Totale metamorfose in hartje Utrecht
Een paar topstukken staan al op hun plaats, zoals de kolossale stoomloc NRS 107 uit 1889. Die werd op z’n plek gehesen voordat de nieuwbouw van het Spoorwegmuseum eromheen verrees. In en achter het Utrechtse Maliebaanstation -teruggerestaureerd tot nieuwbouwstaat 1874- groeit iets wat „misschien wel Europa’s leukste museum” wordt. Nog ruim een halfjaar te gaan.
Herfstvakantie 2004. Een zwart Golfje -vader achter het stuur, twee ukken in stoeltjes liggend achterin- draait het bouwterrein op. De bestuurder schrikt. „Is het museum dicht?” Dat is het geval. Al sinds september 2003. En tot juni 2005. „Kan ik écht niet kijken?” Nee, helaas. En sowieso kunnen z’n kindjes eerst beter nog wat groeien, want aan dit maatje zou de excursie niet helemaal besteed zijn. Even kijken in de informatietrein op het voorterrein kan vandaag wel.
Negen euro is vanaf juni 2005 de toegangsprijs per kind. Volwassenen gaan daar 2 euro bovenuit, senioren kunnen voor een eurotientje naar binnen. De prijsverhoging van ruim een kwart ten opzichte van het prijsniveau 2003 lijkt fors, maar is te billijken: voor dat geld treft de bezoeker straks een totaal ander en veel groter museum aan. Een waar veel en veel meer te beleven valt, dat bruikbaar is als dagattractie. De laatste jaren kwamen er 150.000 bezoekers, daar moet zeker de helft bij en liever nog wat meer.
Oud en nieuw vallen eigenlijk in niets met elkaar te vergelijken. Oké, het monumentale Maliebaanstation vormt nog steeds de entree en een groot aantal elementen uit de oude collectie keert terug. Maar voor de rest is alles anders. En dat was ook de bedoeling, want het museum maakte de laatste jaren toch een behoorlijk stoffige indruk. Inspanningen zoals stoommanifestaties en Pasar Perron -Pasar Malam, maar dan in spoorsfeer- konden dat tij niet keren. Bovendien stond de collectie grotendeels in weer en wind te verpieteren.
Begroting
We schrijven augustus 2000. De NV Nederlandse Spoorwegen tast diep in de buidel voor de bouw van een nieuw Spoorwegmuseum. „Een betere bestemming kun je niet vinden”, zegt Jan Timmer, op dat moment president-commissaris bij de NS. De kassa rinkelt voor 70 miljoen gulden, 32 miljoen euro. De nieuwbouw blijft binnen die begroting, verzekert woordvoerster Claudia Kuijpers ruim een jaar na aanvang van de „totale metamorfose.” Voor wensen die extra geld kosten, is fondswerving gestart, tot nu toe met een heel aardig resultaat, zegt geldwerver Florian Hupkes.
De 4 hectare museumterrein in de Utrechtse Oudewijk bleef 4 hectare, er werd geen meter bijgekocht. Achter het bestaande station verrees echter een nieuw, 11,5 meter hoog gebouw met een oppervlakte van ruim 1 hectare. Onder die kap past zelfs het ruimbemeten oude restaurant De Blauwe Engel gemakkelijk. Afgebladderd en wel blijft het compleet intact, volop spoorse sferen van weleer ademend.
Organisch versmolten met de grote nieuwbouwhal zijn drie aparte ”wereldgebouwen” van elk 1000 vierkante meter, waarvan de contouren inmiddels goed zichtbaar zijn. Elk van de drie herbergt straks een afgebakende periode uit de spoorweghistorie. In de grote, overkoepelende hal en in een gebouw van vrij recente datum, achter op het terrein, krijgen ”vandaag” en ”morgen” op een originele manier vorm.
Attractiemuseum
Wilde het Spoorwegmuseum in de nieuwe eeuw nog mee kunnen komen, dan was een grote omslag in denken nodig, zegt Kuijpers. „We moesten ons compleet herpositioneren. Een museum met bordjes bij de bezittingen moest evolueren tot een attractiemuseum van formaat.” De voortekenen voor de grote toeristische trekker in de domstad zijn gunstig, zoveel valt op dit moment al af te lezen aan het fraai gerestaureerde Maliebaanstation en aan de imposante nieuwbouw erachter.
De bouw van het museum ligt volgens Kuijpers goed op schema. Het Maliebaanstation wordt naar verwachting pal voor de kerstdagen opgeleverd, de nieuwbouw volgt in februari 2005. De drie maanden erna zijn gereserveerd voor inrichting. „De verwachte opening is in juni 2005 en zonder gekke dingen halen we dat.”
Het ooit compleet uitgebroken Maliebaanstation -gelegen aan de voormalige Oosterspoorlijn Utrecht-Hilversum- is inmiddels in oude staat teruggebracht. Dat betekent dat in het stationsgebouw alle originele vertrekken zijn herbouwd. Tijdens de restauratie kwamen oude wandschilderingen aan het licht. Een restauratrice uit Keulen legde delen van het schilderwerk bloot. „Die kosten waren niet begroot, het Utrechtse K. F. Hein Fonds deed een donatie om een groot deel van dat werk te bekostigen.”
Koninklijke Wachtkamer
Een van de vele topstukken die straks in het station te bewonderen zijn, is de Koninklijke Wachtkamer uit station Den Haag Staatsspoor. Lang was die opgeslagen in het Haags Historisch Museum. Inmiddels is het wachtvertrek zo goed als gereed. Pal ervoor staat straks het koninklijke rijtuig van koningin Juliana. In de andere vleugel wordt de eetzaal voor de eerste klas herbouwd, lambriseringen en plafonds zijn inmiddels klaar. „Erg veel onderzoek was nodig om de originele kleuren en ornamenten terug te kunnen halen”, zegt Kuijpers.
Urinoirs voor 19e-eeuwse stationstoiletten werden recent betrokken vanuit Portugal, omdat ze in Nederland niet meer leverbaar of na te maken bleken. Recent laaide de discussie over al of niet toiletten in de trein weer op. „Vroeger moesten de reizigers altíjd hun plas ophouden.” De authentieke exemplaren gaan straks ook in gebruik.
Behalve een compleet nieuw museum is Utrecht straks ook een nieuwe trouwzaal, een multifunctioneel conferentieoord en een breed inzetbare horecagelegenheid rijker. De zalen in het station komen beschikbaar voor verhuur, huwelijken kunnen op verzoek in de koninklijke wachtkamer worden voltrokken. „Alle ruimten zijn te huur. Nu al komen er spontaan telefoontjes binnen met de vraag of bruidsreportages en recepties mogelijk zijn.”