Een lange zandweg voert vlakbij het dorpje Sambucca omhoog de Toscaanse heuvels in. Na een paar kilometer en een paar slingers duikt een stevig hek op. Daarachter ligt tussen een wijngaard en een olijfboomgaard de villa Rocca dei Draconie –Italiaans voor Drakensteijn.
De historische Toscaanse boerderij ligt goed verscholen. Alleen een langeafstandswandelroute voert vlak langs de ingang, verder komen hier geen mensen dan alleen zij die er moeten zijn. De ideale omgeving voor een koninklijke familie om even op adem te komen: stilte, natuur, privacy. Een zwembad en tennisbaan maken het compleet. Geen wonder dat de Oranjes al sinds de jaren zeventig hier graag een deel van hun vakantie doorbrengen.
Het huis -dat op naam van de drie zoons van de koningin staat- is royaal met zijn 22 kamers. Naar verluid kreeg de koningin de villa ,,voor een kop koffie” van een goede kennis: de rijke Italiaan Vasco Vicini. De Vicini’s wonen nu vooral in de Verenigde Staten maar bezitten vlakbij de villa van de Oranjes een kasteel met een prachtig woonpaleis en daarnaast een hotel. Als Vicini er is zal de koningin hem opzoeken.
De koningin komt graag in Toscane. Vooral in april of mei. De cultuurminnende vorstin kan in de streek haar hart ophalen. Om de hoek ligt de renaissancestad Florence en ook de vele dorpjes in de omgeving zijn rustiek: Badia met zijn geheimzinnige klooster waarvan de deuren zelden opengaan en San Donato in Poggio met zijn nauw straatjes. In de gemeente Tavarnelle liggen veel mooie plekjes.
In San Donato bevindt zich een van de restaurants waar de koningin en haar kinderen graag aan tafel schuiven: gewoon aan een van de lange tafels die opgesteld staan in het nauwe straatje voor het restaurant. De restauranteigenaar kent de leden van de koninklijke familie allemaal persoonlijk. In zijn restaurant hangen krantenknipsels over de koningin. Trots toont hij de dankbetuiging die hij kreeg na het overlijden van prins Claus: hoogstpersoonlijk door ,,Beatrix” ondertekent.
Veel mensen in de dorpen rond de villa weten wel iets over de koningin en haar familie te vertellen. De beheerster van een klein historisch museum in San Donato vertelt over de ,,lange, knappe prinsen” die regelmatig in het stadje komen. ,,Ze gaan gewoon gekleed. Wel vakantiekleding. Maar ze zien er echt als prinsen uit.”
De koningin gaat zoveel mogelijk in cognito op stap. Haar traditionele kapsel laat zij dan achterwege. Toch is het ”de koningin” die arriveert als zij bijvoorbeeld uit eten gaat, vertelt een restauranthouder. ,,Grote auto’s. Grote mannen om haar heen. En een chauffeur met een mooi pak.”