„Gods zendingswerk gaat door in Albanië”
In Albanië heeft bijna niemand een Bijbel. In 1967, tijdens de dictatuur, diende iedereen zijn Bijbel of Koran in te leveren. Alle religie moest uitgeroeid worden, aldus T. M. de Jong. „Door Gods genade kwam het Woord er weer terug.”
De Jong is evangelist in Albanië namens Zending Gereformeerde Gemeenten (ZGG). Zaterdag sprak hij voor zo’n 550 bezoekers van de 55e Zeeuwse zendingsmiddag in de Ter Hoogekerk in Middelburg-Centrum. Maandag keerde hij met zijn gezin terug naar Albanië.
Albanië ligt ingeklemd tussen Griekenland, Macedonië, Montenegro en Kosovo. Het land telt 3,2 miljoen inwoners, van wie 60 procent tot de islam wordt gerekend. „Tijdens de dictatuur vanaf 1967 heeft de duivel alles geprobeerd om elke vorm van religie te laten verdwijnen”, aldus De Jong.
Totdat in 1977 een predikant in het Griekse Corfu Bijbelse traktaten via flessenpost te water liet. Die spoelden aan in Albanië. „Zo kwam het Woord er weer terug. De duivel heeft dat niet kunnen verhinderen. Zo is Gods werk in Albanië doorgegaan.”
In 1994 opende ZGG er een eerste zendingspost, in 2009 een tweede en in 2015 een derde. De Jong: „In de eerste zondagse eredienst waarin ik zou voorgaan, kwam niemand opdagen. Ik was teleurgesteld en wilde naar huis gaan. „U heeft mij toch hier geroepen?”, vroeg ik. Een halfuur later kwamen er toch nog twee mensen. Zo moest ik leren om de aantallen te tellen.”
Sinds jaren wordt in dorpen die behoren tot de classes Middelburg, Goes en Tholen oud papier opgehaald. Acht leerlingen van de Boazschool in Meliskerke maakten zaterdag de opbrengst vanaf de vorige zendingsdag tot nu bekend. Het resultaat was 262.450 euro, bestemd voor het zendingswerk in Albanië. Daarnaast bracht de kringloopwinkel in Middelburg 250.000 euro op, die in Goes 208.000 euro en de opbrengst van oude metalen nog eens 37.000 euro. De opbrengst voor het komend jaar komt ten goede aan de zending in Ecuador en Guinee.
In zijn openingswoord sprak ds. J. M. D. de Heer de wens uit dat de Heere ook voor Albanië een zendingspredikant wil geven. „In Cambodja mag ds. J. IJsselstein gaan dienen, en evangelist C. D. Dekker uit Middelburg binnenkort in Ecuador.”
Ds. De Heer mediteerde over Psalm 72:17, waar David zegt dat Zijn Naam tot in eeuwigheid zal zijn. „David bedoelde daar niet zijn zoon Salomo mee, maar de Heere Jezus Christus. Het gaat dus niet om ons. Wij en onze zendingswerkers zijn maar schakeltjes. Onze naam is zondaar. Hij moet Zijn Naam in onze verlorenheid bekend maken.
A. Broer, onderwijzer in Aagtekerke, vertelde over de Schotse zendeling Joh. J. Paton. Deze was in 1862 werkzaam op het eiland Tanna in Vanuatu, gelegen in de Koraalzee ten noordoosten van Australië. Door wonderlijke uitreddingen werd hij bewaard voor meerdere aanvallen. De Heere sloeg zijn aanvallers met blindheid. Uiteindelijk moest Paton evacueren en kwam hij niet meer terug. Het zendingswerk werd later door anderen voortgezet en er ontstond een gemeente.