Theologenblog: Scepsis over een papyrusfragment
Het was groot nieuws in 2012: de Amerikaanse hoogleraar Karen King kondigde op de Internationale Conferentie voor Koptische Studies een nieuwe ontdekking aan. Er was een stuk papyrus ontdekt waarop duidelijk stond dat Jezus een vrouw had. Het stukje, ter grootte van een creditcard, was geschreven in het Koptisch en bevatte de zin: „Jezus zei tegen hen: Mijn vrouw...” Verschillende grote media, zoals de New York Times en Time Magazine, publiceerden over de vondst van King.
King stelde op de conferentie dat het fragment uit de vierde eeuw na Christus stamde en terugging op een evangelie uit de tweede eeuw na Christus. Zij gaf toe dat het fragment niet bewees dat Jezus een vrouw had, maar King betoogde wel dat het een bewijs was dat in de Vroege Kerk gedacht werd dat Jezus getrouwd was. Voor King was het een steun in de rug in haar strijd tegen de traditionele visie op seksualiteit en huwelijk.
King werd gesteund door verschillende analyses. Koolstofdateringen wezen, op twee verschillende momenten, uit dat het fragment gedateerd kon worden rond de vierde eeuw na Christus. Verschillende onderzoekers, zoals de Nederlandse hoogleraar Annemarie Luijendijk van Princeton University, gingen mee in de these van King.
Niettemin was er tijdens de conferentie al scepsis en die werd door de jaren heen steeds sterker. Het Koptisch in het document bleek verschillende fouten te bevatten. Een teken dat het fragment mogelijk een vervalsing was. Daarnaast is de schrijfstijl vreemd en ontstond het gebruikte Koptische dialect pas veel later. De Britse onderzoeker Andrew Bernhard wees in 2012 al op de gelijkenissen met een tekst die online te vinden was. Het gaat daarbij om een specifieke versie van het Thomas-evangelie die precies dezelfde fouten bevat als het fragment. Deze interpretatie werd gesteund door een aantal artikelen van de Britse hoogleraar Francis Watson. Hij ontdekte dat het fragment een samenvoeging was van een aantal teksten uit het Thomas-evangelie. King bleef ondanks alle kritiek toch vasthouden aan de authenticiteit van het fragment.
De nekslag voor de authenticiteit van het fragment kwam in het magazine ”The Atlantic”. Daarin leidde de journalist Ariel Sabar het spoor van het fragment terug naar Duitsland. De vorige eigenaar van het fragment bleek Walter Fritz te zijn, een Duitser met een dubieuze reputatie en een nepdiploma in de egyptologie. Volgens Sabar had Fritz het fragment uit financiële overwegingen vervalst. King gaf daarop uiteindelijk toe dat het fragment mogelijk een vervalsing was.
Sabar publiceerde recent een boek waarin hij zijn hele onderzoek en het hele proces rond het evangelie van Jezus’ vrouw ontvouwt. Het is ontluisterend hoe een gerenommeerde hoogleraar aan een grote universiteit tegen tal van aanwijzingen in vasthield aan haar eigen overtuigingen. Haar werkgever, Harvard University, valt te verwijten dat zij klakkeloos uitging van het gelijk van een hoogleraar tegenover een sceptisch academisch veld, terwijl ook journalisten meer oog hadden voor het sensationele aspect van de ontdekking dan voor de waarschijnlijkheid van de hypothese. Het is alles bij elkaar genomen een beklagenswaardige vorm van waarheidsvinding en communicatie.
Het ”Evangelie van Jezus’ vrouw” vormt samen met een andere kwestie (die rond vervalste papyri van de Amerikaanse hoogleraar Dirk Obbink) een waarschuwing. Papyri op de zwarte markt met een onwaarschijnlijke inhoud zijn vaak ongeloofwaardig.
Onlangs publiceerde de historicus Jona Lendering het boek ”Bedrieglijk Echt” (2020). Hij toont daarin onder andere aan hoe eenvoudig vervalsingen te fabriceren zijn. ‘Harde’ bewijzen als koolstofdateringen zeggen in deze omstandigheden niet veel, want ook als het materiaal authentiek is, kan de tekst later aangebracht zijn. In deze zaken is alleen literaire analyse doorslaggevend.
Waarheidsvinding en transparantie zijn zowel aan de academie als in de journalistiek van groter belang dan sensatie. Dit papyrusfragment was toch niet het bewijs dat in de Vroege Kerk gedacht werd dat Jezus getrouwd was. Soms is een ontdekking te mooi om waar te zijn.
De auteur is promovendus Nieuwe Testament aan de Theologische Universiteit Apeldoorn. Hij schrijft dit blog als lid van de gezamenlijke onderzoeksgroep BEST (Biblical Exegesis and Systematic Theology) van de Theologische Universiteiten in Apeldoorn en Kampen.