Zuidelijke Iraakse provincies willen zelfbestuur
Drie olierijke zuidelijke provincies van Irak willen een autonome regio oprichten. Bestuurders uit Basra, Missan en Dhiqar hebben volgens de Financial Times van donderdag al overleg gevoerd over zelfbestuur. Ze voelen zich achtergesteld door de interim–regering van premier Allawi.
In de drie provincies bevindt zich meer dan 80 procent van de bewezen Iraakse oliereserves. Volgens diplomaten in Irak vinden de drie provincies dat ze onvoldoende terugzien van de enorme economische bijdrage die ze leveren aan het land. In het kabinet van Allawi is bijvoorbeeld maar een vertegenwoordiger van de drie provincies opgenomen.
De overwegend sjiitische burgers van de drie provincies voelen zich ook niet goed vertegenwoordigd door de sjiitische geestelijke leiders die vanuit het noordelijker gelegen Najaf en Karbala opereren. Ze wijzen ook op de Koerden, die in het noorden van Irak al een hoge mate van zelfbestuur genieten.
Volgens bronnen van de krant zouden verscheidene provinciale functionarissen die ijveren voor autonomie de steun hebben van Muqtada al–Sadr, een ambitieuze en evenzeer opstandige sjiitische leider. Hij leidt militieleden die zich gewapend verzetten tegen de coalitietroepen. Hij poogt bovendien hogerop te komen binnen de sjiitische gevestigde orde.
De ’Nederlandse’ provincie al–Muthanna in Zuid–Irak is voor zover bekend niet betrokken bij het initiatief van de drie andere provincies. Irak telt in totaal achttien provincies.