Opinie

Welbeschouwd: Met Piet Paaltjens naar Brussel

Half oktober ging ik voor Stichting Ismaël op werkbezoek naar Egypte. In het vliegtuigstoeltje dat me van Caïro terugbracht naar Brussel, peinsde ik ontspannen over een poëtische productie van Piet Paaltjens.

Steef Post
6 November 2021 16:26Leestijd 3 minuten
Piet Paaltjens, pseudoniem voor François Haverschmidt. beeld DBNL
Piet Paaltjens, pseudoniem voor François Haverschmidt. beeld DBNL

Het gedicht straalt weinig stichtelijkheid uit en hoewel Piet Paaltjens een pseudoniem is voor een dominee, namelijk François Haverschmidt (1835-1894), zal het vers ook niet al te vroom bedoeld zijn. Haverschmidt was een sombere, melancholische man en een goede predikant is aan hem niet verloren gegaan. Het gedicht heet ”Aan Rika”.

Slechts éénmaal heb ik u gezien. Gij waart

Gezeten in een sneltrein, die de trein

Waar ik mee reed, passeerde in volle vaart.

De kennismaking kon niet korter zijn.

De volgende strofe herinnerde ik me niet letterlijk, maar het mirakel dat de treinreiziger in een fractie van een seconde hopeloos verliefd werd op de blonde Rika, is me een leven lang bijgebleven.

Sommigen vinden dit gedicht een tikkeltje overdreven, maar ik bewonder Piet Paaltjens. In een tijd waarin de eerste treinen tandwielknarsend over de rails ratelden, en ieder sprak over snelheid, stoom en steenkool, was hij de enige die oog had voor het speciale effect van spoorwegtechniek op romantiek.

Denkend aan Paaltjens en vele malen sneller reizend dan Rika in haar stoomtreintje ooit had kunnen dromen, peinsde ik trouwens over techniek noch romantiek. Wat me aansprak in het gedicht was dat een korte ontmoeting een diep gevoel van verbondenheid kan achterlaten. Zulke ontmoetingen waren er geweest in Egypte. Hoe kan dat? Je hebt een kort, en soms zelfs toevallig contact met iemand die in een totaal andere cultuur opgroeit, en je ervaart al na vijf minuten een sterke betrokkenheid van hart tot hart. Ik dacht aan de groep vrouwen die in El Minya op een groot kerkhof in en tussen grafhuisjes woonden, en juist daar zo persoonlijk spraken over hun bekering tot God en over hun dagelijkse afhankelijkheid. Aan de jonge man die pas tot geloof was gekomen en worstelde in relaties, maar die er diep van overtuigd was dat de oplossing voor conflicten lag in gebogen knieën en gemeenschap met de Heere Jezus. Aan die goed opgeleide directeur met twee masterdiploma’s die nu al zeven jaar voor weinig geld werkte in een klein verpleegtehuis in een arme wijk van Caïro en aarzelend vertelde hoe hij dit moeilijke werk volhield.

Je vraagt je af: Wat is dit? Zijn het de belevenissen? Gaat het om de vastberaden mensen van wie je onder de indruk raakt? Sta je versteld van hun grote geloof te midden van moeilijke omstandigheden? Misschien. Je voelt je al snel klein worden als je naast deze mensen staat. Maar ik denk toch dat er iets anders speelt. De band van verbinding wordt niet gevlochten door de gedachte: wat een bijzondere vrouw, wat een moedige man, wat een intense ervaring of wat een krachtig geloof. Zulke herinneringen houden geen stand. Duurzame gemeenschap voel je pas als je wegloopt en denkt: wat een bijzondere God heeft deze man, wat was de Heere vriendelijk voor deze vrouw. Als je één bent in verwondering: wat een heerlijke Christus hebben wij.

De auteur is mediator, coach en ondernemer

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl
Vond je dit artikel nuttig?

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer