocratische regime tegenstaat. Concreter beschuldigen de autoriteiten Ghabadlou ervan te zijn ingereden op een groep agenten tijdens een protest in Teheran, waarbij één van hen om het leven kwam. Boroughani zou een overheidsgebouw in brand hebben gestoken en een agent hebben neergestoken.
Als de beschuldigingen kloppen, zijn ze uiteraard strafbaar. Mensenrechtenorganisaties bestempelen de rechtsgang in beide gevallen echter als volstrekt onbetrouwbaar. Bovendien zou er sprake zijn geweest van marteling om zo bekentenissen af te dwingen. De executies lijken vooral te zijn ingegeven om als waarschuwing te dienen voor de deelnemers aan de aanhoudende demonstraties in Iran.
Dat de terechtstelling maandag niet doorging, zegt helaas nog niets over de afloop. Inmiddels is duidelijk dat het Iraanse regime niet terugdeinst voor doodstraffen op wankele gronden: zaterdag hingen beulen nog twee mannen (20 en 22 jaar) op. Sinds begin december zijn al tien demonstranten geëxecuteerd. Volgens Amnesty International is het einde van de executies bovendien nog niet in zicht: er zijn tientallen veroordelingen uitgesproken die tot doodstraffen kunnen leiden. Maandag nog spraken Iraanse rechters de doodstraf uit tegen drie anti-regeringsdemonstranten.
De demonstranten tegen de reeks executies verdienen alle steun. Het is dan ook toe te juichen dat de fractievoorzitters van een groot aantal politieke partijen, waaronder CDA, ChristenUnie en SGP, vrijdag in een open brief opriepen tot strengere sancties tegen Iran. Ze spraken daarnaast de wens uit dat de EU de Revolutionaire Garde, het elitekorps van het Iraanse regime, bestempelt als een terroristische organisatie. De Garde is onlosmakelijk verbonden met het regime en onmiskenbaar een van de grootste obstakels voor verandering in het land.
De Iraanse opperste leider, Ali Khamenei, benadrukte maandag in een televisietoespraak niet van zins te zijn de teugels te vieren en zei dat onruststokers in de publieke ruimte „zonder twijfel verraad plegen”. Verraad is in Iran grond voor de doodstraf. Het is een stellingname die weinig hoop geeft voor de nabije toekomst, maar des te sterker een beroep doet op westerse regimes om het op te nemen voor de demonstranten.