Corruptie vormt bedreiging voor vredesproces Libië
De Verenigde Naties zullen signalen van corruptie veel serieuzer moeten nemen, wil het huidige vredesproces in Libië slagen. Hun rol is nu controversieel bij Libiërs. Die zijn vooral gebaat bij het stimuleren van het onderlinge vertrouwen.
Zelf woon en werk ik de laatste jaren in Libië en ik lees met grote interesse artikelen over dit land. Veelal doe ik dat met pijn, omdat ze vaak vol staan met onjuistheden. Onjuistheden die meer leed veroorzaken voor de Libiërs, maar eigenlijk ook voor de lezer. Onjuistheden die voor meer onrust zullen zorgen, omdat ze invloed hebben op besluitvorming in Europa die Libië raakt. Zoals rond migratie.
Het opinie-artikel van Brian McQuinn (RD 3-26) heeft mij ook geraakt. Het stuk van de Canadese auteur bevat ook onwaarheden. Dat neemt niet weg dat de kop boven het artikel juist is: er is kans op vrede. De nieuwe eenheidsregering, die het westelijke en het oostelijke deel van het land verenigt, kan het begin daarvan zijn.
Vrede in Libië is afhankelijk van veel factoren, waarbij vertrouwen het belangrijkste is. Daarnaast dient de internationale wereld Libië met rust te laten, dan wel naar dit land te luisteren in plaats van Libiërs te vertellen wat zij moeten doen. Vrede krijgt alleen een kans als mensen leren samen te werken en samen te leven. Een zaak die tijd kost, maar sneller gaat als we durven te vertrouwen en Libiërs in dat proces begeleiden. Daarbij moeten we de durf hebben om individuen, dan wel groepen die het proces van democratie voor eigen doelen willen ondermijnen, te benoemen en verantwoordelijk te houden.
Niet woedend
Meningen zoals die van McQuinn helpen dan ook niet. De Libiërs zijn namelijk niet woedend, zoals hij stelt. Zij hebben daar niet eens de energie voor. Tien jaar aan oorlogsgeweld heeft de bevolking depressief gemaakt en wantrouwig. Daarnaast kan het uiten van woede gevaar voor zichzelf opleveren. Dat werd afgelopen week weer volop zichtbaar in Benghazi. Elke dag worden daar mensen omgebracht. Daarover werd eerder niet bericht, maar nu lijkt de nieuw aangetreden Government National Unity (GNU) te zorgen voor een stukje hoop en op het moment is de communicatie meer open. Afgelopen donderdag werd nog een kind gedood, vermoedelijk door een militie van Haftar. De moeder raakte gewond.
Zijn vader werd door de aanhang van Haftar gezocht omdat hij die niet wilde steunen. Net als honderdduizenden anderen ziet het regime van Haftar deze man als een terrorist en daarom vluchtte hij met zijn gezin uit Benghazi. De moeder was samen met haar kinderen naar de stad teruggekeerd voor een familiebezoek. Een groep gewapende mannen viel vervolgens het resort binnen waar ze verbleef.
Deze Haftar, gesteund door onder andere Rusland en Egypte, is een sta-in-de-weg voor vrede. Nu en in het verleden, zoals voor 4 april 2019, de dag waarop de krijgsheer Haftar zijn aanval op Tripoli startte. Hij hielp daarmee de nationale dialoog om zeep die een week later zou starten en waarvoor de secretaris-generaal van de Verenigde Naties (op de dag van de aanval) in de stad aanwezig was. Of neem de vorige week woensdag bij een aanslag omgekomen Machmoud Werfalli, commandant in het leger van Haftar. Het Internationaal Strafhof in Den Haag had hem aangeklaagd vanwege de moord op ongewapende mensen. Haftar zegde een onderzoek toe. Maar enige weken later werd bekend dat Werfalli promotie had gemaakt in het leger.
Open einden
McQuinn pleit in zijn artikel voor een stevige rol voor de Verenigde Naties. De rol van de VN is echter zeer controversieel en wordt door Libiërs zeer zeker niet bejubeld. Ook nu zijn er teveel open einden bij het vredesproces. Zo brachten VN-onderzoekers aan het licht dat het proces voor oprichting van de nieuwe eenheidsregering omgeven is met corruptie. Eerder wezen veel Libiërs hier al op. Zo zou premier Dbeibah stemmen hebben gekocht. Maar dat heeft niet geleid tot een pauze in het vredesproces voor verder onderzoek. Het onderzoek is door de VN-delegatie in Libië opzijgelegd. Een incident dat niet op zichzelf staat.
Aanwezigheid Russen
GNU staat voor een bijna onmogelijke taak: een verkiezing organiseren op 24 december 2021, de dag waarop het land jaarlijks zijn onafhankelijkheid viert. Uitdagend, vanwege de huidige onrusten in het land, met name in het oosten, waar Haftar (en zoons) nog steeds aanwezig zijn. Dagelijks zijn er grote stroomstoringen. Er zijn ook nog veel buitenlandse troepen (en huurlingen) in het land. Daarbij lijkt de aanwezigheid van de Russen eerder te groeien dan te krimpen. Tel daarbij het overal rondgaande coronavirus bij op, terwijl nog maar een zeer beperkt aantal vaccins beschikbaar is.
Maar persoonlijk ben ik en blijf ik vol hoop. De weerbaarheid van de Libiërs is groot, de koppigheid zelfs nog groter. Vrede komt dan wel. Hopelijk nu (met de nodige obstakels), en anders later wel. Maar vrede komt er.
De auteur is oprichter van Al Eureka, kennis- en educatiecentrum Nederland en Libië.