Het zou me niet verbazen als een gesprek over deze vragen op den duur vastloopt. Van beide kanten klinken de 'ja maars'. Je krijgt allebei het gevoel dat je langs elkaar heenpraat.

De oplossing? Met redeneren komen we nergens, ons verstand is verduisterd door de zonde. Laten we bij zulke vragen de Bijbel lezen. De vragen hebben namelijk rechtstreeks te maken met teksten uit 1 Timotheüs 2:4 en 2 Petrus 3:9.

In 1 Timotheüs 2 lezen we dat we moeten bidden voor 'alle mensen' (vers 1). In het tweede vers wordt dit uitgelegd met een voorbeeld. We behoren te bidden voor mensen met een hoge positie. Waarom? God wil dat er ook koningen zalig worden. God wil, zo lezen we in vers 4, dat 'alle mensen' zalig worden. Uit het tekstverband blijkt dat met 'alle mensen' bedoeld worden allerlei mensen. Met 'alle mensen' kan niet bedoeld worden alle mensen hoofd voor hoofd. Voor sommige mensen mogen we niet bidden (1 Joh. 5:16). De Heere Jezus bad niet voor alle mensen (Joh. 17:9). En de gezaligden in de hemel bidden niet voor de verlossing van alle mensen (Openb. 6:10).

De andere tekst, 2 Petrus 3:9, wordt ook door het tekstverband uitgelegd. Het gaat over spotters die vinden dat de oordeelsdag lang op zich laat wachten. God stelt die dag nog uit, zo schrijft Petrus, want Hij wil niet dat enigen verloren gaan. Allen voor wie Christus Zijn bloed stortte, moeten bekeerd worden, dan zal de Heere wederkomen. Het gaat in deze tekst dus over Gods kinderen, van wie God niet wil dat ze verloren gaan.

Ik raad je aan de teksten in alle rust zelf op te zoeken en de kanttekeningen bij de Statenvertaling erbij te nemen. Misschien zeg je: Ja, maar dat is niet de Bijbel. Dat is zeker waar, maar ik leg de Bijbel liever uit met een betrouwbare verklaring dan op mijn eigen gevoel. De kanttekeningen zijn altijd gezaghebbend geweest in de reformatorische kerken, omdat ze zo grondig zijn en Schrift met Schrift vergelijken.

Ik wil niet vervelend zijn, maar veel teksten worden in onze dagen zo vluchtig en daardoor zo oppervlakkig uitgelegd. Dat gebeurt zowel in evangelische als in reformatorische kring. Dan sluipt het remonstrantse denken gemakkelijk binnen.

In de Bijbel blijkt duidelijk dat God onze ondergang niet op het oog heeft. Hartelijk, indringend en welmenend komt de Heere met Zijn genadeboodschap tot ons (Ez. 33:11, Jes. 45:22, Luk. 19:42). Wat doen we daarmee?


 

Zit jij ook met een geloofsvraag? Laat het ons weten via info@puntuit.nl of stuur een appje naar 06-20601065.