Kerk & religie

Echt thuis

2 Korinthe 5:6-7

Caspar Olevianus
5 December 2022 08:00Gewijzigd op 5 December 2022 08:06
beeld RD
beeld RD

„Wij hebben dan altijd goede moed, en weten dat wij, inwonende in het lichaam, uitwonen van de Heere; (want wij wandelen door geloof en niet door aanschouwen).”

Het gebruik van de kennis van het eeuwige leven is in de eerste plaats belangrijk, omdat de gedachte aan onze misschien zeer spoedige overgang tot een beter eeuwig leven, tot dat hoogste goed, onze harten zal losmaken en aftrekken van de ijdele aardse dingen, zoals de apostel Paulus zegt: „Wij hebben dan altijd goede moed, en weten dat wij, inwonende in het lichaam, uitwonen van de Heere; (want wij wandelen door geloof en niet door aanschouwen).” Zo ook Romeinen 8:23: „Wijzelf, die de eerstelingen van de Geest hebben, wij ook zelf, zeg ik, zuchten in onszelf, verwachtende de aanneming tot kinderen, namelijk de verlossing van ons lichaam.” En 1 Petrus 1:17: „Wandelt in vreze de tijd van uw inwoning.”

Een inwoning noemt hij het, niet een woonstede. Het woord voor inwoning, in de grondtekst gebruikt, betekent eigenlijk een verkeren als vreemdeling, een verblijven of inwonen voor een korte tijd, in een plaats die ons vaderland niet is. Voor woonstede is in de grondtekst een woord gebruikt dat in onderscheiding van het vorige woord te kennen geeft een bestendige of vaste woning, waar men thuis is.

Caspar Olevianus, hoogleraar te Heidelberg

(”Verklaring der Apostolische Geloofsbelijdenis”, 1868)

Meer over
Meditatie

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer