Kok schiet drukke boomkweker te hulp
Van sterrenkok tot bomensjouwer. Het kan snel gaan tijdens de coronacrisis. De zzp’ers van Chefs Qlinair uit Rhenen ‘kuilen en bossen’ met plezier. De eerst aarzelende laanboomsector plukt daar nu de volle vruchten van.
Martin Faber (44) uit Haarlem veegt het zweet van zijn voorhoofd, terwijl hij de kuil bij een boom dichtgooit met volle scheppen grond. Zijn maat Maurice Rutten uit Heteren (46) houdt het jonge boompje recht. De beide koks zijn aanpakken gewend in de keuken, maar doen dat meestal niet met hun voeten in de modder.
En dat is nu wel het geval. De Betuwse blubber bij fruitbomenspecialist De Batterijen in Ochten zuigt hun laarzen vast als ze bomen rooien, verplaatsen en weer tijdelijk met de wortels in de grond zetten om uitdroging te voorkomen.
Hun opdrachtgever Maarten de Weert van Chefs Qlinair, het uitzendbureau voor topkoks, loopt dinsdag een dagje mee en ervaart aan den lijve hoe ‘zijn’ jongens nu buiten moeten bikkelen.
Nood
Het is uit nood geboren, vertelt de in de Betuwe geboren De Weert. Als voormalig kok runt hij al enige tijd een uitzendbureau voor chef-koks. Zo’n 175 freelancers bezorgt hij jaarlijks een plek in de Nederlandse en Belgische horeca. Bij de eerste lockdown in maart ontstond het idee om zijn mensen ook ergens anders te detacheren.
Daarbij was nadrukkelijk ook de laanboomsector aan de overkant van de Rijn in beeld. Na de zomer, bij de tweede massale sluiting van de restaurants, kreeg dat idee concreet vorm dankzij contact met de Betuwse boomkwekersvereniging TCO (Tree Centre Opheusden). Inmiddels zijn er zo’n vijftien koks werkzaam in deze sector.
Verdienen
Het is allemaal niet zo simpel als op het eerste gezicht lijkt, vertelt de Rhenense ondernemer. „Boomkwekers zoeken personeel voor vijf dagen in de week en deze freelancers doen er vaak nog wat naast. Bovendien verdienen ze bij een boomkweker een stuk minder dan als chef kok.”
Volgens woordvoerder Jerphaas Rustenhoven van TCO kostte het in het begin wel enige moeite om ook de kwekers te overtuigen om koks in dienst te nemen. „Inmiddels hebben ze zichzelf bewezen. Ze lopen de kantjes er niet vanaf en zijn betrouwbaar.”
Wortels snijden of bomen snoeien is een flink verschil. Toch werkt Maurice Rutten (46) uit Heteren met plezier bij De Batterijen. Al vanaf zijn twaalfde is hij werkzaam in de horeca. De laatste jaren als cateraar bij festivals. „Dat is ook flink aanpakken, maar als je hier een dag in de modder hebt gestaan voel je dat ’s avonds wel in je benen. Toch is het wel leuk werk en een prima sfeer hier.”
Martin Faber (44) uit Haarlem was jarenlang chef-kok in een sterrenrestaurant en sinds 2014 zzp’er. Zijn goedbetaalde baan stopte aan het begin van de laatste lock down.
Minder stress
„Deze job is anders, fysiek zwaar, maar ik ervaar minder stress dan in de keuken. Wel werken we in onze business schematischer. Ze kunnen dus hier ook nog wat van mij leren”, grapt hij.
Aan de bedrijfscultuur moesten beiden wel even wennen. Faber: „Ik kom uit Haarlem en daar spreken ze geen dialect. Bovendien gebruiken ze hier jargon. Je graaft hier geen gat, maar je bent aan het kuilen. Bomen zet je niet bij elkaar, maar die ga je opbossen.”
Tevreden
Operationeel-manager Karel van de Kolk van De Batterijen is niet alleen blij met de hulp, maar is ook tevreden over hoe snel en zorgvuldig de chefs het werk oppakken. „Het zijn zzp’ers, dus gewend om flink aan te pakken. Ze doen wel relatief eenvoudig werk, dus ze hoeven niet opgeleid te worden. We kiezen ook bewust voor Nederlanders en niet voor Polen. We zijn een christelijk bedrijf. Deze mensen kennen onze normen en waarden. Bovendien is er nu geen taalbarrière.”
De boomkweker ziet het ook als zijn maatschappelijke verantwoordelijkheid om mensen uit sectoren die het zwaar hebben aan werk te helpen.
„Bovendien is dit onze drukste periode en is het lastig om aan personeel te komen. Dus alle hulp is welkom.”