Tweede kans
Ik heb hem al in m’n handen om weg te gooien. Hij heeft de vrieskou namelijk niet overleefd. Denk ik. Zijn frisgroene blaadjes zijn bruin geworden. En vallen massaal naar beneden. Dat lijkt me een teken aan de wand. Dus besluit ik: mijn mooie olijfboompje moet weg. De groene container in.
Ik baal er wel enorm van. Olijf was een duur verjaardagscadeau van enkele familieleden. Ik was er gelijk weg van en kocht een dure, witte pot voor hem. En speciale potgrond. Hij kreeg een mooi plekje, waar hij goed zichtbaar was.
Maandenlang heb ik op vruchten gewacht, maar die kwamen er niet. En toch had het boompje iets: zijn grijsgroene bladeren en verweerde stam gaven me het idee dat ik in Zuid-Frankrijk was. Ik voelde de mediterrane zon soms bijna op m’n huid branden en hoorde het geklik van jeu-de-boulesballen in m’n oren.
Natuurlijk had ik kunnen weten dat Olijf de Nederlandse winters niet aankan. Natuurlijk had ik hem bij nachtvorst naar binnen moeten halen of er een zak omheen moeten doen. Net als de buren. Dan had-ie nu misschien nog geleefd. Maar ja…
Terwijl ik boven de container de grond uit de wortels schud, breekt er opeens een takje af. Dat maakt nu ook niet meer uit, denk ik eerst. Maar dan zie ik opeens iets onverwachts. Binnen in het dode hout schemert groen. Wat nu? Op zoek naar een antwoord zet ik Olijf voorlopig terug in zijn pot.
De vraag houdt me nog altijd bezig als ik op zondag een preek over Jesaja 11 hoor. Over een afgehouwen tronk en een twijgje dat zal uitgroeien tot een grote boom. Een Bijbelgedeelte dat hoop biedt.
En hoewel mijn boompje niet afgehouwen is, moet ik hier nu toch aan denken. Is de plant echt dood of lijkt dat maar zo? En: zou God ook zo naar mij en Zijn andere schepsels kijken?
Een paar dagen later sta ik weer met mijn boompje voor de container. Houden of weggooien? Het lijkt opeens geen vraag meer.
Ik besluit het boompje een tweede kans te geven. Geen gft-bak, maar nieuwe aarde en mest. En een mooi plekje in de veranda. Nu maar afwachten of er nog weer nieuwe blaadjes aan zullen komen.
En heel misschien volgt er zelfs wel een olijf.