Meditatie: Zachtmoedig
Mirjam sprak –samen met Aäron– tégen Mozes. Tégen de man Mozes – de leidsman van Israël, de profeet die zijns gelijke voor en na hem niet had (Deut. 34:10-12). Doch de man Mozes was zeer zachtmoedig, meer dan alle mensen. Daarom ging hij niet tegen hen in.
Niet dat het een kleine zaak was, integendeel: de tegensprekers waren Mirjam en Aäron, de hogepriester. Niet zijn vijanden, niet zijn haters, maar zijn eigen zus en broer, kinderen van God, sieraden in Gods Kerk. Diep heeft Mozes de pijn gevoeld. Hij werd kwalijk behandeld, niet met Gods volk maar door Gods volk, ja door Mirjam en Aäron. Doch Mozes zweeg, hij was zeer zachtmoedig – zeer ootmoedig, zeer nederig. Hij kon maar niet begrijpen dat de Heere hem verkoren had om Zijn volk uit Egypte en door de woestijn te leiden. Dat wonder kreeg hij niet klein. Diep leefde hij zijn onwaarde in.
Het was alles genade, gewerkt door Gods Geest. De vrucht was dat Mozes het niet voor zichzelf opnam. Hij wist dat de Heere alles hoorde (vs. 2b) en hij mocht het aan Hem overlaten. En zo werd een verterende brand van twist voorkomen, juist tussen Mozes, Mirjam en de hogepriester Aäron. De hel probeerde te wroeten in de ingewanden van Gods gemeente, maar greep mis.
Genade is onmisbaar. Mirjam en Aäron waren begenadigde mensen en toch…
Genade in oefening is onmisbaar. Dán is er de genadevrucht, zoals bij Mozes. Is het niet om jaloers op te worden? Of wordt zelfs dát niet bij mij gevonden?
Salomo was wijzer en rijker, meer dan alle mensen (1 Kon. 4:30; 10:23). Nebukadnezar was in zijn dagen machtiger, meer dan alle mensen: „De koning Nebukadnezar aan alle volken, natiën en tongen, die op den gansen aardbodem wonen…” (Dan. 4:1). Maar wie werd meer vernederd dan hij die gras at gelijk de ossen (Dan. 4:33)?
In Adam zijn alle mensen gelijk en ook de dood maakt geen verschil tussen mensen. Maar ons hoogmoedig bestaan wil meer dan een ander zijn en het liefst meer dan alle mensen. Ons bestaan hitst en woelt. Zoals bij Mirjam en Aäron, en dat na zo veel gunstbewijzen.
Mozes was zachtmoedig, meer dan iemand in zijn dagen. Wie zou dat nú zijn? U misschien, of zou u op de tweede of derde plaats staan? Zou u wel zachtmoedig wíllen zijn, meer dan een ander?
Christus is de volmaakt Zachtmoedige, gisteren en heden en eeuwig door. Hij leert Zijn volk dat ze de voornaamste der zondaren zijn en buiten Hem de ellendigste van alle mensen. Hij leert ze ook het Evangeliewonder: „Komt herwaarts tot Mij, allen die vermoeid en belast zijt, en Ik zal u rust geven. Neemt Mijn juk op u, en leert van Mij dat Ik zachtmoedig ben en nederig van hart; en gij zult rust vinden voor uw zielen” (Matth. 11:28 en 29).
Wordt dat doorleefd, dan is de ziel –o wonder– de zachtmoedigste van alle mensen. Zolang als het duurt. „Ontwaak, Noordenwind, en kom, Gij Zuidenwind, doorwaai mijn hof, dat zijn specerijen uitvloeien. O, dat mijn Liefste tot Zijn hof kwame, en ate zijn edele vruchten!” (Hoogl. 4:16)
Och, waar’ ’t dat Gij mijn leven gans en gaar
Schiktet naar Uwe wet, door Uw genade,
Dat ik niet af en viele hier noch daar.