Nederland onder vuur om vele kinderporno
Nederland dreigt een „veilige haven” voor kinderporno te worden. Bijna de helft van de afbeeldingen van seksueel kindermisbruik op internet wordt gepubliceerd via Nederland, stelt de waakhond IWF. Het Meldpunt Kinderporno nuanceert de resultaten, CDA en SGP reageren kritisch.
Van de meer dan 105.000 webadressen met afbeeldingen van kindermisbruik is vorig jaar 47 procent gehost in Nederland, zo meldt de Internet Watch Foundation (IWF) woensdag. De onafhankelijke organisatie, gesteund door de Europese Commissie en internetbedrijven, waarschuwt dat Nederland een „veilige haven voor seksueel misbruik van kinderen” aan het worden is. De IWF sinds 1996 meer dan een miljoen meldingen beoordeeld.
De ruim 105.000 webadressen met afbeeldingen van seksueel kindermisbruik in 2018, vormen een stijging ten opzichte van de 78.500 webadressen in 2017. Technische verbeteringen hebben eraan bijgedragen dat de IWF meer illegale afbeeldingen kon detecteren. IWF roept Nederland op in actie te komen.
Vraagtekens
Het Meldpunt Kinderporno, onderdeel van het Expertisebureau Online Kindermisbruik (EOKM), ontkent niet de grote hoeveelheid kinderporno in Nederland, maar nuanceert tegelijkertijd de IWF-resultaten. „De IWF krijgt de helft van de meldingen, de andere helft zoeken zij zelf op”, zegt EOKM-directeur Arda Gerkens.
Het expertisebureau zet vraagtekens bij de zoekmethode van de organisatie. Volgens Gerkens zijn de VS de wereldwijd de onbetwiste nummer één bij kinderporno, dankzij de aanwezigheid van grote internetbedrijven als Facebook, Microsoft en Dropbox.
Snel internet en een goed netwerk zijn volgens Gerkens een verklaring voor de populariteit van Nederland voor kinderporno op het web. „Bedrijven uit bijvoorbeeld Rusland en Oekraïne die foto’s en video’s van kinderporno willen publiceren op internet, maken graag gebruik van snel internet in Nederland.”
De IWF-beschuldiging dat Nederland een veilige haven voor kinderporno aan het worden is, wijst Gerkens van de hand. „Deze baude uitspraak suggereert dat Nederland hier niets aan doet. Dat is absoluut niet waar.” Nederland heeft volgens haar voldoende aandacht voor deze problematiek. „Twee jaar geleden had ik hierover nee gezegd.”
Minister Grapperhaus (Justitie) probeert met nieuwe technologie te voorkomen dat kinderporno op internet kan verschijnen. Verder wil de bewindsman via kunstmatige intelligentie meldingen sneller en beter kunnen verwerken.
Grapperhaus onderzoekt bovendien mogelijkheden om de aanpak van kinderporno onder te brengen in het bestuursrecht, omdat de huidige aanpak via het strafrecht te beperkt is. „Dat lijkt een interessante optie”, zegt EOKM-directeur Gerkens. De nieuwe aanpak kost echter tijd.
SGP-Kamerlid Van der Staaij is niet gerust op actie van het kabinet. „Dit geluid hoor ik van regeringswege al zeker tien jaar. Maar het bestrijden van de verspreiding van kinderporno moet meer prioriteit krijgen. Daarom wil ik hier snel een Kamerdebat over.”
De SGP’er vindt het „confronterend” hoe slecht Nederland altijd scoort in dit soort onderzoeken. „Het wrange is dat mensen door dit nieuws zomaar weer kunnen gaan denken: Aha, in Nederland moeten we dus zijn als we kinderporno willen verspreiden.”
CDA-Kamerlid Van Toorenburg steunt Van der Staaij in zijn appel. „Het geduld van het CDA raakt op als het om deze materie gaat. Providers moeten echt harder aangepakt worden.”