Als de wind
Johannes 20:21
„Jezus dan zeide wederom tot hen: Vrede zij ulieden; gelijkerwijs Mij de Vader gezonden heeft, zend Ik ook ulieden.”
De Heilige Geest Gods is de Derde Persoon in het Goddelijk Wezen. Hij heet Geest, omdat Hij ruimte maakt en werkt als de wind, onweerstaanbaar, machtig, met spoed, vrij, rein en weldadig. In het bijzonder echter, omdat Hij ingeblazen wordt. Zodanig is de aard van Zijn zending van de Vader en Zoon, dat Hij de mens binnenin het hart wordt geblazen. Daarom lezen wij van de Heere Jezus (Johannes 20:21-22): „Jezus dan zei wederom tot hen: Vrede zij u! Gelijkerwijs Mij de Vader gezonden heeft, zend Ik ook u. En als Hij dit gezegd had, blies Hij op hen en zei tot hen: Ontvangt de Heilige Geest!” Daar ging dus de Heilige Geest uit van de Zoon en de geliefde discipelen werden door Hem aangeblazen. Toen zij echter aangeblazen werden, ging het niet in het lichaam, maar in de ziel. Omdat Hij zo binnengeblazen wordt van de Vader en de Zoon, heet Hij Geest. Daarbij moeten wij nu echter bedenken dat wij vlees zijn, en vlees is een kluit aarde. In zo’n kluit blies God eens Zijn levende Geest. Zulk leven helpt echter weinig voor God, want doordat wij allen Gods toorn verdiend hebben, is het voor ons allen nodig dat wij de verloren Geest Gods terugontvangen, dat er in ons binnenste weer leven ontstaat en God, Vader en Zoon, in het hart woning hebben gemaakt.
H. F. Kohlbrugge, predikant te Elberfeld (”Schriftverklaringen”, 1886-1906)