Diederik Samsom: „Geen haast; gasnet ligt er nog wel twintig jaar”
Veel huizenbezitters zijn onzeker over de overstap naar aardgasvrij wonen. En over de kosten daarvan. Het Reformatorisch Dagblad polste de afgelopen weken de reacties van woningeigenaren op een offerte. Een nabeschouwing met Diederik Samsom, voorzitter van de klimaattafel Gebouwde Omgeving, en directeur Rob Mulder van de Vereniging Eigen Huis (VEH).
Hartje Leiden, zacht lenteweer. De dichtbebouwde en levendige stad vormt het decor voor een gedachtewisseling over het verwarmen van 7 miljoen bestaande huizen in Nederland – maar dan straks zonder aardgas.
De VEH was een van de partijen die bij de onderhandelingen voor het klimaatakkoord aan de zogeheten klimaattafel van de sector Gebouwde Omgeving zat. Gespreksonderwerp: hoe bereiken we in Nederland een vermindering van 49 procent CO2-uitstoot in 2030 en een volledig energieneutraal woningenbestand in 2050?
„Wij hebben elke vergadering erop aangedrongen dat de transitie haalbaar en betaalbaar moet zijn”, zegt Mulder, directeur Kennis en Belangenbehartiging bij VEH. Dat ziet hij „gelukkig” ook steeds meer terug. „Anders gaat het niet gebeuren.”
„Trek niet hysterisch morgen al met een koevoet de gasketel van de muur. Begin eerst eens met je huis goed te isoleren tot energielabel B. En zoek rustig een alternatief voor verwarming tegen de tijd dat je cv-ketel aan vervanging toe is”, adviseert Samsom consumenten.
Want de energietransitie draait om isoleren, benadrukt de voormalige PvdA-leider – tegenwoordig energieadviseur bij afvalverwerkingsbedrijf HVC. Het Nederlandse gasnet ligt er in 2050 nog grotendeels, en wordt daarna misschien gebruikt voor groen gas en waterstof, zegt hij.
„Vanuit Den Haag kwam niet het matigende geluid dat ik nu van Samsom hoor”, zegt Mulder. „Veel van de leden van VEH hebben buikpijn gekregen van de verhalen van politici in de afgelopen maanden.” Weliswaar gaat de energiebelasting voor burgers dit jaar toch niet omhoog, zo besloot het kabinet onlangs, maar Mulder moet nog maar zien hoe de financiële effecten van het klimaatakkoord uiteindelijk uitpakken voor de consument.
Praktische hobbels
Mensen met een eigen woning weten volgens de VEH niet wat ze moeten doen, wie het gaat doen, en hoe ze de aanpassingen moeten financieren. „Ze willen wel, maar lopen tegen praktische hobbels aan.”
Dat ziet Mulder ook terug in de artikelenserie van het RD. „Mensen zijn zoekende en vinden de prijzen stevig.”
Maar je hoeft niet meteen in een warmtepomp te investeren, reageert Samsom. „Wie in een stad woont, heeft kans dat de gemeente op enig moment een warmtenet aanlegt. Daar kan je dan op aansluiten.” Hij doelt op de wijkgerichte aanpak van gemeenten.
Bij die aanpak, die is afgesproken aan de klimaattafel, krijgen gemeenten de regie om alternatieven voor warmtewinning te organiseren – op wijkniveau. Op individueel niveau zullen woningeigenaren ‘verleid’ worden om te verduurzamen.
Komt zo’n collectief warmtenet er niet, dan adviseert hij consumenten af te wachten tot hun ketel aan vervanging toe is en dan te kiezen voor een hybride warmtepomp, die zowel op stroom als op gas werkt.
Op het platteland ligt collectieve verwarming niet voor de hand. Samson adviseert mensen die daar wonen een elektrische of hybride warmtepomp.
Dat mensen aanhikken tegen investeren herkent Samson. Maar in dertig jaar tijd moet een aanpassing toch haalbaar zijn. „Ik ken bijna geen één gezin dat de afgelopen jaren niet een keer een verbouwing heeft gehad.”
De overheid moet mensen werkelijk helpen, benadrukt Mulder. Bijvoorbeeld met subsidie voor isolatie. Dat werkt volgens hem beter dan mensen dwingen energieverbruik te minderen, zonder aan te geven wat ze concreet moeten doen. „De energierekening verhogen voelt als straf. Het laten opdrogen van de subsidiepot voor isolatie is evenmin een goed signaal.”
Ook de op handen zijnde afschaffing van de zogenoemde salderingsregeling voor zonne-energie maakt mensen onzeker, zegt Mulder. Op dit moment krijgt de consument nog een vergoeding voor teruglevering van zelf opgewekte stroom aan het net. De consument betaalt alleen het saldo, dat overblijft na afname en teruglevering. Zonder saldering ligt de terugleververgoeding veel lager. Mulder: „Dan betalen mensen als het ware belasting voor de sla uit hun eigen tuin.”
De VEH-directeur denkt dat consumenten door zulke onzekerheden maar blijven afwachten. „Daarover was ik ook bezorgd”, reageert Samsom. „Maar mensen stoppen heus niet met zonnepanelen kopen, want de prijzen daarvan dalen spectaculair hard.” Maak eerst het gas ietsje duurder en de elektriciteit wat goedkoper, luidt Samsons oproep aan de overheid.„Dan blijft de energierekening van huishoudens gemiddeld genomen gelijk. Maar wie isoleert, heeft er voordeel van.”
De verbouwing naar gasloos wonen moet woonlastenneutraal zijn, is het uitgangspunt van het klimaatakkoord. Na de verbouwing moet iemand maandelijks net zoveel geld kwijt zijn als daarvoor. Samsom geeft een voorbeeld. „Stel een verbouwing naar energielabel B kost 12.000 euro, waarbij je 2000 tot 3000 euro subsidie krijgt. Dan ben je pakweg 60 euro per maand kwijt aan rente en aflossing. Als je dan ook 60 euro bespaart aan energielasten, blijven je woonlasten dus gelijk. Bespaar je 80 euro, dan verdien je erop.” Een miljoen woningen in Nederland kunnen volgens hem zo meteen gaan besparen en hebben daarna ook nog eens meer wooncomfort.
„Je kunt de investering allicht terugverdienen, maar dat geld moet je wel eerst ophoesten”, voert Mulder aan.
Krijgen mensen een financiering voor de verbouwing wel rond gezien de aangescherpte hypotheekeisen van banken?
De Autoriteit Financiële Markten (AFM) en De Nederlandsche Bank (DNB) houden het slot op de deur voor de banken, zegt Samsom. Hij kaartte dit punt bij hen aan. Op zich is de houding van de AFM en DNB volgens hem begrijpelijk.
Nederland komt nog maar net uit een financiële crisis die het gevolg was van onverantwoorde leningen door mensen. „Niettemin moet een bank slechts kijken of iemand voldoende inkomen en voldoende huiswaarde heeft, om de lening te kunnen betalen.” Die draagkracht schat hij voldoende hoog in voor het gros van de 4,5 miljoen woningeigenaren.
Daar komt bij dat we een publieke leenfaciliteit opbouwen, via het Nationaal Energiebespaarfonds, aldus Samsom. Een woningeigenaar kan bij dat fonds geld lenen voor verduurzamingsmaatregelen. Mensen kunnen er vanaf volgend jaar een beroep op doen, verwacht Samsom. Iedereen kan dan meedoen, ook iemand die bij de bank niet kan lenen.
Hoopvol gestemd is Samsom over gebouwgebonden financiering. Daarbij kan iemand een lening afsluiten die gebonden blijft aan de woning, ook bij een eventuele verhuizing. „Maar dat moet wel aangeboden gaan worden door financiële instellingen.”
Ook Mulder kijkt positief aan tegen gebouwgebonden financiering. „Als overheidsinstanties zoals de AFM en DNB zo krap kijken, mag je hen best erop wijzen dat ze de verduurzaming in de weg zitten”, spoort hij zijn gesprekspartner aan.
Is de markt rijp voor de overstap?
Mulder: „Installateurs zijn in doorsnee er nog lang niet aan toe om een goede rol te spelen.” Eerst zullen innovatie en prijsdalingen moeten optreden. Hij betwijfelt of de prijzen van installaties met 20 tot 40 procent zullen dalen, zoals de overheid voorspelt. Daarnaast staan de mensen die het werk moeten doen voor een grote opgave, omdat de sector eveneens met een groot personeelstekort kampt. „Waar haal je de mensen vandaan?” vraagt Mulder zich hardop af.
De benaming installatiebranche vindt Mulder overigens passé. „Comfort- en duurzaamheidsbranche vind ik beter.” Nu komt namelijk voor iedere klus nog een aparte partij voorrijden. „Waarom levert de sector niet een totaalpakket voor de klant met nieuwe warmte-installatie plus isolatie enzovoorts, samen met andere partijen uit de keten?” Als de branche mensen kant en klare plannen aanlevert, happen ze eerder toe, vindt hij.
Het valt Samson in de RD-serie op dat mensen ook bang zijn voor warmtepompen die lawaaiig zijn, stroom slurpen en waarvan je maar moet afwachten of het huis wel comfortabel blijft. Maar de technische ontwikkeling van warmtepompen verloopt momenteel in heel Noordwest-Europa in hoog tempo, zegt hij.
De techniek van nu kan niet de problemen oplossen die over dertig jaar spelen, brengt Mulder daartegen in. Hij waagt zich niet aan voorspellingen. „Nog veel is er onbekend in de techniek. Experimenten zijn nog maar pas gestart. Mensen moeten geen grote keuzes doen waarvan zij later spijt kunnen krijgen.” Zijn advies aan de huizenbezitter is om de woning te isoleren en –indien mogelijk– te wachten op de mogelijkheid om aan te sluiten op een groot warmtenet. Hij raadt de consument aan om een nieuwe HR-ketel te kopen als de huidige ketel zijn langste tijd heeft gehad.
Waterstof
Het valt Mulder eveneens op dat mensen meer verwachting hebben van waterstof als toekomstige brandstof dan van de warmtepomp. Aan Samsom vraagt hij: „Hoe kijk jij daartegen aan, Diederik?”
We gaan veel waterstof maken, antwoordt Samsom. Het gassoort is volgens hem vooral nodig om de elektriciteitsvoorziening door centrales overeind te houden, namelijk op momenten dat er onvoldoende wind- of zonne-energie wordt opgewekt. Maar de industrie wordt de tweede grote toekomstige afnemer; die heeft waterstof nodig om de benodigde hoge temperaturen te bereiken.” Woonwijken zijn pas als laatste aan de beurt.
Kan het elektriciteitsnet de transitie aan?
Mulder betwijfelt dat: „We gaan van een centrale elektriciteitsvoorziening naar een decentraal systeem als veel meer mensen zonnepanelen nemen”, zegt hij. Niemand weet nog wat dat gaat betekenen, is zijn inschatting. „Dat aspect is onderbelicht aan de klimaattafel.”
Samsom is het daarmee niet eens: „Sorry, dat klopt niet. Wij hebben het betrouwbaarste elektriciteitsnetwerk ter wereld.” Elektriciteitsbedrijven als Stedin en Enexis denken volgens hem al jaren na over de capaciteit van het net. De „20.000 slimme mensen” in die sector kunnen piekbelasting van het net, bijvoorbeeld bij laadpalen voor elektrische auto’s nu al voorspellen. De belasting van het net wordt wél een probleem als morgen iedereen massaal een warmtepomp installeert, aldus Samsom.
Vooralsnog blijft Mulder met zijn achterban toch vooral sceptisch. „Eerst zien, dan geloven. Beloftes van politici hebben een houdbaarheidsdatum tot aan de volgende verkiezingen”, aldus de VEH-voorman, ondanks dat hij wel achter de energietransitie staat.
Het moet kunnen om 100.000 particuliere woningen per jaar klimaatneutraal te maken, houdt Samsom vol. „Je mag best iets meer vertrouwen in de toekomst hebben.” Hij snapt dat mensen eerst willen zien voordat ze toehappen, maar vindt dat ook een dooddoener.
„Jaarlijks worden er 30.000 keukens en 30.000 badkamers vernieuwd. Om zulke investeringen geven mensen wel. Als in de toekomst mensen op verjaardagsfeestjes vol trots hun nieuwe verwarmingsketel showen aan hun gasten, dan heb ik mijn doel bereikt.”
Dralers en doeners
Van appartement tot vrijstaande woning en bouwjaren tussen 1954 en 2006: de redactie selecteerde voor de serie Gasloos na een oproep in de krant zes huizen van verschillende soorten en maten van lezers. Ook wat betreft bestaande verduurzamingsmaatregelen verschilden de woningen sterk.
Hoe het ook zij, alle woningen in Nederland moeten in 2050 losgekoppeld zijn van het aardgas, zo heeft de overheid besloten.
Adviesbureau Energietechniek Wagtho uit Voorthuizen stelde voor de geselecteerde woningen offertes op voor aanpassing aan het gasloze tijdperk.
Bij het zien van het prijskaartje, dat bij de zes betreffende woningen varieerde van 5000 euro tot 22.000 euro, dralen de meeste eigenaren om daadwerkelijk aan de slag te gaan en die luchtwarmtepomp of zonneboiler aan te schaffen. Althans, in eerste instantie.
Want hoewel voor Henry en Anneke Bulten uit Almere aanvankelijk een warmtepomp een brug te ver was, oriënteren zij zich momenteel op een hybride warmtepompsysteem voor hun twee-onder-eenkapper. De huidige cv-ketel moet namelijk worden vervangen.
Op korte termijn gaan ze aan de slag met zonnepanelen, het vervangen van het defecte ventilatiesysteem met warmteterugwinning, het vervangen van het gasfornuis voor een inductiekookplaat. Ook willen ze een elektrische geiser installeren om het gasverbruik te verminderen.
Zonnepanelen en elektrisch koken blijken voor de meeste woningeigenaren de meest voor de hand liggende verduurzamingsmaatregelen te zijn. De één houdt het daar dan ook voorlopig bij, zoals de familie Haitsma uit het Friese Drachtstercompagnie. De ander, bijvoorbeeld de familie Scheele uit Kamerik, werkt in stapjes toe naar een gasloze woning.