Via een Nederlandse familie die bevriend is met zijn broer kon Emmanuel nog voordat hij in het vliegtuig stapte een kamer regelen. „Ook dat was Gods genade.” Dankzij deze familie en zijn nieuwe huisgenoot leerde hij veel christelijke vrienden kennen.

De student, die in Rwanda is aangesloten bij de Anglicaanse Kerk, bezocht in Rotterdam regelmatig diensten van de International Christian Fellowship (ICF). In Nederland komen maar weinig mensen in de kerk, vindt hij. „Vooral jongeren zie je er niet, in tegenstelling tot mijn land. In Rwanda kleden mensen zich ’s zondags op hun best en zijn ze ontzettend blij. De kerk groeit er snel en mensen zijn zich bewuster van Gods koninkrijk dan Nederlanders. Ik was ook lange vieringen gewend, terwijl de diensten in Nederland meer korte, rustige ceremonies zijn.”

Toch is de Rwandese kerk volgens hem niet per se een voorbeeld. „De kracht van de kerk kunnen we niet beoordelen aan de hand van het aantal kerkgangers.” Hij merkt op dat er ook verborgen persoonlijke zonden en hypocrisie voorkomen in Rwanda. „Wel heeft de aanwezigheid van de kerk ons land bewaard voor groot moreel verval.” Religie speelt nog altijd een belangrijke rol in de Rwandese cultuur. Mensen zijn trots op hun geloof, en daar zouden Nederlanders iets van kunnen leren, vindt de student. „Dat geldt ook voor het sterke gemeenschaps- en solidariteitsgevoel en de dankbaarheid waaruit mensen leven, ondanks de armoede.”

De Nederlandse levensstijl noemt Emmanuel snel, druk en individualistisch. Wat hem betreft nemen de Rwandezen iets over van de directe communicatie die in Nederland normaal is. „In mijn land is dat onbeleefd, terwijl het juist de openheid bevordert.”

Makkelijk was de tijd in Nederland niet altijd. Hoewel hij genoot van zijn studie, was het hard werken. „Eén jaar leek veel te kort voor het masterprogramma.” De winter vond hij de moeilijkste tijd. „Ik ben een buitenmens en houd ervan om ’s avonds te wandelen of joggen. Heerlijk om zo je hoofd leeg te maken. Binnenshuis lukte me dat niet zo.”

Wat hij geleerd heeft van de studieperiode in Nederland? „Dat de hele wereld Jezus nodig heeft, ongeacht afkomst of sociale status. Geloven is in Nederland sterk gericht op materiële behoeften. Nederlanders denken soms God niet nodig te hebben, omdat ze alles al hebben. In een ontwikkelingsland als Rwanda zie je weer dat mensen God zoeken of in Hem geloven omdat ze arm zijn. Veel preken beloven rijkdom aan de gelovigen.” Volgens Emmanuel klopt het allebei niet. „De Bijbel is duidelijk: mensen hebben God nodig voor de redding van hun ziel. In elke materiële behoefte voorziet Hij uit genade.”