Hans Euser: Het is mijn droom dat er veel meer interculturele kerken ontstaan
In Veenendaal namen ze het initiatief voor de stichting van een interculturele kerk. Nadat ze die gemeente vijf jaar hadden gediend, verruilden Hans en Carolien Euser de Biblebelt voor de Randstad. Vanuit Rotterdam geven ze nu leiding aan het netwerk Intercultural Church Plants (ICP).
Hij groeide op in Dordrecht, zij in Sliedrecht. Nadat ze in 2000 trouwden, woonden Hans (41) en Carolien (37) Euser lange tijd in Veenendaal. Hans studeerde er aan de Evangelische Theologische Hogeschool, waar hij later docent werd. Carolien werkte in de thuiszorg. In 2006 werden ze voorgangersechtpaar van Evangeliegemeente De Regenboog in hun woonplaats.
„Al snel merkten we dat ons hart op straat lag. We waren meer bezig met mensen buiten de kerk dan in de kerk”, zegt Carolien. Mede door contacten met de Rotterdamse evangelist Theo Visser raakte het echtpaar geïnteresseerd in multiculturele kerken. „We wilden graag iets doen met andere culturen”, zegt Carolien.
Hans: „Van de ruim 65.000 inwoners van Veenendaal waren er 10.000 van niet-Nederlandse afkomst. Onder hen waren christenen die hier geen geestelijk thuis hadden gevonden. We zijn alle kerken in Veenendaal langsgegaan om te spreken over een interculturele kerk. Uiteindelijk werd het plan om zo’n gemeente te stichten gesteund door twintig plaatselijke kerken, behorend tot acht denominaties.”
India
In 2010 gingen Hans en Carolien met hun drie kinderen tijdens een studieverlof zes weken naar India. Ze bezochten er een zendeling en een Bijbelschool. „We wilden ervaren hoe het is om ons onder te dompelen in een andere cultuur”, zegt Hans. Na die reis bood hij, naast zijn werk in Veenendaal, in Rotterdam ondersteuning aan het werk van ICP.
In zijn woonplaats kregen intussen de plannen voor een multiculturele gemeente vorm. Dat leidde eind 2011 tot de oprichting van ICF (International Christian Fellowship) Veenendaal, die over haar werk verantwoording aflegt aan een klankbordgroep vanuit de plaatselijke kerken.
In februari 2012 startte de eerste activiteit: een maaltijd, gecombineerd met Bijbeluitleg en het zingen van liederen. Binnen enkele maanden kwamen er vijftig bezoekers. Kort daarna begonnen de zondagse kerkdiensten. Carolien: „We hadden een streng deurbeleid: je mag komen, maar neem dan iemand uit de doelgroep mee. Anders worden we weer een Nederlandse kerk.”
Het echtpaar Euser bouwde zijn werkzaamheden voor De Regenboog af om zich helemaal voor de ICF-gemeente te kunnen inzetten. Carolien: „We moesten van een vriendenkring gaan leven. Dat was een hele stap, maar we zijn nooit iets tekort gekomen.”
In 2014 werd ICF Veenendaal de eerste interkerkelijke pioniersplek die steun kreeg vanuit de Protestantse Kerk in Nederland (PKN). Het multicultureel pionieren bleek niet altijd eenvoudig. Hans: „Het is een moeilijke vorm van kerk-zijn. We gingen van start met beperkte middelen en hoge verwachtingen. En we hadden te maken met een enorm diverse groep, onder wie oosters-orthodoxe christenen, rooms-katholieken, mensen met een pinkerstachtergrond en moslims die christen zijn geworden.”
De belangrijkste les die Hans in het ICF-werk leerde, is nederig zijn. „Je moet fouten durven maken én toegeven. En bereid zijn van anderen te leren. In dit werk ben je met onmogelijke dingen bezig, maar we merken dat Gods Geest er doorheen werkt.”
Carolien: „We ervaren soms iets van het hemelse Jeruzalem, waar een menigte mensen zal zijn uit alle volken. Onlangs waren we bijeen met een groep die bestond uit dertig nationaliteiten. Om de beurt spraken mensen in allerlei talen een dankgebed uit. Dan krijg ik kippenvel.”
Bloemhof
In 2017 brak een nieuwe fase aan. „Bij de start hadden we gezegd dat we het werk voor ICF Veenendaal vijf jaar zouden doen”, zegt Hans. Hij en zijn vrouw ervoeren het als Gods leiding dat ze de vraag kregen om Theo Visser op te volgen als leiders van het landelijke ICP-netwerk. Visser maakte toen de overstap naar ICP Europa.
Het gezin Euser verhuisde in de zomer van 2017 naar Rotterdam. Carolien: „Dat was geen voorwaarde, maar we hadden al langer het verlangen op een plek te wonen waar minder christenen aanwezig zijn.” De koop van een woning in de Maasstad leek voor het gezin, levend van giften, onmogelijk. Maar met hulp van anderen konden ze toch een koopwoning met kantoorruimte betrekken in de „kleurrijke” wijk Bloemhof. „Binnen twee weken was het rond. We zijn dankbaar dat God erin heeft voorzien”, zegt Carolien.
De ICF-gemeente in Veenendaal, die op zondag 80 tot 120 kerkgangers met 25 nationaliteiten trekt, lieten ze met een gerust hart achter. „Er is een mooi team dat nu leiding geeft aan die gemeente”, zegt Carolien.
Het verschil tussen Veenendaal en Rotterdam is groot. Hans: „We leven in een buurt waar zich vanalles afspeelt. Toen we hier een week woonden, werden er in onze straat twee lichamen uit een huis gehaald van mensen die door een misdrijf waren omgekomen. Een paar maanden later werd er bij onze buren een wietplantage opgerold.”
Het wonen in de wijk is niet altijd „leuk”, maar het gezin –met kinderen in de leeftijd van 9 tot en met 16 jaar– probeert juist daar een lichtend licht en zoutend zou te zijn. Carolien: „Belangrijk is hoe je er zelf in staat. Natuurlijk ben ik kwaad als m’n fiets is gestolen. En op een gegeven moment ergerde ik me flink aan de harde muziek van een buurman. Totdat ik dacht: Ik kan ook voor die man gaan bidden.”
Pioniersplekken
Als netwerkleiders hebben Hans en Carolien de opdracht de ICP-visie op intercultureel kerkzijn onder meer in kerken en het onderwijs uit te dragen. Ook bieden ze waar nodig ondersteuning aan de dertig ICF-gemeenten die bij het netwerk zijn aangesloten.
Hans: „Het is mijn droom dat er veel meer interculturele kerken ontstaan. Het aantal mensen met een buitenlandse achtergrond in ons land groeit tussen nu en 2050 naar verwachting van 22 naar 29 procent. We kunnen ons als kerk niet langer opsluiten in witte enclaves.”
Het gedurende twee jaar trainen van teams die een interculturele kerk willen stichten, geeft de Eusers veel voldoening. Op dit moment zijn ze betrokken bij zeven van dergelijke initiatieven. „Dat heeft ons hart.” De komende tijd gaan ze de samenwerking met de Protestantse Kerk in Nederland versterken. Hans: „De PKN wil meer kleur in de kerk. We kijken samen naar mogelijkheden voor interculturele pioniersplekken. Het is goed de krachten te bundelen.”
Zou elke stad een interculturele kerk moeten hebben? Hans: „Het zou mooi zijn als in ieder geval elke plaats met 50.000 of meer inwoners een ICF-gemeente heeft. In sommige grote steden kunnen het er ook meer dan één zijn. Zo zijn we in Rotterdam bezig met een tweede ICF-gemeente aan de noordkant van de stad.”
Van hun overstap van ICF Veenendaal naar ICP hebben ze geen moment spijt gehad. Hans: „We merken dat God aan het werk is onder mensen uit alle volken. Eerst zagen we dat in Veenendaal, nu in heel Nederland.”
Lees ook: Christelijk zomerkamp verbindt mensen van dertig nationaliteiten (RD, 01-08-2018)