Jas niet aan de kapstok hangen, maar achter je stoel leggen. Telefoon niet in een bak droppen, maar in je tas stoppen. Vanaf het fietsenhok de blauwe pijlen volgen en door de nooduitgang de gymzaal inlopen. En bovenal: afstand tot elkaar houden. De scholieren die deze woensdag toetsen maken, moeten zich aan een waslijst met regels houden; bedoeld om virusbesmettingen te voorkomen.

De eindexamens zijn afgelast. Maar de schooltoetsen gaan gewoon door. Dat moet wel, zegt locatiemanager André Heijboer. „In ons programma voor toetsing en afsluiting staat wat leerlingen moeten weten als ze de school verlaten. Die kennis moeten we kunnen toetsen, anders kunnen we als school niet instaan voor de kwaliteit van de diploma’s.”

Mondelinge toetsen zijn afgenomen via videobellen. Schriftelijke toetsen digitaal afnemen gaat vooralsnog niet, zegt Heijboer. Hij heeft over die mogelijkheid wel nagedacht. „Ouders zouden thuis toezicht kunnen houden op hun kinderen. En na afloop van de toets een handtekening zetten dat het examen binnen de tijd is afgenomen en de leerling niet heeft afgekeken. Maar een deel van de ouders zegt: „Dat is een taak van school.” Anderen zeggen: „Ik durf niet te beloven dat ik net zo streng toezicht houd als de school.”

Samen met twee conciërges attendeert Heijboer de havisten die deze woensdagochtend op school arriveren voor de toetsen godsdienst en wiskunde op de coronaregels. „Oké, oké, oké”, zegt hij hoofdknikkend tegen drie leerlingen die op meters afstand van elkaar kletsen in het fietsenhok. „Rik, ik twijfel.” De jongen doet meteen twee passen achteruit. „Ik twijfel niet meer.”

„Ik ga mijn meetlint halen”, bromt Heijboer als twee vrienden opnieuw geen 1,5 meter afstand bewaren. „We weten dat we niet besmet zijn, dus dan kunnen we elkaar ook niet aansteken”, luidt het weerwoord van één van de twee. Heijboer: „Je kunt elkaar ook aansteken in onverantwoord gedrag. Als je het niet voor jezelf doet, doe het dan voor je opa en oma.” De jongens stappen zwijgend uit elkaar.

Leerwerk

De meeste leerlingen ogen ontspannen. Nu de eindexamens vervallen, weten ze al dat ze zijn geslaagd. Het laatste schoolexamen legt lang niet zo veel gewicht in de schaal als het centrale eindexamen zou hebben gedaan. Veel leerlingen kunnen voor alle toetsen een 1 scoren en zijn dan nog geslaagd. „Het moet wel heel raar gaan als ik het nu nog verpruts”, zegt Peter van der Wind. „Ik heb ook nauwelijks geleerd. Ik kom van een boerderij en ben thuis gewoon aan de slag gegaan.”

Ook Lisa van Engelenhove en Anna Hage maken zich niet druk over het verloop van hun toetsweek. De havisten uit Ede zijn ervan overtuigd dat ze sowieso slagen. „Het coronavirus scheelt ons veelleerwerk voor de centrale eindexamens”, zegt Lisa. „Dus ik vind het best zo.”

De meiden zijn blij dat de school voorschriften heeft opgesteld waaraan ze zich moeten houden. „Nederland heeft in vergelijking met andere landen al soepele maatregelen in de bestrijding van het coronavirus”, zegt Anna. „Dat kan alleen als we ons goed aan de regels houden. Als we dat niet doen, wordt het erger.”

Wiskundestof

Achter in het fietsenhok, buiten het zicht van surveillanten, kijkt Gerard Fieret met vier medeleerlingen de stof voor de wiskundetoets nog even door. Ze houden geen 1,5 meter afstand tot elkaar. Gerard: „We hebben elkaar weken niet gezien, dus het is leuk om even bij te praten. Dan vergeet je de afstand weleens.”

De havist zegt vooral op te letten dat hij uit de buurt blijft van mensen die hoesten. Ook hij is blij dat de centrale eindexamens zijn afgelast. „Voor economie sta ik met mijn schooltoetsen een 6. Als ik het eindexamen had verprutst en een 4 had gehaald, zou ik onvoldoende staan. Nu loop ik dat risico minder.”

Julia Kemp baalt juist dat de eindexamens zijn afgelast. „Ik sta een 5,2 voor wiskunde. Met een 5,7 voor mijn eindexamen zou ik een voldoende hebben gehad. Nu moet ik voor deze toets minstens een 6,3 halen voor een voldoende.” Toch heeft de huidige gang van zaken ook voordelen, erkent ze. „Nu ik geen school heb, krijg ik alle tijd om te leren. En tussen elke toetsdag zit een leerdag. Dat was met een normale schooltoetsweek nooit zo.”

Rick Fraanje vraagt zich af of de voorzorgsmaatregelen van de school wel zin hebben. „Ik hoorde over een Amerikaans onderzoek waaruit zou blijken dat je zelfs op 7 of 8 meter afstand nog besmet kunt raken. Dan is 1,5 meter veel te weinig.” Toch is hij wel blij dat zijn medeleerlingen zich goed aan de regels van de school willen houden. „Ik voel me hier veiliger dan op mijn werk als vakkenvuller.”