„Ons bedrijf krijgt de mooiste klussen”
In een loods in Waardenburg krijgen ornamenten en luiken van beroemde Nederlandse monumenten een gloednieuwe ‘ouderwetse’ verflaag. In het atelier even verderop wordt ‘gepriegeld’ met een penseel. „Onze orderportefeuille zit de komende twee jaar vol.”
De 81-jarige Gerard de Jongh van Hofleverancier Schildersbedrijf De Jongh BV in Waardenburg, hanteert in zijn werkplaats nog steeds verfkwasten in allerlei soorten en maten, maar het meest de penseel.
Het bedrijf is inmiddels verkocht aan een nieuwe eigenaar, maar de ‘beschermde’ naam blijft. „Mijn dochter Gonny was in 1988 de eerste vrouwelijke meesterschilder van ons land. Ze wilde liever met haar handen werken en niet de leiding van het bedrijf overnemen, ondanks dat ze de vierde schildersgeneratie vertegenwoordigt. Ze werkt nu aan een enorme klus in jachtslot De Mookerheide (1905) in Molenhoek bij Groesbeek. Vette sigarenrook heeft het schildertafereel aan het plafond aangetast. Alles moet schoongemaakt en gerestaureerd worden. Dat is een klus van maanden.”
Restauratieschilderwerk is de kernactiviteit van de onderneming. Op dat gebied zijn er enkele specialisten in ons land. Volgens De Jongh staat ‘zijn’ bedrijf echter met stip aan de top. En dat blijkt ook wel uit de portfolio van de Waardenburgse onderneming: klinkende herstelprojecten van paleizen, burchten, kerken en beroemde orgels. De Jongh, zelf al 50 jaar organist in de Hervormde kerk van Waardenburg, heeft een bijzondere voorliefde voor het werk aan orgelkasten en bijbehorende ornamenten. Op dit moment werkt het vakbedrijf aan een tiental verschillende restauratieopdrachten.
Pijporgels
„Vanaf het moment dat ik het bedrijf heb overgenomen van mijn vader in 1979 hebben we 140 kerken en 130 orgels geschilderd. Vrijwel alle grote pijporgels in Nederland hebben wij onder handen genomen, waaronder de Sint Bavo in Haarlem en de Sint Pieterskerk in Den Bosch. Mijn vader was eigenlijk huisschilder, maar kende ook de oude schilderstechnieken, zoals hout- en marmerimitaties. Dan geef je bijvoorbeeld goedkoop vurenhout het uiterlijk van eiken. Van hem heb ik het vak geleerd. Toen ik de nieuwe eigenaar werd zei ik tegen mijn vader dat ik de beste schilder van Nederland wilde worden. Dat is gelukt. Als onderneming hebben we driemaal de nationale schildersprijs gewonnen. Na de derde keer hebben we maar niet meer meegedaan.”
Op dit moment werken de meesterschilders van De Jongh aan prestigieuze en tot de verbeelding sprekende restauratieprojecten als Paleis Noordeinde, paleis Het Loo, en Escher in het Paleis – een kunstmuseum aan het Lange Voorhout in Den Haag. Met een volle orderportefeuille voor de komende twee jaar ziet de toekomst er roostkleurig uit. „Ons bedrijf krijgt altijd de mooiste klussen,” vertelt De Jongh met gepaste trots.
Maar zijn er wel voldoende vaklui te krijgen om dit specialistische werk uit te voeren? „We hebben pas afscheid genomen van twee mensen die de 67-jarige leeftijd hebben bereikt. Inmiddels hebben we twee nieuwe schilders aangenomen die zichzelf bij ons hebben aangemeld en een proefstuk met goed resultaat hebben uitgevoerd. Bij ons krijgen ze een praktische vervolgopleiding. Dat geldt ook voor de leerlingen die eerst naar een van de schildersvakscholen zijn geweest. Een restauratieschilder verdient meer en heeft ook een hogere status dan een gewone huisschilder. Je moet de nodige vakkennis bezitten en restauratietechnieken de knie hebben. Ruim de helft van ons personeel heeft de kwalificatie van meesterschilder. Behalve dat ze bij ons een goed salaris krijgen, zorgen we voor een goede sfeer en een gezellige afsluiting van de week.”
Ondanks zijn respectabele leeftijd van 81 jaar is De Jongh niet weg te slaan uit zijn atelier. „Zo lang mijn gezondheid het toe laat ga ik door met schilderen. Daarnaast kent iedereen in het restauratiewereldje Gerard de Jongh en willen ze graag eerst mij spreken voordat ze met ons in zee gaan. Verder adviseer ik de nieuwe directeur. Maar mij bellen ze als eerste.”