Kerk & religie

De Pieterskerk, huiskamer van Leiden

De Pieterskerk in Leiden jubileert. Op deze plaats werd 900 jaar geleden, in 1121, een eerste kapelletje gewijd aan Petrus en Paulus. Sinds 1971 zijn er geen kerkgangers meer. De kerk is geen kerk meer.

Jan van ’t Hul
4 June 2021 08:02
De Pieterskerk in Leiden. beeld RD, Anton Dommerholt
De Pieterskerk in Leiden. beeld RD, Anton Dommerholt

Als een sierlijke dame staat de laatgotische Pieterskerk als een vluchtheuvel in de Leidse binnenstad. De kerk is hoog en licht. Door hoge ramen valt op het allervriendelijkst het middaglicht naar binnen.

Dit moet echt een kerk zijn geweest waar het Woord een herberg vond, waar op zondagochtenden de Leidenaren de drempel over kwamen om te horen wat de Geest tot hen te zeggen had. Nu is de kerkruimte voor een groot deel leeg. Ooit had de kerk een houten bankenblok met 1200 zitplaatsen, allemaal op de kansel gericht. De enige kerkbank staat nu verdwaald in het koor, ergens tegen een zijmuur.

In het middenschip staan gemakkelijke zitjes, fauteuils rond tafeltjes. Voor de preekstoel hangt een kinderschommel zorgeloos aan de hoge balken.

Teruglopend kerkbezoek

De Pieterskerk werd in 1971, 50 jaar geleden, door de hervormde gemeente onttrokken aan de eredienst. Toen al had de stad Leiden te kampen met ontkerkelijking en teruglopend kerkbezoek. Het gebouw was er slecht aan toe. Zelfs gingen er stemmen op om het maar te slopen. Voor 1 gulden nam een stichting het beheer over. In de jaren tussen 1978 en 1982 vond een ingrijpende restauratie plaats. Van 2001 tot 2010 gebeurde dat opnieuw. De kosten waren toen 25 miljoen euro, waarvan de helft door het Rijk werd vergoed.

De Pieterskerk is handel geworden. Iedere dag kost de kerk duizend euro. Voor het onderhoud is jaarlijks 200.000 tot 300.000 euro nodig. „En dat moet wel ergens vandaan komen”, zegt Frieke Hurkmans, directeur-bestuurder van de Stichting Pieterskerk Leiden. „Al dat geld moet verdiend worden en dat is een stevige klus.”

Hurkmans is apetrots op de Pieterskerk. „Voor mij is dit de mooiste kerk van Nederland. Absoluut. Want ook als de kerk helemaal leeg is, dan nog voel je je niet verloren of alleen. Dit is een uiterst vriendelijke ruimte. Deze kerk omarmt mij elke dag.”

De Pieterskerk moet geëxploiteerd worden. Hurkmans: „We willen dit gebouw de stad in brengen, en de Leidenaar naar deze kerk toe halen. Wij zijn er om stad en kerk met elkaar in verbinding te brengen. Deze kerk is het oudste nog toegankelijke gebouw van de stad, maar veel Leidenaars kennen de kerk niet vanbinnen. We hebben ons de uitdaging gesteld dat ieder kind van de basisschool minimaal eenmaal binnen geweest moet zijn.”

Arminius en Jan Steen

De Pieterskerk is groot, immens gewoon. De grootste lengte bedraagt 81 meter, de grootste breedte ruim 40 meter. Het houten tongewelf bevindt zich bijna 30 meter boven de kerkvloer. Enorme zuilen houden de kerk hoog. Kroonluchters branden. Voor het koorhek is een caféhoek gerealiseerd. Wijnglazen hangen aan een rek.

De vloer ligt vol met grijze en zwarte zerken. De Leidse hoogleraar Jacobus Arminius werd hier in 1609 begraven, evenals de schilder Jan Steen (in 1679) en de arts Herman Boerhaave (in 1738). Veel graven zijn geruimd of geschud. Andere graven liggen er nog. Over deze kerkvloer liepen ook Floris V, Winston Churchill en Nelson Mandela.

Tegen de westmuur hangt het grote orgel van de gebroeders Van Hagerbeer. Het past naadloos in de ruimte, met zijn hoge en slanke orgelkas. De orgelluiken staan open. Links van de kansel hangt een levensbeschrijving van Rembrandt van Rijn aan een pilaar. Als koorknaap zong hij hier geestelijke liederen in de erediensten. Zijn ouders moeten ergens in de buurt van de preekstoel in het middenschip begraven zijn. De precieze plek ervan is onbekend.

In de zuidelijke kooromgang staat een koororgel van de Engelse bouwer Thomas Hill. Aan de muren hangen hier en daar zware stenen grafdeksels. Oude teksten herinneren aan een religieus verleden: ”Soo ghy eenen naeckten siet, soo cleet hem”. En: ”Die op den Sant gront bout, doet dwaeslick”.

De Pieterskerk was tot 1572 in gebruik bij de rooms-katholieken. Er stonden dertig altaren en aan de muren hingen meer dan vijftig heiligenbeelden. Tijdens de beeldenstorm van 25 augustus 1566 verdween veel daarvan. Het beroemde schilderij ”Het laatste Oordeel” van Lucas van Leyden (uit 1527) was een van de kunstschatten die op het nippertje konden worden gered. Het originele schilderij bevindt zich nu in Museum De Lakenhal. In de Pieterskerk hangt een fotografische kopie.

De Reformatie zorgde voor een sober kerkinterieur. Op 5 oktober van het jaar 1572 vond de eerste protestantse kerkdienst in de Pieterskerk plaats.

Status van museum

Over Stichting Pieterskerk Leiden zegt directeur Hurkmans: „Dit is een vitale organisatie. We hopen dat we volgend jaar de museumstatus ontvangen. We maken gebruik van veel vrijwilligers, maar wij zijn een zeer professioneel bedrijf. Het onderhoud van de kerk staat er beter voor dan ooit tevoren. Sinds 2019 kennen we een sluitende exploitatie. Het gaat ons om het behoud van dit monument. Daar draait hier alles om. Als het om de verhuur gaat, kan bij ons ook bijna alles. Dit gebouw is ontegenzeggelijk een kerk geweest, maar sinds 1971 functioneert het niet meer als zodanig. We zijn bijna dag en nacht in de weer om dit monument te onderhouden, te beheren en te ontsluiten.”

De Pieterskerk is beschikbaar voor culturele evenementen, historische happenings en zakelijke bijeenkomsten, voor concerten, lezingen en congressen, diners en feesten met een diskjockey in het koorgedeelte.

Hoofdgebruiker van de kerk is de Universiteit Leiden, die hier het academisch jaar opent, promoties belegt en jaarlijks haar dies natalis viert. Buiten coronatijd trekken Bachs Matthäus Passion in de Stille Week en het Weihnachtsoratorium vlak voor Kerst ieder jaar gemiddeld 1800 bezoekers per avond. „Die kunnen er best in. We kunnen er ook wel 2000 ontvangen. Als het moet, bouwen we daar tribunes voor.”

Wat kan er beslist niet? „Ik ben hier al elf jaar directeur, maar ik heb nog niet vaak meegemaakt dat we ergens ”nee” tegen zeiden. Wij beseffen dat dit een kerk is geweest en we willen niet choqueren, maar de enige overweging om iets niet te willen is de fysieke veiligheid van dit monument. Als die in gevaar komt, zeggen we: Stop, dit willen we niet. Paintball kan hier dus niet.”

Hurkmans wil de Pieterskerk best een „huis van zingeving” noemen. „Maar hoe we die zin invullen, kan heel uiteenlopend zijn. Dat kan ver verwijderd zijn van de oorspronkelijke religieuze bestemming van dit gebouw. De Pieterskerk is echt geen kerk meer. Zoals in ieder museum hebben mensen hier de gelegenheid om elkaar te ontmoeten, met een biertje, een glas wijn en een bitterbal.”

17169294.JPG
beeld RD, Anton Dommerholt

17169296.JPG
beeld RD, Anton Dommerholt

17169288.JPG
beeld RD, Anton Dommerholt

Meer over
Nieuws in beeld

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer