Tegengewerkt weekblad moet voor drukker naar buitenland
Op de wereldranglijst van persvrijheid staat Hongarije op plaats 85. Premier Viktor Orban en zijn regering legden sinds ze aan de macht zijn de media aan banden, zo heet het in Brussel. Klopt dit en wat merkt Magyar Hang, het op een na grootste weekblad van Hongarije, hiervan?
Hartelijk welkom, mailt Csaba Lukacs begin mei op de vraag of het mogelijk is om langs te komen op de redactie van Magyar Hang. Luttele ogenblikken later stuurt de hoofdredacteur van het weekblad er nog een bericht achteraan. „We hebben een collega die Nederlands spreekt. Zijn naam is Szabolcs Wekerle. Hij waardeert het Reformatorisch Dagblad en vertelde mij dat jullie website op zondag gesloten is vanwege de dag des Heeren.”
Twee weken later staat Wekerle (48) te wachten voor het gebouw van Magyar Hang (betekenis: Stem van Hongarije”) in hartje Boedapest. Hij biedt aan om een parkeerkaartje te kopen voor de auto en gaat dan voor naar het redactiegebouw. Binnen houden enkele redacteuren de website actueel. Een paar zijn er bezig met het vormgeven van krantenpagina’s. Anderen treffen voorbereidingen voor een YouTube-opname. Maar de meeste journalisten werken thuis of zijn op reportage of interview. Op de achtergrond klinkt uit computerspeakers de stem van Viktor Orban. Hij spreekt op een in Boedapest gehouden conferentie van vooraanstaande Amerikaanse conservatieven, de Conservatieve Politieke Actie Conferentie. En dat is nieuwswaardig voor de krant.
In de enigszins sobere ruimte springt een roodomrand bord in het oog met daarop een afbeelding van het hoofd van de Russische president Vladimir Poetin. Door het bord loopt van rechtsboven naar linksonder een rode streep. Aan de muren hangen diverse ingelijste krantenpagina’s. Op een tafel liggen stapels met oude kranten. Een groot bord geeft de naam van de krant weer, Magyar Hang. Eronder staat ”A Tulelo Magazin”, wat ”het overlevende tijdschrift” betekent.
Wat is de geschiedenis van Magyar Hang?
Wekerle, die hoofdredacteur Lukacs waarneemt omdat deze onverwacht naar het buitenland moest: „Met ongeveer 6000 abonnees en wekelijks een vergelijkbaar aantal losse verkopen, zijn we het op een na grootste weekblad van Hongarije. Bij ons werken zo’n dertig mensen: twee opmakers, één fotograaf en verder journalisten. Net als ik werkten de meesten voorheen voor Magyar Nemzet. Dat was een conservatief dagblad dat aanvankelijk sympathiek stond tegenover Orban en zijn Fidesz-partij.
De eigenaar van Magyar Nemzet, de eerste oligarch ooit van Hongarije, was bevriend met Orban, maar de twee raakten na verloop van tijd gebrouilleerd. Na de verkiezingen van 2018 moest hij de krant verkopen. De koers van Magyar Nemzet, die onafhankelijk was en waar journalisten vrijuit konden schrijven, veranderde en dat was voor veel medewerkers het startsein voor een eigen weekblad.
Makkelijk was dat niet, want we hadden nauwelijks geld. Met journalisten die artikelen schreven zonder dat ze ervoor betaald kregen en met behulp van eigen middelen, zagen de eerste paar uitgaves van Magyar Hang het levenslicht. Aan de oproep ons te ondersteunen, gaven lezers goed gehoor. Het is een klein wonder dat we bestaan en uiteindelijk konden groeien tot wekelijks 12.000 lezers. Daarmee zijn we het op een na grootste weekblad van Hongarije dat schrijft over politiek. Magyar Hang is een beetje de voortzetting van het ooit succesvolle weekendmagazine van Magyar Nemzet, waar ”het overlevende tijdschrift” naar verwijst.
Op dit moment is ons lezersbestand stabiel, maar vanwege de hoge inflatie is het spannend of dat zo blijft. Ook merken we dat een deel van onze abonnees apathisch is geworden na de afgelopen verkiezingen. Ze snakten naar verandering, maar Orban heeft opnieuw gewonnen. Daardoor zijn er lezers die moe zijn van alles wat met de politiek te maken heeft.”
Dan worden de nieuwe kranten van die week binnengebracht, vers van de pers. De bedoeling is dat ze vrijdag bij de lezers worden bezorgd. Goedkeurend bladert Wekerle door het papier. „Voor het tweede katern, waarin niet-politieke magazine-achtige verhalen staan, ben ik verantwoordelijk”, legt de journalist uit. De pagina’s kenmerken zich door artikelen die uit relatief veel woorden en weinig foto’s bestaan. Naar advertenties is het tevergeefs zoeken. De voorpagina, waarop een oudere man die serieus in de lens blikt prominent is afgebeeld, oogt niet bijster sprankelend.
Voor deze stijl is bewust gekozen, legt Wekerle uit. „Inkomsten uit losse verkoop zijn voor ons erg belangrijk. We geloven dat mensen die in de supermarkt een krant willen kopen zich bij hun keus laten leiden door een aansprekend figuur op de voorpagina, iemand die ze bij voorkeur kennen. Staat er een algemene foto op of een onbekend figuur, dan kan dat wel zo’n 500 verkopen schelen.”
Waarom staan er geen advertenties in Magyar Hang?
„In aanloop naar de verkiezingen adverteerden oppositiepartijen. Soms verkopen we advertenties aan kleine bedrijven en er is ook een boekenuitgeverij die af en toe adverteert.
Het punt dat we niet van advertenties kunnen bestaan, komt doordat de regering ons ziet als overloper. Als erfgenaam van Magyar Nemzet staat onze krant te boek als ooit Fidesz-gezind maar later van koers veranderd. Aangezien staatsadvertenties, bijvoorbeeld van de loterij, alleen naar media gaan die pro-Orban zijn, lopen we veel geld mis. En dat niet alleen, ook grote buitenlandse bedrijven als het in Hongarije gevestigde Audi en Mercedes adverteren niet bij ons. We denken dat deze bedrijven bang zijn voor mogelijke represailles van de regering als ze dat wel doen of dat de overheid ze zelfs heeft gevraagd dat niet te doen.”
Hoe omschrijft u de koers van uw krant?
„Wij noemen onszelf conservatief, maar omdat de regering-Orban zich ook zo omschrijft, zegt dat label niet veel in Hongarije. Dat wij conservatief zijn, betekent bijvoorbeeld dat we relatief vaak interviews hebben waarin het gaat over het thema geloof. Een aanzienlijk deel van onze lezers was voorheen Fidesz-stemmer, maar is teleurgesteld in de regering, die veel macht naar zich heeft toegetrokken.”
Veel lezers zijn anti-Fidesz. Laat Magyar Hang niet te veel de oren hangen naar de oppositie?
„In Hongarije is het moeilijk om objectief te zijn, omdat de regering onze controlerende taak vrijwel onmogelijk maakt. Orban heeft al vijftien jaar geen interview gegeven aan oppositiemedia. Evenmin gaat hij publiekelijk in debat met andere partijen. Wij kunnen hem dus niet bevragen. Magyar Hang is ook niet welkom bij persconferenties van de regering, terwijl journalisten voorheen vrijelijk door het parlementsgebouw konden lopen. Antwoorden op vragen die we indienen, krijgen we nooit.
Maar waarom ik denk dat we niettemin objectief zijn, is dat we de oppositie net zo kritisch bejegenen als de regering. Overigens nemen lezers onze journalisten dat niet altijd in dank af. „Kritiek op de oppositie lezen we wel in regeringsgezinde media”, laten abonnees ons met enige regelmaat weten.” Wekerle pakt een krant van enkele weken geleden en wijst een artikel aan met een oppositielid dat inmiddels uit de politiek is vertrokken. „Onze journalist voert een kritisch gesprek met deze politica en confronteert haar ook met wat ze verkeerd heeft gedaan. Het zou heel interessant zijn om dat soort gesprekken ook met vertegenwoordigers van de regering te voeren, maar dat is helaas onmogelijk.”
Mag je als journalist in Hongarije schrijven wat je wil?
„Ja. Weliswaar spanden aan de regering gelieerde organisaties en ambtenaren de afgelopen twee jaar zo’n 25 rechtszaken tegen ons aan, maar die wonnen we meestal.”
Hoe ziet het Hongaarse mediabestel eruit?
„De bekendste oppositiemedia zijn Telex en 444. De eerste is met een dagelijks bereik van circa 700.000 lezers het grootst. Telex is de opvolger van Index. Een Orbangetrouwe oligarch kocht deze onafhankelijke nieuwssite in 2020 op en ontsloeg de hoofdredacteur. In zijn kielzog verlieten negentig collega’s Index en begonnen Telex. Het grootst is mediabedrijf KESMA (Midden-Europese Pers- en Mediastichting, BP), dat bestaat uit zo’n 400 bladen en in handen is van de regering.
De publieke omroep is volledig Fidesz-gezind. RTL, de enige grote tv-zender die losstaat van Fidesz, berichtte tot zo’n vijf jaar geleden nog weleens kritisch over de staat, maar verruilde onder druk politiek getinte verhalen voor met name amusement. De kleinere zender ATV is quasi-oppositie. In hun programma’s zie je regelmatig oppositieleden en klinkt ook kritiek op Fidesz. Voor veel mensen is dit een bewijs dat er in Hongarije ook afwijkende geluiden mogelijk zijn. Toch is ook ATV niet onafhankelijk. Dat merk je bijvoorbeeld doordat echt harde vragen die onaangenaam zijn voor de regering niet worden gesteld.”
Moet je als medium op je tellen passen?
„Het grootste onafhankelijke radiostation van Hongarije, Klubradio, raakte vorig jaar zijn erkenning kwijt. Het veel kleinere Tilos, dat 30 jaar geleden vanuit Boedapest begon als piratenzender, overkwam hetzelfde.
Weekbladen hebben geen vergunning nodig en we verwachten dat de regering ons ongemoeid laat. De gehele publieke omroep is in staatshanden en overstemt ons geluid en dat van andere onafhankelijke media. Omdat wij mensen op het platteland – traditionele Fidesz-stemmers– niet bereiken, vormen wij geen bedreiging voor de macht.
In Hongarije is wat media betreft sprake van een situatie zoals die jarenlang in Rusland bestond: kleine media die kritisch zijn mogen blijven bestaan. Maar na de invasie in Oekraïne zette het land de laatste stap en werden ook weinig gelezen kranten verboden. Een collega schrijft een artikel over waartoe dat kan leiden: een vader in Rusland gelooft zijn eigen zoon in Oekraïne niet als hij zegt dat het daar oorlog is.
In Hongarije kan je als medium nog je gang gaan, maar onafhankelijke journalistiek wordt aan alle kanten tegengewerkt. Tekenend is bijvoorbeeld dat Magyar Hang noodgedwongen in Slowakije moet worden gedrukt. Toen we bij Hongaarse drukkerijen, die allemaal in handen zijn van een Fidesz-gezinde oligarch, tarieven opvroegen, kregen we te horen dat niemand onze krant wilde drukken.”
U studeerde Neerlandistiek. Hoe schrijven Nederlandse media in uw ogen over Hongarije?
„Ik heb niet direct een voorbeeld paraat, maar analyses die ik lees zijn vaak oppervlakkig. Orban wordt bijvoorbeeld voorgesteld als kleine Poetin, maar dat is maar deels waar. Redenen achter bepaalde ontwikkelingen worden niet altijd gepeild. Maar wat er wordt geschreven over onder druk staande vrijheden in Hongarije klopt helaas.”
Is er nog sprake van een publiek debat in Hongarije?
„Nee. De doorsnee Hongaar leest niet veel en is niet benieuwd naar andere meningen. Ook op verjaardagen worden politieke discussies doorgaans vermeden.”