Boskalkoenhanen bouwen een broedheuvel van wel 1,5 meter hoog van bladeren en takken. Het natuurlijke materiaal gaat rotten. In door de haan aangebrachte gangen in de heuvel legt het vrouwtje eieren. De haan zorgt er vervolgens dagelijks voor dat de temperatuur in de broedheuvel precies goed blijft door nieuw materiaal aan te brengen of juist takken te verwijderen.
De temperatuur in de heuvel moet tussen de 33 en 35 graden blijven. Als de temperatuur aan de lage kant is, komen er meer hennen uit het ei en als het in de heuvel vrij warm is, worden er meer hanen geboren.
In Europa leven maar 18 Australische boskalkoenen in dierentuinen. Het is zeer bijzonder dat er spontaan jongen worden geboren.