Kerk & religie

Geloof

14 March 2002 07:36Gewijzigd op 13 November 2020 23:28

Deze vrouw toont aan in welk opzicht zij wil dat Jezus zich over haar zal ontfermen. Van de duivel bezeten te zijn was een plaag die veel voorkwam in Israël. We zien dat op diverse plaatsen bij de evangelisten. Het was een zware plaag en een droevig oordeel dat nauwelijks zijn weerga had. Hoe ongelukkig die lijders door de duivelen werden geplaagd, zien we in de historiebeschrijving van de evangelisten.Ze zegt „deerlijk.” Dat wil zeggen dat die kwaal bij die dochter in een hoge mate aanwezig was. Wat is dat bitter voor die vrouw geweest. Haar eigen geliefde kind, misschien haar enige dochter, werd zo vreselijk door de duivel geplaagd. Terwijl de vrouw zo roept, wordt haar hart overstelpt door droefheid en tranen springen uit haar ogen.

Maar, zal iemand zeggen, die vrouw vertelt wel de kwaal van haar dochter, maar bidt Christus niet om redding, zoals: „Werp de duivel bij haar uit.” Neen, zij toont in haar gebed dat zij gelooft dat Jezus zich over haar zal ontfermen. Wat had de Heere Jezus al een menigte van mensen geholpen en Hij had nog nooit iemand die Hem in waarheid smeekte, weggezonden. Zij toont dat Jezus het doen kan en misschien wel zal willen doen, terwijl haar dochter hier niet eens tegenwoordig is. Ze zei ook niet tot Jezus waar haar dochter was. Deze moeder toonde door haar smeken haar geloof in Jezus.

Gerardus van Aalst, predikant te Westzaandam (Geestelijke mengelstoffen, 1758)

Meer over
Meditatie

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer