Het jaarlijks terugkerende onderzoek naar trends onder jongeren is een initiatief van het Jeugdwerk Steunpunt van de Nederlands Gereformeerde Kerken. Acht organisaties werkten daarnaast aan de achtste editie over 2021 mee, waaronder de Hervormd-Gereformeerde Jeugdbond (HGJB) en de Christelijke Gereformeerde Jeugdwerk Organisatie (CGJO).

Dit jaar staat het onderzoek in het teken van het effect van de coronamaatregelen op jongeren. Een belangrijke trend volgens het rapport is de vereenzaming van jongeren, omdat fysieke contacten niet meer mogelijk zijn. Ook worstelen jongeren met gevoelens van teleurstelling en machteloosheid.

Het rapport laat zien dat de coronacrisis een „katalysator” is van ontwikkelingen die al langer gaande zijn in de jeugdcultuur, zegt gemeenteadviseur Niek van der Wiel. Namens de HGJB was hij betrokken bij Jeugdtrends 2021. „Veel dingen die we signaleren zijn niet direct nieuw, maar worden door corona erg versterkt. Zo zien we al jaren hoe sociale media invloed hebben op de leefwereld van jongeren, maar nu voelen zij dat zelf opeens ook. Als je alleen nog maar online kunt communiceren, zie je pas echt de waarde van fysieke ontmoetingen.”

De gemeenteadviseur ziet sommige jongeren „wegdrijven” van de kerk. In contact komen met deze groep vraagt „veel creativiteit” van kerken, zegt Van der Wiel. „En soms radicaal ingrijpen, dingen echt even anders doen dan voorheen om hen te bereiken.”

Verdeeldheid

Door de uiteenlopende meningen over complottheorieën of over de coronamaatregelen –ook binnen de kerk– neemt de verdeeldheid onder jongeren en in vriendengroepen toe, signaleert het rapport. Met hen in gesprek gaan en begrip tonen is het devies, zegt Van der Wiel. „Ik realiseer me dat dat simpel klinkt. Tegelijk verbaas ik me er telkens weer over hoe weinig contact er soms écht met jongeren is. Stuur eens een appje, breng een presentje langs. Veel ambtsdragers zijn terughoudend in zulke vormen van contact, terwijl jongeren echt wel begrijpen dat je hen in deze tijd op deze manier probeert te bereiken.”