Jezus had zelfs Zijn discipelen verboden te gaan op de wegen van de heidenen. Daarom schijnt Hij niet al te bereid om op de smekingen van deze vrouw in te gaan. De tijd van de roeping van de heidenen was nog niet gekomen en tevens wil de Heere hier de lijdzaamheid van deze vrouw beproeven.God roept een mens zo dikwijls en wij horen niet. Als wij dan willen horen, staat God niet aanstonds gereed. God heeft Zijn tijd wanneer Hij werken wil en die moeten wij met lijdzaamheid afwachten. Jesaja zegt: „Verbeid Hem, Hij zal gewisselijk komen en niet achterblijven.” Hij wil hen daardoor leren Zijn genade dierbaarder te achten.

Christus wil door het uitstellen haar begeerte meer en meer verlevendigen en daardoor haar bidden ernstiger maken. De Heiland wil de standvastigheid van deze vrouw, die een heidin was, tot een voorbeeld aan de discipelen en de schare voorstellen om de Joden tot jaloersheid te verwekken. Jezus wil door Zijn handeling aantonen dat, hoewel Hij niet aanstonds geeft wat wij in onze gebeden vragen, dat nog geen bewijs is dat hij ze niet hoort. Abraham kreeg op zijn gebed niet aanstonds een zoon, evenwel verhoorde Hij het gebed wel. Zo ook deze vrouw. Hij gaf haar niet direct wat zij eiste, maar hoorde haar gebed met liefde. Zie, zulke redenen kan de Heiland gehad hebben waarom Hij het gebed niet direct verhoorde.

Gerardus van Aalst, predikant te Westzaandam (Geestelijke Mengelstoffen, 1758)