Midterms raken vooral lokale politiek
President Trump zelf beweerde deze week dat het bij de ”midterms” gaat over zijn beleid. En hij is niet de enige. Ook de media interpreteren dat zo. Maar feitelijk gaat het over veel meer en heel andere dingen, vooral over de lokale politiek in de afzonderlijke staten.
Het invullen van een stembiljet is in Amerika doorgaans bepaald geen fluitje van een cent. Er staan tal van zaken op waarbij een ”ja” of ”nee” moet worden aangekruist.
Daarnaast is er vaak ook nog een reeks van ambten en functies waarvoor wordt gestemd, zoals die voor de gouverneur van de staat, voor leden voor het Congres van de staat, voor gemeenteraadsleden, maar ook voor de benoeming van de nieuwe sheriff en voor vertegenwoordigers in besturen van scholen, bibliotheken of ziekenhuizen.
Het gaat bij de midterms dus niet alleen over 435 leden voor het Huis van Afgevaardigden en 35 leden van de Senaat in Washington, maar –bij elkaar opgeteld– over duizenden posten.
Elke staat heeft een eigen Congres met een Senaat en een Huis van Afgevaardigden. Daar werden dinsdag in totaal 6665 nieuwe leden voor gekozen of herkozen en in 36 staten waren er verkiezingen voor het gouverneurschap.
Te makkelijk wordt gedacht dat al deze mensen in hun doen en laten min of meer afhankelijk zijn van hetgeen de president zegt of doet. Dat is een misvatting.
Gouverneur
Neem de gouverneur. Die is min of meer koning in zijn staat en heeft in praktische zin binnen de grenzen van zijn ‘rijk’ meer te zeggen dan de president. Heel belangrijk is dat de gouverneurs, die voor vier jaar worden gekozen, nog hun ambt in 2020 bekleden. Dan wordt er weer een volkstelling gehouden. Die bepaalt dan hoe de grenzen van de kiesdistricten worden getrokken. Dat is een bekend, maar ook vaak bekritiseerd middel om verkiezingen te beïnvloeden.
Ook de invloed van het Congres van een staat moet niet worden onderschat. Dat kan wetten aannemen die de president in Washington doet knarsetanden. Zo heeft de ene staat wel de doodstraf, de andere niet. Er zijn meer belangrijke thema’s waar een individuele staat zijn eigen weg gaat. Trump heeft bijvoorbeeld het klimaatverdrag van Parijs opgezegd, maar verschillende staten willen dat wel nakomen en hebben daarom passende maatregelen genomen.
Dat geldt ook de ziektekostenverzekering. Bekend is dat Trump heeft geprobeerd om Obamacare af te schaffen. Dat is hem niet gelukt omdat de inmiddels overleden senator McCain, partijgenoot van Trump, tegenstemde. Dus deze ziektekostenverzekering bestaat nog steeds. Maar er zijn verschillende staten die Obamacare nooit hebben ingevoerd. Er zijn er zelfs die Medicare, de voorloper van Obamacare, niet hebben.
Voor de Amerikaanse burger is daarom vaak veel belangrijker wie gouverneur is van een staat en welke partij in het Congres van die staat de meerderheid heeft, dan wie het in Washington voor het zeggen heeft.
Minimumloon
Hoe dit uitwerkt? Neem de kwestie van het minimumloon. Jarenlang is het presidentieel beleid geweest om dat niet aan de ontwikkeling van prijzen aan te passen. Momenteel ligt het minimumloon op 7,85 dollar per uur. Maar bij de midterms van dinsdag is in de staat Missouri besloten dat dit binnen vijf jaar zal worden opgetrokken naar 12 dollar. In de naburige staat Arkansas gaat dit naar 11 dollar. Trump en zijn regering kunnen daar niets aan doen. Individuele staten zijn vrij om een eigen beleid te voeren. Voor de laagst betaalden is dit een belangrijk besluit; hun inkomen gaat stappen vooruit.
In totaal ging het dinsdag over 155 thema’s waar de kiezer over moest stemmen. Opvallend onderwerp: in veel Amerikaanse staten verlies je voor de rest van je leven het stemrecht zodra je achter de tralies wordt gezet. In Florida stond dinsdag een voorstel op het stembiljet om de 1,4 miljoen voormalige gedetineerden in die staat na hun vrijlating hun stemrecht terug te geven. De kiezers in Florida stemden er dinsdag mee in dat een ex-gevangene gewoon weer naar de stembus kan. Bij de volgende verkiezingen kan dat leiden tot een politieke aardverschuiving.
In vijftien staten stonden kwesties rond het stemrecht op het kiesbiljet, zoals de identificatieplicht bij het uitbrengen van de stem of de financiering van campagnes. De aanpassing van deze regels ligt gevoelig omdat die bij volgende verkiezingen weleens in het voordeel van de oppositie kan zijn.
In vijf staten moest de burger stemmen over de vraag of het gebruik van marihuana gelegaliseerd moet worden. In de staat Washington was er een voorstel om grootvervuilers vanaf 2020 een taks van 15 dollar per ton uitgestoten CO2 op te leggen. Dat voorstel haalde het niet.
Ongeboren kind
In Alabama werd dinsdag een wijziging van de grondwet van die staat goedgekeurd dat het recht op leven van een ongeboren kind bevestigde. Daardoor kan straks wellicht het recht op abortus worden ingeperkt. In de staat Massachusetts stemde de meerderheid van de kiezers in met een wettelijke bescherming van transgenders.
Kortom, bij de midterms gaat het om veel meer dan om het beleid van de president. De burger vindt ze meestal ook interessanter omdat de thema’s hem direct raken. Zoals een inwoner van Miami (Florida) in een CNN-uitzending zei: „Wat ze in Washington doen, boeit me eigenlijk niet. Daar maken ze er een troep van. Wij regelen onze eigen zaakjes wel.”