Zendingsijver als wenkend voorbeeld
De kerken in Oost-
Europa hebben nog steeds veel hulp nodig van het Westen. Maar ze hoeven niet slechts de rol van ontvanger te spelen, vinden ds. Theo Angelov (Bulgarije) en ds. Yuri Shargorodsky (Oekraïne). „De kerken in het Westen lopen leeg. Ze kunnen een voorbeeld nemen aan de missionaire ijver van Oekraïense christenen.”
De beide predikanten waren vandaag te gast op de jubileumconferentie van de stichting Kom Over en Help (KOEH), die haar dertigjarig bestaan viert.
De situatie in de twee landen waartoe de predikanten behoren is behoorlijk verschillend. Enthousiast vertelt ds. Shargorodsky over de snelle groei van de baptistenkerken in Oekraïne. Hij wordt ondersteund door cijfers van ds. Angelov, die als rondreizend secretaris van de Europese Unie van Baptisten uitstekend op de hoogte is van de omstandigheden in de verschillende landen. Ds. Angelov geeft een aanzienlijk somberder beeld van zijn eigen land. „De atheïstische propaganda heeft helaas zijn werk goed gedaan!”
Bulgarije raakte deze zomer in het nieuws toen bekend werd dat de politie invallen had gedaan in 250 oosters-orthodoxe kerken die zich niet aansloten bij de (door de staat opgelegde) fusie van twee oosters-orthodoxe synoden van de Bulgaars-Orthodoxe Kerk. De protesten waren niet van de lucht: priesters kwamen zonder salaris op straat te staan. Zij raakten hun werk kwijt nadat hun gebouwen gesloten werden. De zaak dient nu in Straatsburg.
Toch staat de vrijheid van godsdienst in Bulgarije niet ter discussie, zegt ds. Angelov. Het aantal baptistenkerken in zijn land groeide van 14 gemeenten met 700 leden in 1989 naar 70 gemeenten met 5000 leden anno 2004. Maar het probleem is dat Bulgarije in het verleden een zeer communistische staat was, op de tweede plaats na Albanië. „De geest van het communisme waart nog overal rond. In Oost-Europa uit zich dat in de controle van kerken door de staat. De bevolking is decennialang met het atheïsme opgegroeid. We kregen ineens de vrijheid. Elke keer dat er in Bulgarije een nieuwe kerk werd gebouwd, was dat voor mij niet zo maar een nieuwe kerk. Ik heb in mijn leven alleen maar gezien dat kerken verwoest of gesloten werden.”
Het is niet gemakkelijk om de Bulgaarse bevolking met het Evangelie te bereiken, aldus de predikant. „De groei van de kerk vlakt af, er zijn ernstige economische problemen en de oppositie van de Orthodoxe Kerk is op alle niveaus erg sterk. Maar er is gelukkig toch nog groei en geen stilstand. Elk jaar worden er weer nieuwe gemeenten gesticht.
De kerk is nu vooral bezig om tegemoet te komen aan de grote sociale behoeften van de bevolking. Oude mensen van in de zeventig zitten in de winter zonder verwarming omdat ze de kosten niet kunnen betalen van hun lage pensioenen. Mensen bezuinigen op hun medicijngebruik omdat het te duur is. En dan moet je je voorstellen dat je diabetes of hartproblemen hebt! De situatie in de weeshuizen is schrijnend. Kinderen lopen op versleten schoenen door de modderige straten. Je had de glimlach eens moeten zien op de gezichten van kinderen die onlangs nieuwe schoenen kregen.”
Behalve deze sociale nood is ook de geestelijke nood erg groot, zegt ds. Angelov, maar voorlopig is de kerk bezig de lichamelijke noden te lenigen, zodat de aandacht voor het geestelijke voedsel later komt. „We streven naar een holistische benadering. Het gaat ons om de hele mens. Onze missie is niet alleen te preken, maar ook iets te doen voor de noden die urgent zijn. Zo krijgt de kerk een zichtbare plaats bij de mensen. Als het gaat om het geestelijk voedsel, zijn we heel blij met de uitgave van de bijbelverklaring van Matthew Henry in het Bulgaars.”
In Oekraïne was er in de eerste jaren na de revolutie, in 1989, een sterk verlangen naar het Evangelie en maakten de kerken een stormachtige groei door, aldus ds. Shargorodsky. Die groei gold voor nagenoeg alle niet-oosters-orthodoxe kerken. Waren er in 1990 zo’n 950 baptistengemeenten, ressorterend onder de koepel van de Oekraïense Baptisten Unie, nu zijn dat er 2500. De baptistenunie in Oekraïne is zelfs de grootste baptistenorganisatie in Europa, terwijl dat vroeger die in Engeland was. „Ongeveer om de vier maanden wordt er ergens een bijbelstudiegroep gesticht waarvan het de bedoeling is dat deze uitgroeit tot een kerk. In de hoofdstad Kiev moet het project ”Kiev 25” ervoor zorgen dat er 25 nieuwe kerken gesticht worden. Er zijn tal van dorpen in de provincie Odessa, waar ik woon, waar niet één protestantse of evangelische kerk is. We proberen daar te beginnen in huizen waar een christen woont of iemand met een christelijke achtergrond.”
Toch vlakt ook in Oekraïne de groei van de kerk weer af. Ds. Shargorodsky: „We hebben te maken met barrières. Het is óf de armoede óf de rijkdom die de geestelijke honger doet verminderen. Maar desondanks zijn de Oekraïense christenen een voorbeeld van missionaire ijver voor de kerken in het Westen die te kampen hebben met terugval. Je komt hen overal tegen, van Rusland tot in landen van West-Europa. Het probleem van de kerk in Oekraïne is dat er wel genoeg werkers zijn, maar wie zendt hen uit? Er is een tekort aan voorgangers en mensen die voorgaan hebben niet het geld om naar een van de seminaries te gaan - die trouwens in de winter zonder verwarming zitten.”
De beide predikanten kijken hoopvol naar de toekomst. Ds. Shargorodsky noemt zich zelfs optimistisch. „Ja, dat ben ik”, verdedigt hij zijn eigen woorden, „hoewel ik ook realistisch ben. God heeft ons veertien jaar geleden de grote opening gegeven. De velden zijn wit om te oogsten. In Matthéüs 9 staat dat het God Zelf is Die de werkers uitzendt, hoewel Hijzelf de Heer van de oogst is. Hij wil mensen gebruiken voor dit grote werk.”
Ds. Angelov denkt eerst diep na over de vraag hoe híj de toekomst van zijn land ziet. In Bulgarije ligt de situatie veel somberder. „We hebben een sterk geloof in de toekomst van ons land en hebben óók een goede hoop voor deze toekomst. De situatie in Bulgarije is niet gemakkelijk en er zijn veel problemen. Maar we hebben ook gewerkt in een communistische periode die veel moeilijker was dan nu. God heeft ons toen wonderlijk geholpen en zal naar verwachting ook in de toekomst helpen.”