Economische waarde natuur Zuid-Limburg 64 tot 74 miljard euro
De geschatte waarde van de natuur en het landschap in Zuid-Limburg voor de economie en het welzijn bedraagt tussen de 64 en 74 miljard euro. Dat blijkt uit een maandag in Maastricht gepresenteerd onderzoek door de Vrije Universiteit van Amsterdam. De wetenschappers bekeken de functie van de natuur voor mensen en economie, en de waarde die mensen van buiten Limburg aan de natuur toekennen. Het onderzoek is belangrijk omdat het tot nog toe moeilijk was bij beleidsafwegingen voor het gebruik van grond de waarde van de natuur goed in te schatten.
Bossen en bodem zorgen voor lucht- en waterzuivering, leggen CO2 vast en de natuur zorgt daarnaast voor het bestuiven van fruitgewassen. Bovendien is de natuur aantrekkelijk voor toeristen. Zuid-Limburg is een zeer populaire bestemming, 92 procent van de ondervraagden is er al eens geweest, blijkt uit interviews met 1500 Nederlanders door de onderzoekers. Bezoekers waarderen vooral de bossen, en daarna de graslanden. Alleen al die bossen hebben een economische waarde van ruim 800 miljoen euro per jaar.
Het bedrag van 64 tot 74 miljard euro verwijst naar de economische waarde, en is daarmee niet de prijs die we zouden neertellen om die natuur te verkopen, zegt onderzoeker Jeroen Aerts. „De natuur maakt leven op aarde mogelijk, en zonder natuur zou ons eigen leven op aarde onmogelijk zijn, wat een oneindige waarde impliceert.” De natuur heeft vaak een zwakke positie, aldus Aerts. „Het rapport kan helpen mensen ervan te overtuigen de natuur niet kapot te maken.”
Het rapport doet enkele aanbevelingen. Bij investeringen in de openbare ruimte moet de natuur een volwaardige rol krijgen. Verder zijn investeringen in de natuur gerechtvaardigd. Het gaat immers om vele tientallen miljarden aan waarde, goed bovendien voor tienduizenden banen in de toeristische sector. „De natuur is de grootste werkgever van Limburg”, zei Aerts.
Volgens de onderzoekers zijn de grenzen aan de draagkracht van de natuur bereikt. De Limburgse gedeputeerde Geert Gabriëls (GroenLinks) had er wel moeite mee dat natuur in economische waarde wordt uitgedrukt. „„Het ervaren van schoonheid kun je niet in geld uitdrukken”, zei hij bij de presentatie van het rapport.