Hans Küng (1928-2021), horzel in de pels bij Rome
De Duitse rooms-katholieke theoloog Hans Küng was een van de belangrijkste critici van Rome. Progressief en oecumenisch, maar wel geïnspireerd door Luther en de Reformatie.
Küng werd in 1954 tot priester gewijd. Hij promoveerde in 1957 in Parijs op de leer van de rechtvaardiging bij Karl Barth, waarin hij een synthese tussen Rome en Reformatie bepleitte. Küng werd in 1960 benoemd tot hoogleraar in Tübingen, waar Joseph Ratzinger –zijn latere opponent– in 1966 ook hoogleraar werd.
Vanwege zijn kritische boek over de pauselijke onfeilbaarheid in 1979 werd hem in 1980 door paus Johannes Paulus II zijn leerbevoegdheid ontnomen. Küng richtte in Tübingen een instituut voor oecumenisch onderzoek op en de stichting Weltethos, ter bevordering van de interculturele en interreligieuze dialoog.
Küng typeerde zichzelf als een verlichte, oecumenische en maatschappijkritische theoloog. Hij streed voor gelijke rechten voor man en vrouw, ook in de kerk, voortdurend in verzet tegen de zijns inziens rigide ethische standpunten van Rome. De theoloog functioneerde als een horzel in de pels van het instituut. Intriges, inquisitie, rooms centralisme, zo luidden zijn kritiekpunten op zijn kerk.
Zijn grootste grief was dat de roomse curie onontvankelijk bleek voor hervorming, ook na het Tweede Vaticaans Concilie (1962-1965). Küng streed voor meer waardering voor de Bijbel in theologie en devotie, voor ontwikkeling van de liturgie in de volkstaal, voor de kerk als gemeenschap in plaats van een van boven geleid instituut, voor meer begrip voor de Reformatie. Rome beschouwde Küng als een liberale protestant die feitelijk in het kamp van de Reformatie zat. Küng legde een modern-protestants accent op de Jezus van het Nieuwe Testament in plaats van op een christologie ”van boven”; een tweenaturenleer, zoals verwoord in de oudkerkelijke concilies. Hij was een pleitbezorger van de historisch-kritische methode en zijn oecumenische instelling leidt soms tot relativering van de eigen christelijke godsdienst.
Küngs visie op het christendom kenmerkte zich door een pleidooi voor meer autonomie, vrijheid en humaniteit. Zijn verzamelde werken (24 dikke delen) gaan niet alleen over kerk en theologie, maar bestrijken ook de wereldliteratuur, de cultuur, het moderne denken, de wereldgodsdiensten en ethisch-politieke kwesties, zoals de wereldvrede. Küng bepleitte een echt evangelische paus, niet boven, maar in en met de kerk. Met paus Franciscus kreeg hij weer een sprankje hoop. Deze nodigde hem in 2016 uit het debat over de pauselijke onfeilbaarheid opnieuw te voeren in het licht van de Bijbel en de kerkelijke traditie. Küng sprak vol verwachting van „een vrije, onpartijdige en open discussie over het dogma van de onfeilbaarheid: deze heilloze sleutelkwestie van de lotsbestemming van de Katholieke Kerk.”