Brits hof en EU-parlement voelen Johnson aan de tand
Van alle kanten wordt premier Johnson deze week ondervraagd. Zowel het Europees Parlement als het Britse hof voelt de Britse regering aan de tand.
De wil van de Britse bevolking wordt gewaarborgd in het Lagerhuis, niet in een referendum waarin 52 procent van de Britten voor brexit koos. Dat stelde Europarlementariër Manfred Weber, die woensdagochtend in een debat in het Europees Parlement in Straatsburg de schorsing van het Britse parlement bekritiseerde.
Het EU-parlement debatteerde woensdag met de Europese Commissievoorzitter, Jean-Claude Juncker, over brexit. Volgens de voorzitter heeft de lunch die hij maandag met de Britse premier Boris Johnson had, niet tot verdere voortgang van het brexitdebat geleid. Een no-deal-brexit op 31 oktober is volgens hem niet onwaarschijnlijk.
In Londen bogen de hoogste Britse rechters zich woensdag weer over de vijf weken lange schorsing van het Lagerhuis. Wat gaat Johnson doen als het hooggerechtshof besluit dat de schorsing onwettig is, vroegen de rechters zich dinsdag –de eerste dag van de driedaagse rechtszaak– zich af. „Het gevolg zou kunnen zijn dat hij naar de koningin gaat en het parlement terugroept”, stelde Richard Keen, jurist van de regering.
Vervolgens stelden de rechters de vraag of het mogelijk is dat de premier het Lagerhuis daarna weer zou sluiten. Keen antwoordde dat hij „geen commentaar” kon geven op die vraag.
De zaken die het hooggerechtshof dinsdag tot en met donderdag behandelt, zijn aangespannen door anti-brexit-campagnevoerder Gina Miller en tientallen parlementariërs, die stellen dat Johnson zijn machten als premier misbruikt en geen verantwoording wil afleggen.