Fijn, de vakantie komt eraan! Met een groepje vrienden ga je een paar dagen kamperen. Je hebt er zin in. Het weer valt de eerste dag een beetje tegen. Nogal wat regen en wind. Een van de vrienden heeft een oplossing. „We gaan lekker met elkaar naar de stad, op internet heb ik gezien dat daar een toffe bioscoop is.”

Even is het stil in de tent. Een andere vriend geeft een instemmend antwoord. Aarzelend, dat wel. Maar toch. Het valt je eigenlijk tegen. Thuis zou hij dat niet doen, zijn ouders hebben hem altijd iets anders voorgehouden. Van een ander weet je zeker dat hij nog nooit in een bioscoop is geweest. Gaat hij nu ook mee?

Het plan is snel uitgebroed, de daad wordt bij het woord gevoegd. Daar gaan de vrienden. Lachend staan ze bij de bushalte, op weg naar de stad. Je bent alleen komen te staan. Dat doet pijn.

Wat moet je doen? Het eerste wat ik wil zeggen, is: Maak nooit een keuze die je voor je geweten niet durft te maken. Dat is gevaarlijk, want je gaat gemakkelijk steeds een stapje verder.

Maar, hoe zit het dan met het geweten van die vrienden? Dat is niet eenvoudig. Het is goed mogelijk dat het geweten van de ander ook sprak. De druk van de vriendenkring werd echter sterker dan de stem van het geweten. Het geweten van een derde sprak in het verleden ook, maar hij raakte eraan gewend om over de stem van het geweten heen te gaan. „Moet toch kunnen”, werd zijn leus. En: „Iedereen doet het.”

Als ik de Bijbel goed heb begrepen, hoort het bij het leven naar Gods Woord om alleen te komen staan. Aan het hof van Egypte kwam Mozes alleen te staan (Hebr. 11:24-26). In het huis van Potifar kwam Jozef alleen te staan (Gen. 39:14). Op de Karmel stond Elia alleen (1 Kon. 18:21). Tussen de valse profeten stond Jeremia alleen (Jer. 28:11). Paulus stond alleen toen hij voor stadhouder Felix een pest werd genoemd (Hand. 24:5). Tot Zijn discipelen sprak de Heere Jezus dat ze overgeleverd zouden worden en gevangengezet, dat hun de mond zou worden gesnoerd. Dan kom je alleen te staan. Echt alleen?

Vergeet dit nooit: wie de Heere tot zijn deel mag hebben, is niet alleen. Elia klaagde dat hij alleen stond. Juist toen liet de Heere hem zien dat er nog 7000 niet voor Baäl bogen (1 Kon. 19:18).

Ten diepste is er maar Eén geweest Die waarlijk alleen was. Dat was de Middelaar, toen Hij verlaten van Zijn discipelen en boven­al verlaten van Zijn Vader aan het kruis hing. Dat wilde Hij als Borg voor de Zijnen ondergaan. Als een barmhartig Hoge­priester schiet Hij hen te hulp, al worden ze door iedereen in de steek gelaten en al komen ze helemaal alleen te staan.

Rust daarom niet voordat je deze Borg persoonlijk mag kennen. En bedenk: al doet het pijn, je kunt beter vrienden verliezen en de Heere overhouden, dan andersom.


 

Zit jij ook met een geloofsvraag? Laat het ons weten via info@puntuit.nl of stuur een appje naar 06-20601065.