Linkse partijen willen geld voor hogere lonen in kinderopvang
De oppositiepartijen PvdA en GroenLinks willen een verhoging van de lonen in de kinderopvang met 5 procent. Om dat al volgend jaar mogelijk te maken, willen zij de kinderopvangtoeslag voor ouders met 175 miljoen euro ophogen. De partijen doen dat voorstel bij de behandeling van de begroting van Sociale Zaken en Werkgelegenheid.
De linkse partijen sluiten zich daarmee aan bij een oproep van werkgevers, werknemers en ouders in de kinderopvang om via de toeslag meer financiële ruimte te creëren. Ook deze branche kampt met grote personeelstekorten. De opvangorganisaties hebben beloofd dat het extra geld uitsluitend naar hogere lonen gaat.
PvdA en GroenLinks willen daarnaast voorkomen dat de kinderopvang voor ouders onbetaalbaar wordt doordat de gestegen kosten voor huur en energie worden doorberekend in hogere tarieven. Dat kan door de jaarlijkse inflatiecorrectie op de vergoedingstarieven naar voren te halen. Dat kost eenmalig 65 miljoen euro, zo rekenen de partijen voor.
„Naar de kinderopvang gaan is goed voor zowel de ontwikkeling van het kind, als voor de positie van de vrouw op de arbeidsmarkt en haar financiële onafhankelijkheid”, zegt PvdA-Kamerlid Barbara Kathmann. Er moet wat haar betreft snel geld bij, „om te voorkomen dat ouders met een kleinere portemonnee de dupe worden”.
Goede kinderopvang is daarnaast „de sleutel om het personeelstekort op de arbeidsmarkt op te lossen”, zegt GroenLinks-Kamerlid Senna Maatoug. „Eén pedagogisch medewerker zorgt ervoor dat zes tot tien ouders aan het werk kunnen gaan. Daarom is het belangrijk dat het kabinet deze extra stappen zet.”
Het geld dat nodig is voor dit „noodplan” voor de kinderopvang, kan volgens de linkse partijen worden vrijgemaakt uit de middelen die het kabinet al beschikbaar heeft gesteld om de gestegen energiekosten in de (semi-)collectieve sector te compenseren. Daar is in de najaarsnota 1,5 miljard euro voor gereserveerd.