Spalkje voorkomt operatie aan flapoor
Elk jaar laten 2500 mensen hun afstaande oren corrigeren. Zo’n operatie is te voorkomen als flapoortjes direct na de geboorte gespalkt worden. Plastisch chirurg Marieke van Wijk voert deze behandeling drie tot vier keer per week uit. „’t Allerfijnst zou ik het vinden als ouders of kraamzorg het zelf konden.”
„Die oortjes kun je spalken, hoor”, zei een collega van plastisch chirurg Van Wijk ooit tegen een bevriend stel dat net ouders was geworden. Hun baby had afstaande oren. De opmerking viel niet in goede aarde bij het op een roze wolk verkerende koppel. Flaporen liggen gevoelig, bij een pasgeborene helemaal. Toch laten sommige ouders hun kind snel behandelen.
„Dat zie je vaak als afstaande oren in de familie zitten”, zegt Van Wijk, een van de weinige artsen in Nederland die de behandeling uitvoeren. Ze werkt in het Isala ziekenhuis in Zwolle en krijgt patiëntjes uit het hele land. „Oren van net geboren baby’s zijn heel plooibaar”, legt ze uit. „Met een spalkje en pleisters kunnen we ze in de juiste vorm drukken. Het is wel heel belangrijk om hiermee zo vroeg mogelijk te beginnen, liefst binnen twee weken na de geboorte. Hoe eerder, des te korter er gespalkt hoeft te worden en hoe beter het resultaat.”
Japan
De behandeling is in de jaren tachtig ontwikkeld in Japan en daarna overgewaaid naar andere landen. Corstiaan Breugem, een collega van Van Wijk –inmiddels hoogleraar plastische chirurgie in Amsterdam– introduceerde de spalktherapie in Nederland.
Voor zover bekend wordt die op dit moment op twee plekken in Nederland aangeboden: in het Zwolse ziekenhuis en in het Meander Medisch Centrum in Amersfoort.
Zorgsysteem
Dat de therapie niet heel populair is, heeft volgens Van Wijk te maken met het Nederlandse zorgsysteem. „In landen zoals Israël en Canada is het normaal dat moeder en kind na de bevalling een week in het ziekenhuis liggen. Afstaande oren kunnen dan eerder worden opgemerkt. Een verpleegkundige ziet het misschien, of iemand anders. Die kan er dan voorzichtig op wijzen en de mogelijkheid noemen dat er iets aan te doen is.”
Dat gaat eenvoudiger dan in de Nederlandse situatie: vrouwen krijgen meestal thuis of tijdens een dagopname in het ziekenhuis hun baby en zien daarna niet meer zorgverleners dan nodig is. „Ouders moeten afstaande oren dus zelf ontdekken. Maar die hebben in de eerste weken wel wat anders aan hun hoofd dan de oren van hun kind.”
Toch zou Van Wijk willen dat de mogelijkheid om babyoren te spalken bekender wordt.
Kunnen kraamverzorgers de behandeling niet ter sprake brengen? „Dat kan natuurlijk, in individuele gevallen. Er ontstaat wel een dilemma als we met elkaar afspreken dat zorgverleners ouders actief, structureel dus, gaan wijzen op de mogelijkheid oren te corrigeren. Want dan zeggen we dus eigenlijk dat flaporen niet de bedoeling zijn. Willen we als samenleving die boodschap brengen? Bedenk wel dat het hebben van flaporen geen ziekte is die per se behandeld moet worden.”
De optie om tijdens de gehoortest in de week na de geboorte naar de stand van de oortjes te laten kijken, is daarmee ook van tafel: nationaal screenen gebeurt alleen bij afwijkingen die medisch gezien een behandeling nodig hebben.
Doktersassistenten
Het is ook nog de vraag wie de spalktherapie eigenlijk moet uitvoeren, vervolgt Van Wijk. „Wij artsen doen het nu, maar er is geen sprake van een zogeheten ”aan dokters voorbehouden handeling”. Op onze poli onderzoek ik de kinderen, maar het spalken doen de doktersassistenten meestal; zij zijn er inmiddels heel bedreven in. Ook verpleegkundigen of fysiotherapeuten zouden dit kunnen doen.”
Ondanks de hobbels bij de introductie van spalktherapie in Nederland acht de arts het niet ondenkbaar dat behandeling toch nog populair wordt. „Scheefstaande tanden zijn ook geen ziekte, maar we vinden het normaal als een tandarts een beugel aanraadt. Het operatief laten corrigeren van flaporen vinden we evenmin vreemd. Het verschil met spalktherapie is alleen dat je hierover niet zelf beslist, dat doet iemand anders voor je. Dat is iets waar we bij stil moeten staan, vind ik.”
Van Wijk noemt het spalken dankbaar werk. „Een tijdje na de behandeling bel ik ouders altijd om te vragen hoe het gaat. Bijna altijd zijn ze blij dat ze voor deze mogelijkheid gekozen hebben. Ook hoor ik nogal eens dat men er eerder van had willen weten. Van afstaande oren kunnen mensen flink last hebben. Uit onderzoek is bekend dat kinderen meer stress ervaren van flaporen dan van een afwezig oor, iets wat ook voorkomt. Soms is het dus bijna vervelender om er grappig uit te zien dan echt afwijkend.”
Thuisset
Ouders met een verwijzing zijn welkom in het Zwolse of het Amersfoortse ziekenhuis. „Maar ouders kunnen hun baby ook zelf spalken. De Britse plastisch chirurg David Gault, die de behandeling in Engeland aanbiedt, was zo enthousiast over de resultaten dat hij een thuisset heeft ontwikkeld. Zo kunnen mensen zelf hun kind spalken. De set wordt inmiddels wereldwijd verkocht. Britten kunnen die voor rond de 40 euro gewoon bij de drogisterij kopen.”
Niet moeilijk
Van Wijk snapt dat ouders huiverig kunnen zijn om zelf de oren van hun kind te gaan vervormen. „Ik kan me voorstellen dat je wel een drempeltje over moet, zeker bij je eerste baby. Maar het is op zich geen moeilijke handeling. Het spalkje moet op zijn plaats blijven zitten en de tape hoeft alleen vervangen te worden als die niet meer goed zit.”
De duur die nodig is om te spalken is grofweg gelijk aan de leeftijd van het kind bij de start van het plakken: dus twee weken als een baby twee weken is. „Begin sowieso voordat je kind zes weken oud is. Daarna is de kans op een teleurstelling groot. We bieden in Zwolle de behandeling ook niet aan als kinderen ouder dan zes weken zijn. Dat is echt de grens waarbinnen succes te verwachten is.”
En voor wie het doe-het-zelven toch een brug te ver is: op een onlinediscussieplatform over opgroeien geeft een jonge moeder een ander, minder ingrijpend advies: „Volgens onze kraamverzorgster zijn flapoortjes te voorkomen als je je baby een mutsje tot over de oren te laten dragen in de eerste weken na de bevalling. Wij hebben dit in de kraamweek volgehouden en er daarna niet meer aan gedacht. Ons zoontje heeft geen flapoortjes, dus ik ga ervan uit dat dit door het mutsje komt.”
Onderzoek: begin binnen zes weken
Plastisch chirurg Marieke van Wijk promoveerde vorig jaar op de spalktherapie bij het Universitair Medisch Centrum Utrecht. „Het was allang bekend dat spalken afstaande oren kan corrigeren, maar artsen waren er nog niet over uit tot welke leeftijd dit kan. Ik heb 132 baby’s onderzocht. Als binnen zes weken na de geboorte werd begonnen met de behandeling, was het resultaat bij twee op de drie baby’s redelijk tot goed. Zijn kinderen ouder, dan neemt het effect snel af. Voor een pasgeborene kan twee weken genoeg zijn, voor een kind dat zes weken oud is bij het begin van de behandeling moet er soms tien weken gespalkt worden.”
„Ik ben blij dat we deze keuze hebben gemaakt”
Wat vinden ouders van spalktherapie? Gezondheidsfora op internet leveren uiteenlopende reacties op:
„Mijn zoon van zeven weken heeft een flapoortje en draagt daarvoor nu een spalkje. Ik vind mijn baby de mooiste van de wereld en ik hou van hem met of zonder flapoortje. Helaas kunnen anderen hem het leven zuur maken of wellicht vindt hij zijn oor later zelf wel heel lelijk. Dat leed wil ik hem besparen.”
„Wat een uitvinding! Als dat een operatie of pesterijen kan schelen!”
„Kinderen vinden altijd wel een reden om te pesten. Ik vraag me af of je dan maar je uiterlijk moet aanpassen om niet gepest te worden. Ik zou passen.”
„Zelf je baby spalken is nogal een uitdaging. Mijn zoon bleef maar bewegen en aan zijn oren zitten. Het gaat het makkelijkst als hij slaapt, heb ik ontdekt. Uiteindelijk was het resultaat goed, ik ben blij dat we deze beslissing hebben genomen.”
„Op mijn veertigste werd ik voor het eerst vader. De eerste week leek het erop dat de oren van onze baby in orde waren. De tweede week begonnen ze op die van mij te lijken. Ik heb direct een spalksetje gekocht. Na vier weken is er een subtiel verschil te zien met de oortjes voor het spalken. Toch ben ik blij met dit resultaat.”
Koud oor na operatie
Een op de twintig kinderen wordt geboren met afstaande oren. De gebruikelijke manier om die te corrigeren, is een operatie. Dit kan vanaf de leeftijd van 5, 6 jaar: oren zijn rond die tijd meestal uitgegroeid.
„De operatie wordt bij basisschoolkinderen eigenlijk altijd onder narcose gedaan”, vertelt plastisch chirurg Marieke van Wijk. „Oudere kinderen en volwassenen kunnen zich ook onder plaatselijke verdoving laten opereren.”
Gemiddeld duurt de ingreep zestig tot negentig minuten. Daarna moet de patiënt een week lang een verband om zijn hoofd dragen. „Vaak kiezen ouders en kinderen voor een operatie in of kort voor een schoolvakantie; dan mis je geen schooldag en hoef je ook het schoolplein niet op met een verband om je hoofd.”
Een oorcorrectie heeft wel een staartje, waarschuwt Van Wijk: „Mensen hebben daarna vaak nog jaren last van koude oren in de winter; muts op dus.”