De dag dat het leven van Coriëtte en Gerlinde op zijn kop komt te staan, is de dag dat ze horen dat hun vader ernstig ziek is: 30 juni 2016.

Verkoudheid, hoesten en kortademigheid, het gaat maar niet over bij hun vader. Artsen halen wat weefsel weg uit zijn longen. Het blijkt een uitzaaiing van een kankergezwel dat in zijn nier begonnen is. Het leven van Coriëtte en Gerlinde stort als een kaartenhuis in elkaar. „Het voelde alsof ik van een waterval viel en niet wist waar ik terecht zou komen”, vertelt Coriëtte.

"Het voelde alsof ik van een waterval viel en niet wist waar ik terecht zou komen"

Het gezin gaat een onzekere tijd tegemoet. Vader Kint start met immunotherapie, een behandeling die het lichaam sterker maakt tegen de kankercellen. Hierdoor zou hij nog één à twee jaar kunnen leven. Of deze therapie zal aanslaan, is op dat moment nog niet zeker.

„Hij was sterker dan wij allemaal”, zegt Coriëtte met een glimlach. „Hij heeft nooit één woord geklaagd. Soms stuurde hij ons een bemoedigend berichtje als wij verdrietig waren.” Getroost worden door hun vader, terwijl híj ziek is, voelt voor de zussen niet vreemd. „Zo was hij. Toen wij een keer huilend wegliepen uit het ziekenhuis, had hij al een appje gestuurd voordat we thuis waren”, vertelt Gerlinde.

Hoop

Op 18 augustus 2016 krijgt hun vader een complicatie. Door een gaatje in zijn long komt er lucht in zijn hartzakje terecht. De meiden zien dat het erg slecht gaat met hun vader, maar houden vast aan elk positief bericht. „De dokter vertelde dat die complicatie in een zeldzaam geval vanzelf kan verdwijnen. Dat gaf weer hoop”, vertelt Gerlinde.

"Pas twee dagen voordat hij overleed, besefte ik pas echt dat hij niet meer beter zou worden"

Coriëtte: „Pas twee dagen voordat hij overleed, besefte ik pas echt dat hij niet meer beter zou worden.” Nauwelijks vier dagen na de complicatie overlijdt Gert Kint in de nacht van 21 op 22 augustus 2016 op 53-jarige leeftijd.

De zussen hebben niet echt afscheid kunnen nemen van hun vader. „We wisten niet wanneer het juiste moment daarvoor was”, vertelt Gerlinde. „Onze vader was in de laatste periode van zijn leven niet goed bij bewustzijn vanwege de morfine. Af en toe kwam hij bij, dan konden we even met hem praten.”

Op de ochtend van 22 augustus belt de moeder van de meiden met het bericht dat hun vader rustig in zijn slaap overleden is. „Het klinkt gek,” vertelt Gerlinde, „maar eigenlijk waren we opgelucht.” Coriëtte vult aan: „We waren bang dat hij zou stikken. Dat is gelukkig niet gebeurd.” Voor het gezin is de spanning weg, maar het verdriet blijft. Dat zullen ze altijd met zich meedragen.

Ze krijgen veel steun van familie, vrienden en kennissen. „God plaatste de mensen op ons pad die we op dat moment nodig hadden. We kregen elke dag eten en praktische hulp, zoals bij het boodschappen doen”, vertelt Coriëtte.

"God plaatste de mensen op ons pad die we op dat moment nodig hadden"

Beslissingen over bijvoorbeeld de kaart en de rouwdienst neemt het gezin gezamenlijk. „We waren het altijd met elkaar eens. En we wisten ook goed wat mijn vader zou hebben gewild.” Op de vraag of ze als gezin nu een betere band hebben gekregen, schudt Coriëtte haar hoofd. „Die was altijd al erg goed. Hij is wel veranderd, we delen nu hetzelfde verdriet.”

Verwerken

Dan komt het moment dat de zussen de draad weer moeten oppakken. Coriëtte werkt als kleuterjuf, Gerlinde volgt een mbo-opleiding tot verpleegkundige. „Ik had mijn werk nodig om dingen te verwerken”, vertelt Coriëtte. „De kinderen in mijn klas –dat weten ze niet– hebben me het schooljaar doorgesleept.”

Coriëtte: „Het voelt alsof er een deel van me is afgescheurd.”

Voor Gerlinde begint het schoolleven weer. Dat gaat niet vanzelf, maar stukje bij beetje slaat ze zich door het schooljaar heen. „Ik ben alle lessen aanwezig geweest, maar de helft heb ik niet gehoord. Mijn concentratie was erg slecht, soms heb ik dat nog steeds. Mijn gedachten gaan telkens terug naar wat er gebeurd is.”

Coriëtte herkent dat. „Je neemt het altijd met je mee. Het voelt alsof er een deel van me afgescheurd is. Dat gemis draag ik elke dag bij me. Het neemt ruimte in in mijn gedachten.”

Gerlinde: „Ik ben serieuzer geworden.”

„Je wordt serieuzer”, vult Gerlinde aan. „Ik kan een vrolijke stemming minder lang vasthouden. Ook zit ik anders op een verjaardag. Mensen praten veel, maar zeggen weinig. Het contrast met de wezenlijke dingen waar wij bij bepaald werden, is dan zo groot.”

Verwerking is een proces dat telkens weer anders is. „We kunnen samen lachen, dat hoort ook bij verwerken”, glimlacht Coriëtte. Gerlinde knikt. „Je komt het gemis overal in tegen, in leuke en verdrietige dingen.”

Gemis

Soms overvalt de emotie de zussen opeens. Gerlinde: „Het zijn vaak de kleine dingen die pijn doen. Aan het begin moesten we opnieuw rekenen hoeveel koffie we moesten zetten. We zien zijn kleding niet meer in de was, horen zijn sleutel niet meer in het slot en horen zijn voetstappen niet meer op de trap.”

„Dagen zoals Vaderdag zullen nooit meer als vroeger zijn”, vult Coriëtte aan. „En zijn orgel horen we niet meer.”