Christus’ bloed afwijzen
1 Johannes 1:7b
„En het bloed van Jezus Christus, Zijn Zoon, reinigt ons van alle zonde.”
Deze leer gaat in tegen hen, die het bloed van Christus verachten. We lezen van sommigen, die het bloed van het verbond onrein geacht hebben (Hebreeën 10:29). Bedenk dat het voor God een gruwel is wanneer u het bloed veracht, alsof geen grote kracht daarin zou zijn. Er zijn sommigen onder u, die verontrust zijn en gevoelen dat zij vergeving van zonden nodig hebben. De dood jaagt u angst aan, maar u durft niet te vertrouwen op het bloed van Christus, als zou er weinig kracht in zijn. U hoort krachtige aanmoedigingen, maar u gelooft ze niet. U wijst het bloed af als niet voldoende ter verzoening van uw zonde. U gelooft niet dat God het heel hoog schat. U meent, dat het een ingebeelde zaak zou zijn als u erop zou vertrouwen. Dat u uw ziel op die manier bedriegt. Hoewel u bidt om met het bloed van Christus te mogen worden besprengd en de reddende kracht ervan belijdt, miskent u het toch. Want dat u bang bent, komt niet door de lage dunk die u van uzelf hebt, maar door de lage dunk die u van Christus hebt. U zegt dat u een ongelukkige zondaar bent, dat u een slecht hart hebt en buitengewoon walgelijk bent. U bent heel erg bezig uzelf te veroordelen, alsof u een sterk besef van uw eigen onwaardigheid hebt.
Salomon Stoddard, predikant te Boston (”Showing the Virtue of Christ’s blood”, 1717)