Plannen genoeg maar vergroenen huizen gaat nog in slakkengang
Na 2019 kan de woningmarkt niet langer meer om het klimaat heen. Het was immers het jaar van het Klimaatakkoord. Binnen 10 jaar moeten 1,5 miljoen huizen zijn verduurzaamd.
Op de valreep kwam er in 2019 ook een Europese Green Deal: een pakket van klimaatmaatregelen, waaronder het opschroeven van het verduurzamingstempo in de sociale huursector.
Plannen zijn hard nodig om de verduurzaming van de woningvoorraad aan te jagen. Maar plannen alleen zijn niet genoeg. In 2020 moet er toch echt meer duidelijkheid komen over wat die planning nou eigenlijk gaat betekenen voor huiseigenaren om er voor te zorgen dat zij gaan vergroenen.
In ongeveer de helft van alle huizen zijn in de afgelopen vijf jaar geen energiebesparende maatregelen genomen, zo blijkt uit de recente woonenquête van het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties. Degenen die wel wat hebben gedaan, hebben vaak de cv-ketel vernieuwd. Maar waarschijnlijk was die toch al toe aan vervanging, dus ook dat is weinig revolutionair.
Redenen waarom huiseigenaren weinig doen, zijn onder meer gebrek aan tijd en geld. Wat mogelijk ook meespeelt, is dat het uitermate lastig is om een goede keuze te maken in het woud van alle (verschillende aanbieders van) oplossingen.
Onderzoek van RaboResearch laat bovendien zien dat er allerlei misvattingen zijn die de verduurzaming in de weg zitten. Zo denkt een deel van de huiseigenaren dat hun huis al energiezuinig is, terwijl er nog genoeg te verduurzamen valt. Zij behoren mogelijk tot die grote groep Nederlanders die simpelweg onbekend zijn met het energielabel van hun huis.
Een tweede misvatting is dat huiseigenaren denken dat vergroenen niet loont. Ook dit blijkt onterecht. Een duurzaam huis verlaagt niet alleen de maandelijkse energierekening, maar het verhoogt ook de woningwaarde. Volgens onderzoekers van de Tilburg University brengen huizen met een energielabel A of B zelfs gemiddeld 10.000 euro extra op bij verkoop. Bovendien kan niets doen uiteindelijk tot een lagere huisprijsstijging leiden.
Dat de verduurzaming van de woningvoorraad zo langzaam gaat, is ook de overheid aan te rekenen. Zij draagt namelijk bij aan allerlei onduidelijkheden. Zo bestaat er volgens het Nibud en TNO onduidelijkheid over wie waarvoor verantwoordelijk is, over de mate van isolatie die nodig is, over hoe de aardgasvrije wijkaanpak eruit gaat zien én of er nog regelingen of subsidies komen. Zolang hier geen verandering in komt, komen huiseigenaren niet in beweging.
Aan het eind van het jaar dus nog een oproep aan de overheid. Huiseigenaren staan voor een enorme opgave en hebben behoefte aan duidelijkheid, en snel ook. Ook moeten ze beter worden geïnformeerd. Niet alleen over het waardeverhogende effect van verduurzamingsmaatregelen, maar ook over de energieprestatie van hun huis. Dit is essentieel om de kloof tussen de groene ambities voor de gebouwde omgeving en de huidige slakkengang van de verduurzaming te beslechten. Dan kan het jaar van de klimaatplannen gevolgd worden door het jaar van het klimaat.
De auteur is senior-econoom huizenmarkt bij RaboResearch. Zij schreef dit artikel met haar collega Leontien de Waal, senior marktanalist Bouw.